HC 6.2 Soa’s Flashcards

1
Q

Noem verschillende voorbeelden van kenmerken waaraan je SOA’s herkend.

A
  • Ulcus op de penis: syfillis
  • Hard duwen op de urethra en dan komt er pus uit: druiper passend bij gonorroe
  • Witte wratachtige plekken: condylomen.
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Wat kun je zeggen over de incidentie van SOA’s?

A

De incidentie van SOA’s neemt toe ondanks alle moeite die we vanuit de WHO doen. In 2023 liep 2,7% van de Nederlanders ouders dan 16 een SOA op.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Welke groepen mensen zijn gevoelig voor SOA’s?

A

MSM, intraveneus drugs gebruikers, sekswerkers, transgenders, gedetineerden.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Wat zijn de meest voorkomende SOA’s?

A
  1. Chlamydia
  2. Genitale wratten
  3. Genitale herpes
  4. Gonorroe
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Wat is een voorbehoedsmiddel dat beschermd tegen elke SOA?

A

Condoom

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Waarom geef je voor het voorkomen van SOA’s niet preventief AB?

A

Omdat het niet werkt. Dit bevordert alleen maar meer resistentie. Bij HIV werkt preventie wel met behulp van PrEP.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Wat zijn kenmerken van SOA’s?

A
  • infectieziekten, bij seksueel contact overgedragen
  • via sperma, bloed, vaginaal vocht en bij contact van slijmvliezen
  • vaginaal, oraal, anaal contact, seksattributen
  • intraveneus drugsgebruik, zwangerschap (bepaalde behandelingen voor SOA’s kun je niet doen tijdens de zwangerschap, daarnaast kan het hebben van een SOA tijdens de zwangerschap leiden tot een prematuur kind), tatoeages
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Welke klachten kun je hebben bij een SOA?

A
  • urethritis
  • fluor en vaginitis
  • epididymitis
  • pelvic inflammatory disease
  • balanoposthitis
  • proctitis
  • genitale ulcera
  • inguinale lymfadenitis
    Het beestje zorgt niet voor de klachten, maar het immuunsysteem die optreedt tegen het beestje zorgt voor de klachten.
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

Hoe maken we een indeling onder de SOA’s?

A
  • bacterieel (CT, NG, syfilis)
  • viraal (HSV, HBV, HPV, HIV)
  • parasitair (scabiës, pediculosis pubis)
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

Wat moet je uitvragen bij het SOA-consult?

A

Vraag bij soa-gerelateerde klachten naar:
- begin, aard, duur en beloop van de klachten
- tijd tussen eventueel onveilig seksueel contact en begin van de klachten
- seksuele contacten na het ontstaan van de klachten
Vraag bij vaginale klachten of klachten passend bij epididymitis of urethritis naar:
- afscheiding urethra, afscheiding uit de anus
- pijnlijk, branderig, geïrriteerd gevoel bij het plassen, jeuk of irritatie
- koorts, koude rillingen, andere algemene ziekteverschijnselen
- bij een vrouw: afscheiding, contactbloedingen, intermenstrueel bloedverlies, pijn in de onderbuik
- bij een man: pijn en zwelling van de bijbal, roodheid en zwelling van het scrotum
Vraag bij mogelijke proctitis naar:
- bloed, slijm of pus bij de ontlasting
- pijn bij defecatie
- diarree
- loze aandrang
- krampen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

Wat voor LO en AO doe je bij het SOA consult?

A

Lichamelijk onderzoek:
- Als de patiënt geen klachten heeft, is lichamelijk onderzoek niet nodig.
- Verricht bij patiënten met soa-gerelateerde klachten lichamelijk onderzoek, zoals inspectie van het anogenitale gebied, speculumonderzoek, vaginaal toucher en/of (facultatief) proctoscopie.
Aanvullend onderzoek:
- afname ‘kweekmateriaal’
- afname bloed
- urineonderzoek

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

Wat zijn de kenmerken van chlamydia?

A
  • Bacterieel
  • Chlamydia trachomatis
  • Seksueel contact, orogenitaal, moeder-kind
  • Incubatie tijd 1-3 weken
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

Wat zijn de verwekkers van chlamydia?

A
  • urogenitale infecties en conjunctivitis - serotypes D, E, F, G, H, I, J en K;
  • trachoom - serotypes A, B en C; (ontsteking van het bindvlies van het oog)
  • lymphogranuloma venereum- Serotypes L1, L2 en L3; (geeft ook schade aan de darmen, waarbij je pussige uitvloed kan zien, bij deze mensen wordt soms onterecht aan de ziekte van Crohn gedacht)
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

Wat zijn de symptomen van chlamydia?

A
  • Man: uretritis, proctitis
  • Vrouw: veranderde fluor, contactbloedingen, buikpijn, dyspareunie, cervicitis, uretritis, proctitis
  • 70-95% van de Ct-infecties bij vrouwen verloopt asymptomatisch en >50% (25-100) bij mannen. Ongeveer 25% van de LGV-infecties verloopt asymptomatisch (Lanjouw 2015). Deze infecties kunnen zo onopgemerkt een reservoir vormen.
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

Waarom hebben vrouwen meer last van auto-immuunziekten en minder last van infecties en bij mannen andersom?

A

Vrouwen kunnen bijv. beter chlamydia opruimen dan mannen, doordat ze een krachtiger immuunsysteem hebben. Maar hierdoor is het immuunsysteem ook krachtig genoeg om auto-immuunziekten te krijgen.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

Welke complicaties kunnen voorkomen bij chlamydia?

A
  • Vrouw: PID (pelvic inflammatory disease), infertiliteit / EUG (extra-uteriene graviditeit), tubair ovarieel abces
  • Man & vrouw: SARA (sexually acquired reactive arthritis)
  • Man: epididymitis
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
17
Q

Hoe doe je diagnostiek voor chlamydia?

A
  • Man: NAAT/PCR 1e straals urine
  • Vrouw: NAAT/PCR via vaginale selfswab
  • Receptief anale seks < 6 maand/anale klachten: NAAT/PCR proctum
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
18
Q

Wat is de behandeling van chlamydia?

A

Chlamydia trachomatis-infectie
- 1e keus: azitromycine 1.000 mg po, eenmalig
- 2e keus: doxycycline 100 mg po, 2 dd, 7 dagen
Rectale Chlamydia trachomatis-infectie
- Doxycycline 100 mg, 2 dd, 7 dagen
Zwangere vrouwen met Chlamydia trachomatis
- Azitromycine 1.000 mg po eenmalig of amoxicilline 500 mg po 3 dd 7 dagen
- In het eerste trimester mag je iemand behandelen alsof die niet zwanger is. In de 2e en 3e trimester moet je behandelen zoals bovenstaand.
LGV
- 1e keus: doxycycline 100 po, 2 dd, 21 dagen
- Alternatief: erytromycine 500 mg po, 4 dd, 21 dagen
Check of je cliënt op andere soa’s is getest en of dit nodig is.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
19
Q

Welke partners moet je waarschuwen bij chlamydia?

A
  • Symptomatisch? partners laatste 4 tot 6 weken
  • Asymptomatisch? partners laatste 6 maanden
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
20
Q

Waarom hoef je als je geen klachten hebt niet getest te worden op chlamydia?

A

Omdat chlamydia geen infertiliteit geeft als het asymptomatisch voorkomt. Als je geen klachten hebt hoef je dus niks te doen en dus ook niet te behandelen. Het repareren van immunologische schade (waarbij je klachten ervaart) zorgt voor infertiliteit omdat er dan verbindweefseling plaats vindt.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
21
Q

Wat zijn de kenmerken van gonorroe?

A
  • Bacterieel
  • Neisseria Gonorrhoeae
  • Seksueel contact, orogenitaal, moeder-kind
  • Incubatietijd 2 dagen tot 3 weken (gem. 8 dagen)
22
Q

Wat zijn de symptomen van Gonorroe?

A
  • Vrouw: 30 tot 60% asymptomatisch: toegenomen fluor, tussentijds bloedverlies, dysurie, proctitis, purulente faryngitis
  • Man: 10% asymptomatisch: uretritis, dysurie, pussige afscheiding (“druiper”), proctitis, purulente faryngitis
  • Anorectale gonorroe: vaak asymptomatisch, irritatie, jeuk, afscheiding
23
Q

Welke complicaties kunnen voorkomen bij Gonorroe?

A
  • Vrouw: bartholinitis, PID / tubair ovarieel abces, EUG
  • Man: epididymitis, prostatitis, bij chronische infectie: uretrale stricturen
24
Q

Hoe doe je diagnostiek voor Gonorroe?

A
  • NAAT/PCR
  • grampreparaat (sneldiagnostiek man): druiper kleuren onder de microscoop.
  • kweek + resistentie bepaling
  • Man: NAAT/PCR 1e straals urine , kweek urethra uitstrijk
  • Vrouw: NAAT/PCR selfswab vaginaal
  • Receptief anale seks <6 maand/anale klachten/MSM: NAAT/PCR proctum
    Nadeel van PCR: je kunt het niet gaan herhalen want als het beestje dood is dan kun je nog steeds RNA aantonen.
25
Q

Wat is de behandeling van Gonorroe?

A

Ceftriaxon 500 mg i.m. eenmalig. Is een Chlamydia trachomatis nog niet uitgesloten? Dan: PLUS azitromycine 1.000 mg po eenmalig.
Alternatieve behandeling van gonorroe:
- Indien ceftriaxon niet beschikbaar is een goed alternatief: cefotaxim 1000 mg i.m. eenmalig.
- Alleen op geleide van gevoeligheidsbepaling (kweek of moleculair): ciprofloxacine 500 mg po eenmalig.
Gedissemineerde gonorroe
Ceftriaxon 50 mg/kg/24 uur iv 7 dagen

26
Q

Welke partners moet je waarschuwen bij gonorroe?

A
  • symptomatisch: partners 4-6 weken
  • asymptomatisch: partners laatste 6 maanden
27
Q

Wat zijn de kenmerken van condylomata acuminata?

A
  • Viraal
  • Humaan papillomavirus (HPV) nr. 6 en 11 (zorgen niet voor cervixcarcinoom)
  • Seksueel contact, vingers, handdoeken, moeder-kind
  • Incubatietijd 1-8 maanden, gemiddeld 3 maanden
28
Q

Hoe doe je diagnostiek voor condylomata acuminata?

A
  • Klinische diagnose
  • zelden biopt / HPV typering
  • Soms inwendig; proctoscopie /speculumonderzoek /urethroscopie
29
Q

Wat is de behandeling van condylomata acuminata?

A
  • Imiquimod (crème 5%): 3 x per week, om de dag. Max. 6 weken
  • Podofyllotoxine (crème 0, 15%, vloeistof 0, 5%): 2 dd gedurende 3 achtereenvolgende dagen per week, max. 16 weken
  • Sinecathechine (zalf 10%): 3 dd, max. 16 weken
  • Poliklinische ablatieve behandeling (via dermatoloog) o.a. bij inwendige wratten.
  • Vloeibare stikstof
  • Trichloorazijnzuur
  • Ablatieve laserbehandeling
  • Check of cliënt op andere soa’s is getest en of dit nodig is
30
Q

Waar duiden condylomata lata op?

A

Bij syfilis heb je condylomata lata: deze zijn vlakker. Zie je dit dan duidt het op Lues stadium 2.

31
Q

Wat zijn de kenmerken van herpes genitalis?

A
  • Viraal
  • Herpes simplex virus type I (20%), type II (80%)
  • Seksueel contact, orogenitaal, moeder-kind
  • Incubatietijd 2 tot 12 dagen
32
Q

Wat zijn de symptomen van herpes genitalis?

A
  • Soms asymptomatisch
  • Erosies, blaasjes met helder vocht –> indrogen en korstvorming
  • Prodromaal soms jeuk of branderigheid
  • Regelmatige re-activatie
    Het zijn pijnlijke jeukende ulceraties. In tegenstelling tot de syfilis dat is een pijnloos ulcus.
33
Q

Hoe doe je diagnostiek voor herpes genitalis?

A
  • NAAT HSV 1/2 op materiaal uit blaasje/erosie/korst
34
Q

Wat is de behandeling van herpes genitalis?

A
  • Valaciclovir 500 mg p.o. 2dd gedurende 5 tot 10 dagen
  • Immuungecompromiteerden: dosis en duur verdubbelen
  • Recidiverend (> 6x per jaar): onderhoudstherapie valaciclovir 500 mg p.o. 1dd
35
Q

Wat zijn de kenmerken van Hepatitis B?

A
  • Viraal
  • Hepadnaviridae familie
  • Seksueel contact, moeder-kind, bloed-bloed
  • Incubatietijd 4 weken – 6 maanden (gemiddeld 2-3 maanden)
36
Q

Wat zijn de symptomen van Hepatitis B?

A
  • Via seks, bloed, transfusie, zwangerschap
  • Vaak asymptomatisch
  • 90% spontane genezing, 10% chronisch
  • Dragers 5-10% -> actieve vs inactieve chronische infectie
  • 40.000 dragers in Nederland
  • Presentatie: acute hepatitis (90% genezing, immuun)
  • Symptomen: moeheid, malaise, koorts, icterus
37
Q

Hoe doe je diagnostiek voor Hepatitis B?

A
  • Anti HBc (indien positief HBsAg en andere serologische parameters)
  • Indien HBsAg positief verwijzing internist/infectioloog
38
Q

Hoe werkt de nazorg en partnerwaarschuwing bij HepB?

A
  • meldingsplicht
  • bron- en contact opsporing GGD
  • Vaccinatie adviseren aan personen met hoger risico:
    o MSM
    o sekswerkers
    o Seksuele partners/huisgenoten van HBsAg pos. personen
    o intraveneus druggebruikers
39
Q

Wat zijn de kenmerken van syfilis?

A
  • Bacterieel (spirocheet): zelfde familie als de spirocheet Borrelia. Borrelia en Lues serologie kunnen elkaar kruisen
  • Treponema Pallidum
  • Seksueel contact, moeder-kind transmissie (een zwangere vrouw met lues moet je echt behandelen want anders krijg je problemen bij het kindje)
  • Incubatie tijd: gemiddeld 3 weken tot primaire laesie, 6 weken tot 12 maanden tot secundaire stadium
40
Q

Wat zijn de symptomen van syfilis?

A
  • Stadium I: pijnloos ulcus, lymfeklierzwelling
  • Stadium II: roseolen, exantheem, haaruitval, wratachtige afwijkingen (condylomata lata), algemene ziekteverschijnselen
  • Stadium III: gummata, neurosyfilis (aandoening van de hersenen), vasculaire syfilis
41
Q

Hoe doe je diagnostiek voor syfilis?

A
  • Verdenking stadium I: donkerveldmicroscopie, kliniek, serologie
  • De enzyme immuno assays (EIA’s) en chemiluminescence immuno assays (CLIA’s) zijn twee geautomatiseerde treponemale screeningstesten die in toenemende mate de handmatig uitgevoerde TPPA- en TPHA-testen hebben vervangen. Een positieve EIA- en/of CLIA-uitslag dient te worden bevestigd met een andere treponemale test (TPHA/TPPA/westernblot).
  • Een non-treponemale test (RPR) (ook VDRL) volgt ter bepaling van de ziekteactiviteit.
42
Q

Wat is de behandeling van syfilis?

A
  • Stadium I: Benzathinebenzylpenicilline (Penidural,Tardocillin) 2.4 milj. IE i.m. 1x
  • alternatief doxycycline 100mg 2dd gedurende 2 weken
  • Zwangeren& stadium II/III: Benzathinebenzylpenicilline (Penidural, Tardocillin) 2.4 milj. IE i.m. dag 1,8 en 15
43
Q

Hoe werkt de nazorg en partnerwaarschuwing bij syfilis?

A
  • stadium I: alle partners laatste 3 maanden
  • Stadium II: alle partners laatste 6 maanden
  • Controle: VDRL/RPR en klinisch (neurologisch) follow up
  • Neurologische afwijkingen of geen goede reactie op therapie: liquoronderzoek t.u.v. neurosyfilis
44
Q

Wat zijn de kenmerken van HIV?

A
  • Viraal
  • Human Immunodeficiency Virus
  • Seksueel contact, bloed-bloed, moeder-kind
  • window fase: tot 3 maand na laatste risico contact
45
Q

Wat zijn de symptomen van HIV?

A
  • 50-80% griepachtige verschijnselen en/of rash binnen 2-4 weken
  • AIDS: opportunistische infecties, neurlogische ziektebeelden en neoplasieën
46
Q

Hoe doe je diagnostiek voor HIV en hoe behandel je het?

A
  • Combitest serologie HIV-1 en HIV-2 inclusief p24 antigeen
  • HIV sneltest
  • Confirmatie: Western Blot
  • Behandeling: combinatie antiretrovirale therapie (cART) via HIV behandelcentrum + follow up
47
Q

Wat is PrEP? En wat is PEP?

A

PrEP = pre-expositie profylaxe voor HIV. PEP = post-expositie profylaxe

48
Q

Hoe behandel je schaamluis?

A

Permetrine 5% crème op pubishaar en haar bovenaan de binnenkant van de benen.

49
Q

Wat is de besmettingsweg, incubatie tijd en besmettelijke periode bij scabiës?

A
  • Besmettingsweg: Langdurig (15 minuten of langer) of frequent direct huid-huidcontact, het gezamenlijk gebruik van bed, kleding, etc. Bij scabies crustosa kan de besmetting via in de lucht aanwezige huidschilfers verlopen.
  • Incubatietijd: 2-6 weken. Korter bij een herinfectie (1-4 dagen). Langer bij immuungecompromitteerde personen (tot 10 weken).
  • Besmettelijke periode: Vanaf het moment dat er mijten op de huid zitten (1-2 weken na besmetting), tot 12 uur na de start van de eerste behandeling incl. hygiënevoorschriften. Een tweede behandeling is noodzakelijk voor een effectieve behandeling.
50
Q

Welke maatregelen moet je nemen bij scabiës?

A

Maatregelen: Gelijktijdige behandeling van nauwe contacten en hygiënevoorschriften. Voor scabiës crustosa gelden additionele maatregelen. Symptomen: Jeuk, blaasjes, rode bultjes, krabeffecten en ‘gangetjes’ op voorkeurslocaties.

51
Q

Wat zijn de kenmerken van MPOX?

A
  • MPX dringt het lichaam binnen via de slijmvliezen (oro- of nasopharynx dan wel proctumslijmvlies) of via de niet-intacte huid. Initiële virusreplicatie vindt plaats ter plaatse van inoculatie met verplaatsing naar regionale lymfeklieren.
  • De incubatietijd is 6-13 dagen
  • De diagnostiek is primair gebaseerd op detectie van viraal DNA middels NAAT.
52
Q

Wat is de behandeling voor MPOX?

A

Tecovirimat