1C3 week 12 college 2 Flashcards
Calcium
- Bot (hydroxypatiet)
- Klein deel in plasma
- Van belang voor o.a. membraanpotentiaal, signaaltransductie, spierconcentratie, bloedstolling
Fosfaat
- Bot (hydroxyapatiet)
- Klein fractie in serum
o Als inorganisch fosfaat - DNA, RNA, ATP, ADP
- Fosforylering receptoren en eiwitten
Hoeveel calcium moet je per dag binnen krijgen
1 gram
PTH
Calcium en bijschildklierhormoon
o Calcium gevoelige receptor
o Als calcium hieraan bindt, zal er minder PTH geproduceerd worden
Fracties calcium in circulatie
o Geïoniseerd calcium (50%)
o Eiwit gebonden (40%)
pH afhankelijk
o Gecomplexeerd calcium (10%)
bijv. citraat, sulfaat, fosfaat
Hormonen betrokken bij extracellulaire calciumhuishouding
PTH, Vit. D, calcitonine
PTH effecten
- Mobilisatie Ca en P uit skelet via stimulatie osteoclastaire botresorptie
- Verhoging renale Ca-drempel en verlaging P-drempel
- Stimulatie 1a-hydroxylase nier
Belangrijkste effect is constant houden s. Ca2+
Vit. D functie
Helpt met actief transport calcium uit darm
Vit. D werking
Eerst omgezet naar actief vitamine D
Dit heeft effect op de ingewanden, bot, huid, beenmerg, nieren, borst, thymus, hersenen en endocriene klieren
Het passieve transport is afhankelijk van de gradiënt calcium lumen versus bloed
Calcitonine effecten
- Direct remming osteoclastaire botresorptie
- Receptoren in de hersenen
Maar - Geen duidelijke effecten calcium huishouding bij verwijdering schildklier
- Geen duidelijke effecten calcium huishouding bij medullair schildkliercarcinoom
PO4 nodig voor
o Bot (mineralisatie)
o DNA
o Fosforylering van receptoren, eiwitten
o ATP
o Zuur-base buffer
Hormonen betrokken bij fosfaathuidhouding
o Bijschildklierhormoon (PTH)
Remt de NaPi transporter in nier waardoor remming P reabsorptie
Stimuleert 1-a hydroxylase waardoor verhoogde productie vitamine D
Stimuleert osteoclastaire botresoptie via de osteoblast (stimulatie RANKL, remming OPG)
o Vitamine D
o Fibroblast groeifactor 23
Hypofosfatemie symptomen
o Skelet: rachitis (jeugd), osteomalacie (ouderen) met verkrommingen, botpijnen en breuken
o Spieren: spierpijn en spierzwakte (waggelgang)
o Vermoeidheid
o Dysfunctie hart en hersenen
Gevolg vit. D tekort
secundiare hyperparathyreoidie (verhoogde ombouw)
Gevolg vit. D tekort en lage inname calcium
Doet de ernst van secundaire hyperparathyreoïdie toenemen