BBB - H16. Tumoren (blad 1) Flashcards

1
Q

Definitie van een tumor

A

Een tumor is een massa van getransformeerde cellen die ongecontroleerd groeien.
- Ze genieten een zeker autonomie, maar niet volledig.
- Ze ontwijken apoptose.
- Neiging tot invasie.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Hoezo genieten tumorcellen geen volledige autonomie?

A

Ze zijn afhankelijk van de gastheer voor de bloedtoevoer (dus voor voedingsstoffen en zuurstof).

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Op basis van welke 3 criteria kunnen goed- en kwaadaardige tumoren van elkaar onderscheiden worden?

A
  • Differentiatie en anaplasie.
  • Lokale invasie
  • Metastase
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Wat is differentiatie van de kankercellen

A

De mate waarin tumorcellen lijken op hun parenchymale cellen van oorsprong zowel morfologisch als functioneel.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Wat is anaplasie

A

Een gebrek aan differentiatie. Verlies van structurele en functionele differentiatie.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Kenmerken van anaplasie

A
  • Pleomorfisme
  • Kernabnormaliteiten
  • Tumor-giant-cellen
  • Atypische mitosen
  • Verlies van oriëntatie tov. elkaar
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Wat is pleomorfisme

A

Variatie in grootte en vorm van cellen en celkernen binnen hetzelfde weefsel

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Welke kernabnormaliteiten komen voor bij anaplasie

A
  • Extreme hyperchromasie
  • Variatie in kerngrootte en -vorm
  • Prominente/meerdere nucleoli
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

Wat zijn tumor-giant-cellen

A

Cellen die opvallend groter zijn dan de omliggende cellen. Ze hebben 1 supergrote kern, of meerdere kernen.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

Wat is dysplasie

A

Wanordelijke proliferatie van cellen. Verlies van uniformiteit.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

Wijst dysplasie op kanker?

A

Niet noodzakelijk. Milde dysplasieën verdwijnen soms volledig.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

Lokale invasie van maligne tumoren

A

Progressieve infiltratie, invasie en vernietiging van omliggend weefsel.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

Kapsel van maligne tumoren

A

Geen, of niet goed gedefinieerd. Bij een maligne tumor penetreren uitlopers de rand en aangrenzende structuren (lokale invasie).

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

Lokale invasie van benigne tumoren

A
  • Benigne tumoren groeien als een cohesieve, gelokaliseerde massa.
  • Kapsel bestaande uit ECM.
  • Makkelijke chirurgische verwijdering.
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

Wat is metastase

A

Verspreiding van een tumor naar locaties die niet fysiek verbonden zijn met het primaire tumor.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

Algemeen: Hoe meer anaplastisch, en hoe groter de primaire tumor…

A

Hoe groter de kans op metastase

17
Q

Differentiatie van benigne tumoren

A

Goed gedifferentieerde cellen die sterk lijken op hun tegenhangers.

18
Q

Histologische kenmerken die gehanteerd worden in de diagnose van kwaadaardigheid

A
  • Weefselstructuur
  • Differentiatie en anaplasie
  • Begrenzing
  • Aantal mitosen
  • Mitosefiguren
19
Q

Benigne tumor: - Weefselstructuur
- Differentiatie en anaplasie
- Begrenzing
- Aantal mitosen
- Mitosefiguren

A
  • Regelmatig en typisch
  • Hoog
  • Scherp
  • Schaars
  • Regelmatig
20
Q

Maligne tumoren: - Weefselstructuur
- Differentiatie en anaplasie
- Begrenzing
- Aantal mitosen
- Mitosefiguren

A
  • Onregelmatig en atypisch
  • matig tot anaplastisch
  • onscherp (invasief)
  • soms veel
  • abnormaal