1B3 week 14 college 9 Flashcards
Bij niertransplantatie wordt er gekeken naar …
Bloedgroep, weefseleigenschappen (HLA-typering en anti-HLA antistoffen), uitgebreide medische screen, risico op recidief van nierziekte, chirurgische beoordeling, donornier
Complicaties niertransplantatie
Trombose, bloeding, infectie, lekkage/stenose van urineleider
Functie B-cel
Produceren antistoffen
Eerste fase: Inductiefase immuunsuppressie
Tijdelijk extra immuunsuppressie toegediend, waardoor de kans op afstoting lager wordt en de mogelijkheid ontstaat om later te starten met callcineurineremmers
Tweede fase
Onderhoudsfase immuunsuppressie
Werking tacrolimus en ciclosporine
Remmen calcineurine, wat essentieel is voor de communicatie tussen T-cel en APC via de HLA moleculen
Bijwerkingen tacrolimus en ciclosporine
Hoge bloeddruk, nier- en zenuwbeschadiging, risico op diabetes en verhoogd cholesterol
Werking basiliximab
Inductietherapie door interleukine twee te remmen
Werking azathioprine
Remt de celdeling, waardoor de T-cellen niet kunnen delen
Bijwerkingen azathioprine
Leverziekten, remming van het beenmerg, buikklachten en diarree
Werking myocofenolaat mofetil
Remt de T-cel deling door te zorgen dat er geen bouwstenen zijn voor het DNA
Bijwerking prednison
Oedeem, toegenomen haargroei, risico op diabetes, gewichtstoename, spierzwakte, hypertensie en verhoogd cholesterol
Twee belangrijkste infecties
Cytomegalovirus (CMV) en pneumocytis jiroveci pneumonie (PJP)
Cytomegalovirus (CMV)
Familie van het herpesvirus
Pneumocytis jiroveci pneumonie (PJP)
Een gistachtige schimmel die ernstige pneumonie veroorzaakt