HC 1.6 Dyspnoe en Xthorax en CT Flashcards

1
Q

Welke radiologische modaliteit zijn er voor het beoordleen van de thorax?

A

X-thorax, doorlichting, angiografie, CT-thorax (CTA, CT-coronairen), MRI thorax/hart, echografie thoraxwand (pneumothorax of pleuravocht).

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Waarop zijn CT en conventionele röntgen gebaseerd?

A

Röntgen verzwakking = foton energie gaat door object waarin het signaal verzwakt wordt. Het signaal dat overblijft, komt op de display. Kleur: zwart / wit (grijswaarden). Elektroden gaan van verwarmde kathoden –> anoden, ze botsen hierop –> hier komen X-stralen uit vrij.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Wat kun je zeggen over het maken van AP en PA röntgenfoto’s?

A

Eén richting, inspiratie (diafragma goed beoordelen (gaat naar beneden) en longen goed beoordeelbaar en hartcontour ook), hart contour, Ff afstand (130-150 cm, bedopname afstand tot pt variabel)
Staand doen we altijd PA (voordeel minder variatie van de hartgroottes), het hart ligt dichter bij de plaat. Bij liggend AP kan het hart soms groter zijn, hart ligt verder van de plaat en daarnaast is de afstand van de bundel niet altijd hetzelfde. We maken meestal ook een foto van de laterale zijde.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Wat is het effect van overgewicht op röntgenfoto’s?

A

Mens wordt zwaarder, meer absorberend weefsel eromheen. Dus je houdt minder energie over om je plaatje af te beelden. Je kan wel de energie verhogen, maar röntgenstraling is wel kankerverwekkend. Schildklier, borstweefsel en darmen zijn gevoeliger voor straling. Hierop letten noemen we stralingshygiëne.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Wat zie je op de X-thorax (afhankelijk van kleur)?

A

Wit: metale dingen (hoog atoomgetal), bijna wit: botten, grijs: alles ertussen: vet, weke delen en consolidatie. Zwart: lucht.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Hoe kun je bij de CT spelen met grijswaarden?

A

CT scan draait eromheen. Bij de CT-scan kleuren we het bloed aan met jodiumhoudend contrast middel. We kunnen de grijswaarden indelen in bepaalde windows, waardoor je sommige structuren beter kunnen bekijken. Hounsfield unit windows. Je kan de grijswaarden heel breed of smal bekijken. Bij heel breed zie je bijv. de inwendige organen als 1 hoopje.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Wat is een consolidatie?

A

Consolidatie = iets wat de plaats inneemt van luchthoudend longweefsel: vocht, infectie, atelectases (samengevallen longweefsel), longbloeding, aspiratie, solide massa.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Hoe moet je een thoraxfoto beoordelen?

A
  • Houd een systeem (vergeet niks);
  • Twee richtingen: PA en lateraal (staand à linkeratrium in beeld);
  • Goede belichting (check belichtingsmeter);
  • Is alles afgebeeld? (longtoppen sinussen);
  • Leeftijd/geslacht & klinische informatie.
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

Welke structuren moet je beoordelen op een thoraxfoto?

A
  1. Lijnen / tube / corpora aliena
  2. Cor
  3. Hili
  4. Mediastinum
  5. Longparenchym
  6. Pleura
  7. Skelet (Big Ribs zitten Rechts, we zetten ze lateraal links tegen de plaat)
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

Wat wil je zien op een X-thorax?

A
  • Scherpe sinussen (onder zijkanten); als ze niet scherp zijn dan zit er vocht.
  • Diafragma goed zichbaar;
  • Hili opgebouwd uit bloedvaten (vergroot bij lymfeklieren die vergroot zijn);
  • Trachea;
  • Botstructuren.
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

Kun je afwijkingen van alveolair niveau herkennen op een X-thorax?

A

Op CT kun je afwijkingen herkennen op alveolair niveau. Op X-thorax kan je dat niet zien: < 1 cm kun je niet zien.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

Wat zie je op deze foto?

A

Foto 2: geen vaattekening rechts, wel pleuravocht links. Pt heeft een pneumothorax. Maagsonde via trachea door longparechym gepositioneerd. Beter zichtbaar op de CT: ook bloeding zichtbaar (grijs ipv zwart).

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

Welke onderdelen van het hart zie je op een PA opname van de thorax?

A

Rechter atrium en linkerventrikel is onderdeel van de hartcontour. Rechterventrikel ligt naar voren toe gericht.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

Welke onderdelen van het hart zie je op een laterale opname van de thorax?

A

Hart moet ruim voor de v. cava inferior liggen. Bij een vergroot hart zie je het niet.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

Wanneer spreek je van een te groot hart?

A

Cor-thorax ratio: < 50% = normaal.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

Wat is handig om in je achterhoofd te houden bij het beoordelen van foto’s?

A

Voorgeschiedenis bekend? Oude foto’s ter vergelijking, kliniek niet altijd gelijk aan radiologisch beeld. Kliniek kan voorlopen en de foto kan achterlopen.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
17
Q

Waaruit bestaat de hili?

A

Veneuze structuren + pulmonaal arteriën

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
18
Q

Wat zijn kenmerken van de linkerventrikel en wat is er bijzonder aan de pulmonaal vene en arterie?

A

LV heeft krachtige kleppen omdat de weerstand van het lichaam heel groot is. Pulmonaal arterie heeft niet geoxigeneerd bloed en de vene juist wel.

19
Q

Wat is een normale breedte van de paratracheale lijn? En waarbij kan deze verbreed zijn?

A

Paratracheale lijn is 2-4 mm breed. Breder kan bijv. opgezwollen lymfklieren zijn. Dit kun je zien bij bijv. TB of sarcoïdose.

20
Q

Wat zijn de oorzaken van hilaire vergroting?

A
  • overvulling: verbreding van diameter, redistributie (normaal à bloedvaten beneden breder door zwaartekracht, bij redistributie zijn de hogere bloedvaten breed), peribronchiale cuffing (losmazig bindweefsel rondom de longvaten gaat zich vullen met vocht, door teveel vocht in het interstitium), vervaging longvaattekening.
  • vaatvergroting van andere oorzaak
  • massa: lymfadenopathie, tumor
21
Q

Mediastinum benaming:

A

Prevascular, visceral, paravertebral. Al deze ruimtes en structuren hebben hun eigen pathologie.
- Prevasculair: thymus, vet, sternum
- Visceraal: hart, aorta, oesophagus, trachea, vena cava superior
- Paravertebraal: wervelkolom

22
Q

Wat is er kenmerkend aan een X-thorax voor COPD?

A

Hyperinflatie duidt op COPD of emfyseem. Omdat er longweefsel verdwijnt.

23
Q

Wat zie je op dit plaatje?

A

Atelectase bovenkwab. Het verhaal speelt een rol bij het beoordelen van een consolidatie. Bij een atelectase moet je ergens ruimte vandaan halen, als iets samenvalt trekt het andere dingen mee. Als de bovenkwab samenvalt dan kantelt die naar voren, want deze zit alleen vast aan de hillus. en de onderkwab draait naar achter en vult de ruimte op. Vaak is de tumor of trauma een oorzaak van een bovenkwab atelectase. Door het afsluiten van de bovenkwabsbronchus. Atelectase is bijna altijd wel reversibel maar je kan niet altijd de oorzaak wegnemen.

24
Q

Waar bevindt de rechtermiddenkwab zich?

A

De middenkwab gaat tegen het hart aan.

25
Q

Wat zie je op dit plaatje?

A

Vlekjes in de longen: metastasen. Je moet bewijzen wat dit is.

26
Q

Wanneer is er sprake van open TBC?

A

Open tuberculose: er is contact met de bronchieën. Je kunt verschillende patronen krijgen bij TB.

27
Q

Wat zie je op dit plaatje?

A

Pleuravocht

28
Q

Wat zie je op dit plaatje?

A

Er kan pleuravocht ophopen tussen de pleurabladen tussen in de fissuren /tussen de kwabben -> dit kan een lensvorm hebben. Dit kan leiden op een tumor (pseudotumor).

29
Q

Wat zie je op dit plaatje?

A

Spanningspneu. Bij spanningspneu zo snel mogelijk de drukken weer gelijk maken want ander tegenovergestelde long en vaten in gedring. Behandeling thoraxdrain.

30
Q

Wat zie je op dit plaatje?

A

Hulstvorm: verkalkte pleuraplaque van asbest (= geen voorloper voor een mesothelioom). Ouderen die in de scheepsvaart hebben gewerkt.

31
Q

Waar kan TBC nog meer toe leiden?

A

Spondylodiscitis: TBC kan ook een verwekker hiervan zijn.
- Mensen kregen vroeger als het genas een gibbus. Als ze onbehandeld waren.

32
Q

Wat is het verschil tussen de röntgenfoto en de CT-scan?

A

Werkt hetzelfde als de röntgenfoto. Maar dan 360 graden terwijl de patiënt door het middel van de scan heen beweegt.

33
Q

Wat is beter energy intergrated of photon counting?

A

Energy intergrated vs Photon counting: minder straling, veel scherper beeld, minder jodiumhoudend contrast

34
Q

Welke kanten op kan je reconstrueren bij een CT?

A

Reconstrueren kan gedaan worden op verschillende manieren (je hebt kubusjes aan info dus je kan alle kanten op reconstrueren). -> Coronaal, sagittaal, (axiaal). Normaal is axiaal.

35
Q

Waarvoor gebruik je de CT-scan bij longtumoren?

A

i. stadiëring CT, (MRI), PET
ii. lokaliseren CT
iii. karakteriseren CT, (MRI), PET
iv. therapie CT, PET

36
Q

Wat is het horner syndroom?

A

Uitval van de sympathische innervatie: de symptomen zijn ipsilateraal. Horner syndroom: longtoptumor: ptosis, miosis, soms anhidrosis (geen zweetsecretie)

37
Q

Wat is er kenmerkend aan een lobulaire pneumonie?

A

Lobulaire pneumonie: neemt gehele lob mee van de long. Usual suspect: pneumokok.

38
Q

Wat is er kenmerkend aan een bronchopneumonie?

A

Bronchopneumonie: meestal streptokokken pneumoniae. (druiventrosjes).

39
Q

Wat is er kenmerkend aan dit fijne interstitiële beeld?

A

Fijn nodulair interstitieel beeld: stippeltjes in de long: bronchiolitis. Meest voorkomende oorzaak infectie. Maar ook op basis van roken, hypersensitiviteit, lymfoom. O.a. RS-virus.

40
Q

Wat zie je op dit plaatje?

A

Tuberculose, kenmerkend aankleuring met zuurvaste staven. 90% is latent en asymptomatisch, je ziet verkazende granulomen.

41
Q

Wat zie je op dit plaatje?

A

Bronchiolitis obv schimmel: Aspergillus sp.

42
Q

Hoe ziet pleura empyeem eruit op de CT?

A

Pleuraal empyeem is een ophoping van pus in de pleuraholte. CT-scan kenmerken zijn onder andere verdikte pleura, afgekapselde vloeistof met septaties, longcompressie en soms luchtbellen binnen de pus.

43
Q

Wat zijn de CT kenmerken van COVID-19?

A

Matglasafwijkingen (wazige gebieden), bilateraal en consolidaties (witte gebieden).

44
Q

Hoe ziet pericarditis eruit op de CT?

A
  • Verdikking van het pericard (>4 mm) is een typisch teken van pericarditis.
  • Pericardiale effusie (vochtophoping) verschijnt als een donkere rand van vloeistof rond het hart.
  • Pericardiale verkalking kan zichtbaar zijn in chronische gevallen, vooral bij constrictieve pericarditis