BBB - H23. Posterior buikwand: bloedvaten en zenuwen (p13-14) Flashcards

1
Q

wat is een aneurysmata

A

plaatselijke verwijding van een bloedvat

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

achter welke organen ligt de aorta

A

pancreas en maag

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

wanneer kan er een foute interpretatie van een aneurysmata gebeuren

A
  • pancreas/maagtumor
  • pulsaties van de aorta worden doorgegeven via de tumor
  • dan denken ze dus foutief dat er een aneurysmata is
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

hoe kunnen aneurysmata van de aorta abdominalis distaal van de renale arteries hersteld worden

A

greffe:
- aneurysma openen
- greffe in gewenste positie brengen
- wand van aorta over greffe hechten

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

een afgeklemde lumbale arterie kan oorsprong geven tot

A

een grote radiculaire arterie waardoor de arteriële bloedsvoorziening van het ruggenmerg in gedrang komt

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

mogelijk gevolg van het feit dat de arteriële bloedsvoorziening van het ruggenmerg in gedrang komt

A
  • celdood van neuronen
  • verlamming onderste ledematen
  • gevoelsuitval onderste lichaamshelft
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

hoe wordt de doorbloeding van het ruggenmerg tijdens een operatie gecontroleerd

A

zenuwimpulsen meten

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

welke is de grootste vene van het lichaam

A

VCI

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

Heeft de VCI kleppen

A

nee, maar wel bij de inmonding in het rechteratrium

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

VCI draineert veneus bloed van

A

onderste ledematen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

hoe geraakt veneus bloed van buikorganen in VCI

A

v portae => lever => vv hepaticae => VCI

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

waar ontstaat de VCI

A

ACHTER de rechter-a. iliaca communis

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

waar loopt de VCI naar boven

A

rechts van de middellijn

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

topografische relaties van VCI rechts van de middellijn

A
  • tussen aorta en rechterureter
  • voor: wervelkolom, rechterpsoas, rechtergrensstreng, rechter-aa. lumbales
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

waar draait de VCI naar voor

A

thv. rechtercrus van het diafragma

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

topografische relaties van VCI tijdens de draaiing naar voor thv. rechtercrus van het diafragma

A

anterior van:
- rechter-a. renalis
- rechterganglion coeliacum
- rechter-a. suprarenalis media

17
Q

langs waar loopt de VCI in de lever

A

in groeve tussen lobus dexter en lobus caudatus => sulcus venae cavae

18
Q

waar loopt de VCI door het diafragma

A
  • thv T8
  • door foramen venae cavae
19
Q

hoe geraakt de VCI in het rechteratrium

A

door fibreus pericard te doorboren

20
Q

dus effe: vooraan ligt de VCI in contact met

A
  • peritoneum
  • mesenterica-superior vaten in de radix mesenterii
  • pars horizontalis van duodenum
  • caput pancreatis
21
Q

links van de VCI

22
Q

rechts van de VCI

A
  • rechterureter
  • rechternier
  • pars descendens van duodendum