TW13 A1 Flashcards

1
Q

Alle ministers samen vormen de … .

A

regering

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Iets wat niet nieuw is, is …

A

oud

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Wetenschap en kunst vormen samen de … van een land

A

cultuur

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Ik … in God

A

geloof

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

… God? Ik weet het niet zeker.

A

Bestaat

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Op zondag ga ik bidden in de …

A

kerk

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Boven in de kerktoren hangt een …

A

klok

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

slecht >

A

goed

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

Wat te maken heeft met het katholicisme is …

A

katholiek

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

Wat te maken heeft met het protestantisme is …

A

protestants

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

Ik zing een …

A

lied

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

Ja, ik wil met jou …! Ik beloof voor je te zorgen in goede en kwade dagen.

A

trouwen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

Wij zijn getrouwd en wij zijn gelukkig met elkaar. Wij hebben een gelukkig …

A

huwelijk

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

Ik laat mijn hersenen werken, ik …

A

denk

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

De start van iets =

A

het begin

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

de oorzaak = …

A

de reden

17
Q

het gevolg = …

A

de consequentie

18
Q

iets wat waar is =

A

de waarheid

19
Q

iets wat fout is =

A

verkeerd

20
Q

Wat jij zegt is niet de waarheid, het is niet …

A

waar

21
Q

Letters vormen samen een … .

A

woord