HC 5.2 Chronische nierinsufficiëntie Flashcards
Hoeveel procent van de populatie heeft chronische nierinsufficiëntie?
CNS bij 10% van populatie, vaker bij ouderen.
Wat is de definitie van chronische nierschade?
- Verlaagde GFR
- Afwijkende urine: eiwit en/of cellen (als er een normale GFR is kan je naar de urine kijken)
Welk eiwit zie je bij gezonde mensen in de urine?
Tam-Horsfall eiwit: wordt gemaakt in de tubuli en kun je zien bij gezonde mensen in de urine.
Zijn cellen in de urine altijd tekenen van nierschade?
Cellen in de urine kunnen van de blaas komen, maar als het ery’s zijn, kan dat wijzen op een glomerulaire aandoening. Je kunt ook kijken of het cilinders zijn: ery’s komen uit de glomerulus als ze samen met eiwit worden uitgescheiden worden dan worden ze gecast in een eiwitstructuur. Ery’s zijn ook kapot als ze in de urine komen door een glomerulair probleem.
Wat is de KDIGO-stadia van CNS?
Onderscheid maken op basis van eGFR en hoeveelheid albumine in de urine. Hoe slechter hoe groter de kans op hart- en vaatziekten.
G5 is het punt wanneer je over dialyse gaat nadenken. In G3 zitten veel mensen: chronische nierschade tussen de 30-60.
Wat is de relatie tussen eGFR en albuminurie met de levensverwachting?
eGFR zegt ook iets over de levensverwachting. Dit geldt ook voor albuminurie. Albuminurie remmen, hiermee kan je ook de achteruitgang van nierfunctie remmen. Het is een onafhankelijke risicofactor.
Wat is de relatie tussen eGFR en albuminurie met CVD?
De kans op cardiovasculaire dood neemt toe met de stadia van eGFR en albuminurie.
Waar kan chronische nierschade tot leiden?
- Sodium en volume overload
- Anemie
- Accumulatie van uremische toxines
- Sympatische overreactiviteit en RAAS activatie
- Inflammatie en verhoogde oxidatieve stress
- Gezamelijke CKD-CVD risicofactoren
- Homeostatische abnormabiliteit
- Veranderd botmetabolisme: bot wordt afgezet in bijvoorbeeld de vaten.
Wat zijn de verschillende meetmethoden voor eGFR?
- CKD-EPI: is een schatting. Hierbij wordt kreatinine, leeftijd en geslacht meegenomen in de berekening. Er wordt niet gekeken naar spiermassa. Er wordt een afwijking van 30% geaccepteerd.
o minder betrouwbaar bij afwijkende spiermassa en afwijkende vleesinname.
o Lage spiermassa: onderschatting, hoge spiermassa: overschatting
o Alternatief wat je kan meten i.p.v. creatinine (goed gefiltreerd en klein) is cystatine C: niet afhankelijk van spiermassa wordt goed gefiltreerd. Beïnvloeding door andere factoren (o.a. gebruik prednisolon). Wordt niet gebruikt omdat het duur is. - Inuline: wordt 100% gefiltreerd: Dit is niet te doen bij iedereen.
Wat is de ACR?
Hoeveelheid eiwit in de urine wordt berekend ten opzichte van de hoeveelheid creatinine in de urine, omdat dat ongeveer hetzelfde blijft. Je hebt 10 mmol creatinine uitscheiding per dag.
Wanneer komen mensen bij de nefroloog terecht?
Mensen komen bij de nefroloog bij schade of verlaagde GFR.
Wat zijn risicofactoren voor CNS?
- Diabetes
- Hypertensie
- Nierstenen
- Frequente UWI, met name bij reflux.
- Auto-immuunziekten
- Acute nierschade
- Medicatiegebruik:
o NSAIDs: geeft tubulo-interstitiële nefritis als het lang doorgaat zorgt het voor verlitteking
o AB: fluclox, gentamycine
o Maagzuurremmers: Pantoprazol, omeprazol - Overgewicht
- Ras, leeftijd
o Afro-amerikaanse mensen hebben genetisch een hogere kans op nierschade. Dit komt omdat deze mensen vaker hypertensie hebben,
Wat zeggen schorsintrekkingen van de nier op een echo je?
Dit kan komen door frequente infecties van de nier of door een nierinfarct.
Wat is de classificatie van CNS?
- Glomerulair: diabetes, glomerulonefritis
- Tubulo-interstitieel: sarcoidose, intoxicaties, UWI
- Vasculair: atherosclerose, hypertensie
- Congenitaal/cysten: ADPKD, alportsyndroom (probleem in de podocyten en basaalmembraan wat leidt tot eiwitverlies en gehoorverlies), aanlegstoornis nier.
Wat is hyperfiltratie en hoe zorgt dit voor nierschade?
Je hebt wat schade aan nefronen of een nier minder. De overige nefronen gaan wat harder werken. Filtratiedruk wordt wat hoger dus dit verbeterd de eGFR op korte termijn. Op de lange termijn zorgt het hogere drukverschil voor fibrose en functieverlies. Je probeert het proces van hyperfiltratie te remmen.