Norsk Ordliste 39-3 Flashcards
1
Q
zijn rug rechten
A
stramme seg opp
2
Q
poos, tijd
A
stund
3
Q
inzuigen
A
suge inn
4
Q
boos
A
sur
5
Q
zwak
A
svak
6
Q
symbool
A
symbol (n)
7
Q
symbolistisch
A
symbolistisk
8
Q
zaadcel
A
saedcelle
9
Q
hetzelfde jaar
A
s.ä. (samme är)
10
Q
zelfs, tot en met
A
til og med
11
Q
gewoonlijk
A
til vanlig
12
Q
onmogelijk
A
umulig
13
Q
stom, niet sprekend
A
umaelende
14
Q
ontvangen (voortplantingsterm)
A
unnfanget
15
Q
onredelijk, onbillijk
A
urimelig