BBB - H11. De longen en pleurae: Pleura Flashcards

1
Q

Lagen van de pleura

A
  • Pleura visceralis
  • Pleura pariëtalis
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Pleura visceralis

A

bedekt longoppervlak

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

pleura pariëtalis

A

bedekt binnenzijde van de thorax wand

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

ruimte tussen 2 pleurabladen

A

cavitas pleuralis

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Functie van sereus vocht in de cavitas pleuralis

A

Tijdens het ademen glijden de pariëtale en viscerale pleura vlot over elkaar.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Klaplong

A

pneumothorax

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Wat gebeurt er bij een pneumothorax

A

Lucht komt tussen het viscerale en pariëtale blad van de long

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Gevolg pneumothorax

A

Gedeeltelijke/volledige collaps van de long

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

Oorzaak van spontane pneumothorax

A

Ruptuur van bullae (blaasjes met lucht op oppervlak van viscerale pleura).

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

andere mogelijke oorzaak van een pneumothorax

A

ribfractuur

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

delen van de pariëtale pleura

A
  • pars costalis
  • pars diaphragmatica
  • pars mediastinalis
  • pars cervicalis
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

bedekking top van de long

A

cupula pleurae

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

dense bindweefsellaag over de pars cervicalis van de pariëtale pleura

A

Membrana suprapleuralis

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

Gevolg van het feit dat de longtop en dus de cupula boven de apertura superior uitsteken

A

De cupula en longtoppen kunnen geraakt worden bij steekwonden van de nek => pneumothorax

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

Thv longhilum slaat de pariëtale pleura om in de viscerale pleura waardoor er een omslagplooi ontstaat die wijder is dan het longhilum zelf, hoe heet die

A

lig. pulmonale

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

Hoort het lig. pulmonale bij de longen?

A

Nee, bij de pleura

17
Q

functie lig. pulmonale

A
  • biedt ruimte aan longhilum voor ademhalingsbewegingen
  • laat het uitzetten van vv. pulmonales toe
18
Q

ruimte tussen costale en diaphragmatisch gedeelte van de pariëtale pleura aan weerszijden van de omslagplooi

A

linker- en rechter recessus costodiaphragmaticus

19
Q

Hoe ontstaat de recessus costodiaphragmaticus

A

Thv. rand van het diafragma slaat om van de pars costalis naar de pars diaphragmatica. Tijdens de rustige respiratie reiken de longen niet zo laag als deze omslagplooi.

20
Q

Bloedvoorziening van viscerale pleura

A

bronchiale vaten

21
Q

Bezenuwing van pariëtale pleura

A
  • Intercostale zenuwen
  • Nervus phrenicus
22
Q

Bezenuwing van viscerale pleura

A

autonome zenuwen, geen somatische bezenuwing => bijgevolg: ongevoelig voor pijn

23
Q

gerefereerde pijn veroorzaakt door irritatie van de pariëtale pleura (pars costalis)

A
  • Pariëtale pleura wordt voorzien door de intercostale zenuwen.
  • Irritatie veroorzaakt een gordelvormige pijn thv. thorax/abdomen.
24
Q

gerefereerde pijn veroorzaakt door irritatie van de pariëtale pleura (pars diaphragmatisch)

A
  • Dit deel wordt voorzien door de nervus phrenicus.
  • Irritatie veroorzaakt pijn in het onderste gedeelte van de nek en de schouder.