HIS4. Contractiele cellen (blad5) Flashcards
Kenmerken van skeletspieren
- ordelijke uitlijning
- fibrocollageneus steunweefsel
- rijke bloedtoevoer
embryonale oorsprong van de skeletspier
Primitief mesenchymaal weefsel van het mesoderm
Rhabdomyoblasten
- kleine spoelvormige cellen
- roze kleurend cytoplasma
- voorlopers van skeletspiercellen
vorming spiervezels
versmelting van individuele rabdomyoblasten
MyoD
Tot expressie gebracht in de rhabdomyoblasten die tot spieren differentiëren
componenten van een spiervezel
- myofibrillen
- sarcolemma
Spiervezel type 1
- oxidatief metabolisme
- trage schok (contractiel gedrag)
Spiervezel type 2A
- oxidatief en glycolyse metabolisme
- snelle schok
- bestand tegen vermoeidheid
Spiervezel type 2B
- Glycolyse metabolisme
- snelle schok
- gevoelig aan vermoeidheid
Spiervezel type 2C
ontwikkelen tot type 2A of 2B
rol van spiervezels type 1
Onderhoud van het postuur
rol van spiervezels type 2
gebruikt bij korte krachtuitbarstingen
Waarom hebben spieren een rijke bloedtoevoer?
Hoge energiebehoefte bij contractie
Waar zijn de satellietcellen bij skeletspieren gelokaliseerd?
Onder de externe lamina
hoe spieren groeien?
Hoge belasting aan spieren blootstellen zorgt ervoor dat de individuele spieren in omvang gaan toenemen