BBB - H1. Wervels ribben en sacrum (1-2) Flashcards

1
Q

rug strekt zicht uit van

A

schedel tot punt coccyx

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

wervelkolom latijn

A

columna vertebralis

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

axiale skelet

A

van schedelbasis tot onderuiteinde van de romp

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

hoeveel wervels

A

33

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

aantal cervicale wervels

A

7

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

aantal thoracale wervels

A

12

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Aantal lumbale wervels

A

5

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Aantal sacrale wervels

A

5

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

Aantal coccygeale wervels

A

3 à 5

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

4 curven

A
  • cervicale convex naar voor
  • kyfose
  • lordose
  • sacrococcygeale concaviteit naar voor
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

kyfose

A

thoracale concaaf

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

lordose

A

lumbale convexe

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

primaire krommingen

A
  • kyfose
  • sacrococcygeale concaviteit
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

secundaire krommingen

A
  • Cervicale convex naar voor
  • lordose
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

wat zijn primaire krommingen

A

krommingen die al aanwezig zijn voor de geboorte

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

wat zijn secundaire krommingen

A

pas na geboorte echt duidelijk

17
Q

nut secundaire curven

A

compensatoire curven die de lengteas van het lichaam aanpassen aan de gravitatielijn bij rechtopstaande houding

18
Q

3 meest voorkomende afwijkingen van de kromming van de wervelkolom

A
  • hyperkyfose
  • scoliose
  • Hyperlordose
19
Q

hyperkyfose

A

abnormale kromming, convex naar achter

20
Q

bij wie komt hyperkyfose vaak voor

A

ouderen

21
Q

oorzaak hyperkyfose

A
  • ontwikkelingsstoornissen
  • pathologische processen (osteoporose)
22
Q

scoliose

A

abnormale convexiteit van de wervelkolom in frontaal vlak

23
Q

wanneer komt scoliose vaak voor

A

tussen leeftijd van 10-15 jaar

24
Q

myopathische scoliose

A

asymmetrische werking van de musculatuur

25
Q

hemivertebrae

A

niet-ontwikkelingen van 1 helft van de wervels

26
Q

idiopathische scoliose

A

geen oorzaak, ontstaat gewoon random

27
Q

hyperlordose

A

toename van een naar anterior gerichte convexe kromming

28
Q

bij wie komt hyperlordose vaak voor

A
  • Zwangeren
  • zwaarlijvigen
29
Q

lichaam van een wervel latijn

A

corpus vertebrae

30
Q

functie corpus vertebrae

A

gewicht dragen van bovenliggende wervels

31
Q

waar komt de voedende arterie voor het corpus vertebrae terecht

A

foramen nutriens

32
Q

boog van wervellichaam latijn

A

arcus vertebrae

33
Q

onderdelen arcus vertebrae

A
  • linker lamina
  • rechter lamina
  • pediculi arcus vertebrae
34
Q

de linker en rechter lamina van de arcus vertebrae komen achteraan op de middellijn samen, ze vormen de

A

processus spinosus

35
Q

hoe worden de linker en rechter lamina aan het corpus verbonden

A

pediculi