CenB: ZSO15A transportmechanisme III (blad 3) Flashcards
Wat zijn effectieve osmolen?
niet-penetrerende deeltjes, kunnen zorgen voor een concentratieverschil tussen ICF en ECF
Wat zijn niet-effectieve osmolen?
Penetrerende deeltjes, hebben minder effect op osmose omdat ze door het membraan kunnen bewegen
Wat is de oncotische druk
= Eiwit-osmotische druk = colloïd-osmotische druk
= Osmotische kracht die gegenereerd wordt door niet-doorlaatbare plasma-eiwitten
Hoezo kunnen plasma-eiwitten zorgen voor een oncotische druk?
Omdat de capillaire wand niet doorlaatbaar is voor plasma-eiwitten.
Hoe wordt de oncotische druk tegengewerkt?
De oncotische druk trekt water vanuit het interstitium naar het plasma, de hydrostatische druk zal vocht vanuit het plasma naar het interstitium duwen.
Stel je voegt 1,5L isotone zoutoplossing toe aan het ECF, wat gebeurt er
Enkel het ECF volume neemt met 1,5 L toe. - Osmolaliteit van het ECF blijft onveranderd dus er verandert niets over de celmembranen.
- ICF volume blijft gelijk
Waarom is het toevoegen/drinken van 1,5L water hetzelfde als het IV toedienen van 1,5L isotone glucose-oplossing?
Op lange termijn wordt glucose gemetaboliseerd tot CO2 en H2O.
Wat gebeurt er als we 1,5L zuiver water drinken/1,5 L glucose-oplossing IV toedienen?
- Volume van het ECF neemt toe.
- Het water verdunt de opgeloste stoffen in de ECF => Osmolaliteit daalt.
- Er ontstaat een grote gradiënt aangezien de osmolaliteit in de ICF nog steeds 290 mOsm is.
- Water verplaatst van de ECF naar de ICF.
- Veranderingen tot osmotische evenwicht bereikt is.
Wanneer word het osmotisch evenwicht bereikt?
Wanneer de osmolaliteit aan beide kanten gelijk is.
Conclusie van de effecten van het toedienen van water
Het is een ineffectieve manier om het ECF volume te vergroten.
Stel we voegen 1,5L onverdund NaCl toe aan het ECF, wat gebeurt?
- NaCl verspreidt zich in het ECF.
- De osmolaliteit van het ECF verhoogt.
- Water verplaatst van ICF naar ECF.
- ECF-volume neemt toe, ICF-volume, neemt af.