CenB: ZSO19B Lokale anesthetica Flashcards

1
Q

Wanneer treedt lokale anesthesie op?

A

Wanneer de overdracht van sensorische signalen van een lokaal gebied van het lichaam naar het CZS geblokkeerd wordt.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

2 typen lokale anesthetica

A
  • Esters van benzeenderivaten
  • Amides van benzeenderivaten
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

ester met lange werking

A

tetracaïne

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

ester met korte werking

A

procaïne

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

ester met oppervlakkige werking

A

Benzocaïne, cocaïne

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Amide met lange werking

A

bupivacaïne

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

amide met middellange werking

A

lidocaïne

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Chemische eigenschap van de meest gebruikte lokale anesthetica

A

Zwakke basen met minimum 1 ioniseerbare aminefunctie die geladen kan raken door opname van een proton

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

Farmacokinetiek van kortwerkende anesthetica

A

Snelle opname in de bloedbaan.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

Invloed van bloedtoevoer op werkingsduur

A

Beperkte duur bij een toegenomen bloedtoevoer.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

Hoe kan de beperkte duur door de opname in de bloedtoevoer beperkt worden?

A

Samen met anestheticum een vasoconstrictor toedienen.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

Welke lokale anesthetica werken oppervlakkig

A

benzocaïne, cocaïne

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

afbraak van ester-type lokale anesthetica

A

plasma-cholinesterasen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

afbraak van amide-type lokale anesthetica

A

Metabolisme door cytochroom P450-enzymen in de lever

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

Welke invloed hebben leverfunctiestoornissen?

A

Verminderde eliminatie van amide-type lokale anesthetica, hierdoor neemt de toxiciteit toe.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

Werkingsmechanisme van lokale anesthetica

A
  • Anestheticum bereikt het cytoplasma in zijn ongeladen vorm.
  • Binnen de cel wordt een deel geprotoneerd. Ze zijn nu geladen.
  • De geladen vorm bindt sterker aan het intracellulair deel van het voltage-gated Na+ kanaal.
  • Verminderde Na+ instroom
  • Verminderde depolarisatie van het membraan
  • Blokkeert geleiding van het AP
17
Q

invloed van extracellulair Ca op de werking van lokale anesthetica

A

kan effect verminderen

18
Q

Invloed van extracellulair Mg op de werking van lokale anesthetica

A

kan effect versterken

19
Q

toepassingen lokale anesthesie

A
  • Kleine chirurgische ingrepen.
  • Spinale en epidurale anesthesie
  • Oogheelkunde en dermatologie als oppervlakkige anesthesie
20
Q

welke vasoconstrictor kan toegediend worden

A

adrenaline

21
Q

toxische effecten van lokale anesthetica op het CZS

A
  • sedatie
  • rusteloosheid
  • tremoren
  • stuipen
22
Q

toxische effecten van lokale anesthetica op het cardiovasculair systeem

A
  • vaatverwijding
  • Bij hoge plasmaconcentraties bupvacaïne: cardiotoxiciteit => hartritmestoornissen en hypotensie
23
Q

toxische effecten van prilocaïne

A

Produceert metabolieten die methemoglobinemie veroorzaken => verminderde zuurstofcapaciteit van het bloed