BBB - H16. Tumoren (blad 4) Flashcards

1
Q

Stappen van invasie en metastase

A
  • Lokale invasie
  • Intravasatie in bloed- en lymfevaten
  • Transport door het vaatstelsel
  • Extravasatie uit de bloedvaten
  • vorming van micrometastasen
  • groei van micrometastasen tot macroscopisch tumoren
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

2 fasen van de metastatische cacade

A
  • Invasie van het ECM
  • Vasculaire verspreiding en vestiging van tumorcellen op nieuwe locaties
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

2 soorten ECM

A
  • Basaalmembranen
  • Interstitieel bindweefsel
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Stappen van de invasie in het ECM

A
  • Verlies van intercellulaire verbindingen tussen tumorcellen.
  • Lokale degradatie van ECM.
  • Penetratie van de basaalmembranen.
  • Locomotie
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Welke moleculen houden tumorcellen bij elkaar?

A

E-cadherine

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Wat gebeurt er als tumorcellen hun intercellulaire verbindingen verliezen

A

E-cadherines verliezen hun functie

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Hoe vernietigen tumorcellen de basaalmembraan en de interstitiële weefsels

A
  • uitscheiding van proteolytische enzymen door tumorcellen
  • tumorcellen stimuleren stromale cellen om proteasen uit te scheiden zoals MMP’s
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Wat is locomotie

A

Voortbeweging van tumorcellen door de afgebroken basaalmembranen en zones van matrixproteolyse.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

Wat doen stromale cellen rond een tumor

A

Die vormen een barrière die tumorcellen moeten passeren. De meest succesvolle tumoren zijn degene die de activiteit van de stromale cellen kunnen manipuleren.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

Wat is het moeilijke voor tumorcellen aan de vasculaire verspreiding?

A
  • Ze krijgen met gemak toegang tot de bloedsomloop.
  • Het vermogen om de bloedsomloop te verlaten is ineffciënt. => extravasatie
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

Hoezo is het moeilijk voor tumorcellen om in te groeien in een 2de locatie indien ze al uit de bloedstroom geraakt zijn

A
  • Gebrek aan stromale ondersteuning
  • Herkenning en onderdrukking door lokale immuuncellen
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

Fasen van metastase

A
  • Transport in bloed en lymfevaten
  • innesteling in doelwitorgaan
  • uitgroei van het aantal tumorcellen in secundair tumor
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

Innesteling in doelwitorgaan van een tumorcel

A
  • Hechten van de tumorcellen aan de vaatwand.
  • Interactie tussen tumorcel, endotheelcel en ECM.
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

DUS ALGEMEEN NU: stappen van het metastaseringsproces

A
  1. Infiltratie van tumorcellen door de basaal membraan in het omgevende weefsel.
  2. Invasie van het basaalmembraan.
  3. Transport door ECM.
  4. Infiltratie in bloed- en lymfevaten.
  5. Transport door bloed- en lymfevaten (als individuele cel of als embolie).
  6. Nidatie: hechten van tumorcellen aan endotheelcellen.
  7. Destructie van ECM.
  8. Angiogenese
  9. Uitgroei van tumorcellen
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly