CenB: ZSO6 (deel 1) Flashcards

1
Q

Substraat

A

Molecule waarvan de functionele groep verandert

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Reagens

A

Het deeltje dat het substraat aanvalt om de functionele groep te veranderen.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Elektrofiel reagens

A
  • Valt elektronenrijke plaatsen aan
  • Heeft zelf een elektronentekort
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Wie bevordert de aanval van een elektrofiel reagens?

A

Elektronengevers

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Neutrofiel reagens

A
  • Valt elektronenarme plaatsen aan
  • Heeft zelf teveel elektronen
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Wie bevordert de aanval door een nucleofiel reagens?

A

Elektronenzuigers

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

2 situaties van de volgorde en timing waarin bindingen gebroken en gevormd worden

A
  • Geconcerteerde reactie
  • Niet-geconcerteerde reactie
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Geconcerteerde reactie

A
  • Alle elektronenverplaatsingen gebeueren gelijktijdig
  • reactie verloopt in 1 stap
  • nieuwe bindingen worden gevormd terwijl andere verbroken worden
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

Niet-geconcerteerde reactie

A
  • Vorming van tussenproducten
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

SBS

A

Stap met de hoogste activeringsenergie (dus de traagste) die de snelheid van een geconcerteerde reactie bepaalt.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

Carbeniumion

A

positief geladen C-atoom

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

stabilisatie van carbeniumionen

A

elektronengevende substituenten

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

carbanion

A

negatief geladen C-atoom

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

stabilisatie van een carbanion

A

elektronenzuigers

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

Radicaal

A

C-atoom dat 1 ongepaard elektron bezit => ontstaat na homolytische splitsing

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

3 mogelijke veranderingen aan het C-atoom van het substraat

A
  • Substitutie
  • Additie
  • Eliminatie
17
Q

Substitutiereactie

A
  • atoom/groep wordt vervangen door een andere atoom/groep
  • graad van verzadigdheid = ongewijzigda
18
Q

Additiereactie

A
  • Aantal groepen/atomen gebonden op C wordt vermeerderd
  • Graad van verzadiging stijgt door verlies van pi-binding
19
Q

eliminatiereactie

A
  • aantal groepen/atomen gebonden op C wordt verminderd
  • graad van verzadiging faalt door vorming van een pi-binding
20
Q

2 grote klassen van reacties op basis van de gevolgde weg

A
  • ionische reacties
  • radicalaire reacties