HC 2.3 Vruchtbaarheidsstoornissen bij de man Flashcards

1
Q

Echtpaar met primaire infertiliteit in huidige relatie sinds 3 jaar. Meneer is 30 jaar, heeft verminderd zijn in seks, BMI 30. Mevrouw heeft een regulaire cyclus van 28-32 dagen, G1P1, 27 jaar, BMI 25. LO: vrouwelijk beharingspatroon, adipositas, kleine vaste testis. Lab: laag testosteron, hoog LH en FSH. Semenanalyse zonder zaadcellen. Bij de echo kleine testes en wat inhomogeen parechym. Genetisch onderzoek: 47 XXY, geen y-microdeletie.
Welke conclusie kun je trekken en wat is daarvoor de behandeling?

A

Conclusie: niet-obstructieve Azoospermie (NOA) o.b.v. testiculaire insufficiëntie bij Klinefelter syndroom. Therapie: TESE/ICSI.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Hoe werkt de gonadale differentiatie bij de man?

A

Je hebt in de embryonale fase zowel ovaria als testis. Pas als het SRY zich gaat aanzetten gaat het zich ontwikkelen naar testis. De foetale testis ontstaat in week 7-12 van de zwangerschap. De testis produceert dan testosteron in de Leydig cellen en anti-mullers hormoon (AMH) in de Sertoli cellen. AMH onderdrukt het Mullers systeem, dit is betrokken bij de aanleg van de vrouwelijke genitalia. De gangen van wolf ontwikkelen zich tot de epididymis, vas deferens, vesiculae seminales. Dus de Mullerse gangen verdwijnen: behalve een restje bij de prostaat dit heet de prostatic utricle en een appendix aan de bal. Testosteron wordt omgezet in dihydrotestosteron en dit leidt tot de ontwikkeling van externe genitalia.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Hoe veel wegen de testis bij de man, hoelang is de penis, en hoeveel ejaculaat gemiddeld?

A

De testis wegen bij mannen 15 gram per stuk, penis is gemiddeld 13 cm, ejaculaat 3cc.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Hoe ziet de anatomie van de testis eruit?

A

De testis is eigenlijk een halve kilometer lange buis. De testis bestaat uit allemaal kwabjes en die kwabjes bestaan uit allemaal buisjes. Die buisjes eindigen in de epididymis en die eindigt in de ductus deferens. Testis volume is meestal groter dan 12 cc: 80% van het volume wordt ingenomen door de tubuli seminifiri met de Sertolicellen en 20% wordt ingenomen door het interstitium met de Leydigcellen.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Wat gebeurt er in de testis?

A
  • Steroïdogenese: testosteron
  • Osteogenese: Vit D aanmaak is alleen mogelijk als je een testis en huid hebt.
  • Spermatogenese
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Waar komt het vocht vandaan in het ejaculaat? Hebben mensen zonder zaadcellen of obstructie in de vas deferens nogsteeds ejaculaat?

A

Spermacellen komen vanuit de epididymis/testis (hier zit al vocht bij 2-5% vanuit de tubuli seminifiri), hierbij komt onderweg vocht bij vanuit de vesiculae seminales (het meeste vocht, 65-75%), prostaat (20-30%) en een klein beetje uit de Cowperse klieren (<1%). Omdat er dus zoveel vocht ergens anders vandaan komt hebben de mensen nog steeds een ejaculaat.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Wat is het gevolg van de bloed-testis barrière?

A

De sertolicellen zorgen voor een bloed-testis barrière: dus de zaadcellen van de man zijn technisch gezien nooit in contact geweest met zijn bloed. Als er wel contact zou zijn zou er een immuunreactie kunnen ontstaan.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Wat zijn de kenmerken van de tubuli seminiferi?

A

De tubuli seminiferi zijn verantwoordelijk voor ongeveer 2-5% van het ejaculaatvolume. Ze produceren 100 miljoen zaadcellen per dag gemaakt per testis. De spermatozoa bepalen het geslacht: er zijn 23Y- en 23X-zaadcellen in het ejaculaat.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

Wat is het verschil tussen de spermatogenese en de spermiogenese?

A

De spermatogenese is het proces waarbij de mannelijke spermatogonia zich ontwikkelen tot volwassen spermatozoa. Hiertoe behoren ook de meiotische delingen. Dit proces duurt 70 dagen. De spermiogenese is een onderdeel van de spermatogenese, namelijk de ontwikkeling van een spermatide tot een uiteindelijke spermatozoïde, hierbij krijgt de cel zijn uiteindelijke vorm (met kop en flagel), de inhoudt van de kop veranderd niet. Dit proces duurt twintig dagen.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

Waarom is het belangrijk om de duur van de spermatogenese te weten?

A

Als er iets mis gaat in dit proces dan heeft het ook weer drie maanden nodig om dit te herstellen. Door een heftige koortsperiode wordt er soms geen zaad meer aangemaakt (of zaad van verminderde kwaliteit). Er moet dan drie maanden worden gewacht (> 70 dagen eraan), alvorens een analytisch onderzoek wordt gedaan.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

Wat is de Johnson score?

A

De Johnsen-score wordt gebruikt als pathologie classificatie van de spermatogenese:
- John 10: normale spermatogenese;
- John 8-9: hypospermatogenese; (weinig zaadcellen)
- John 3-7: maturation arrest (geen uitrijping tot spermatozoa);
- John 1-2: sertollicell-only (geen spermatogonia, dus alleen maar Sertoli cellen).
De Johnsen-score kan variëren tussen de verschillende delen van de testis.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

Wat zijn de kenmerken van de hypothalamus-hypofyse-gonaden as bij de man?

A

LH zorgt ervoor dat de leydigcellen in de testis zich ontwikkelen, waarna hier testosteron wordt gemaakt. FSH zorgt ervoor dat de sertolicellen in de testis inhibine B maken. Sertolicellen maken de zaadcellen. Testosteron en inhibine B hebben beiden een negatieve feedback op de hypofyse (waardoor minder LH en FSH gemaakt wordt). Verder heeft testosteron ook een negatieve feedback op de hypothalamus. Deze as is er al op kinderleeftijd maar de zaadcelvorming begint pas in de puberteit.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

Wat gebeurt er in de epididymis met de zaadcellen?

A

De tubuli komen samen in een buis in de epididymis (bijbal). Deze zorgt voor transport, opslag en rijping van de zaadcellen. Samen met de testis zorgt het voor 2-5% van het toegevoegde vocht.
- In de bijbal neemt het fertiliserend vermogen van de zaadcellen toe. Door het vocht kunnen de zaadcellen namelijk gaan bewegen waardoor de motiliteit van de cellen toeneemt.
- Daarnaast wordt het DNA gestabiliseerd
- Ook wordt het eiwit, wat zorgt voor de binding aan de zona pellucida van de eicel, toegevoegd.
- Ook krijg je een stijging van de concentratie van het ejaculaatvolume, in de cauda van de epididymis een concentratie van 500-1000 miljoen cellen per ml.
Na de bijbal gaan de zaadcellen door, richting de urethra. Als ze ter hoogte van het prostaat komen, wordt er nog meer vocht toegevoegd.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

Wat zijn de kenmerken van het vocht van de prostaat en die van de vesiculae seminales?

A

De prostaat vormt PSA, wat nodig is voor liquefactie (vloeibaar worden) van het sperma. Hierdoor zijn de zaadcellen in staat te zwemmen. Daarnaast zitten er prostasomen in, waarvan de rol nog niet bekend is. De pH van prostaatvocht is lager dan 5. In de prostaat wordt 20-30% van het ejaculaatvolume gevormd. Na het vocht van de prostaat, komt er ook nog het vocht van de zaadblaasjes (vesicula seminalis) bij het ejaculaat. Deze vesicula seminalis zitten achter de blaas en dragen bij aan 65-75% van het ejaculaatvolume. De pH van het vocht is > 8, rijk aan fructose (energiebron voor spermatozoa). Daarnaast voegen ze semenogelin toe aan het ejaculaat wat zorgt voor gelvorming.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

Welke testiculaire functietesten moet je doen?

A

Testiculaire functietesten: wel of niet vruchtbaar:
- Bloed: LH, FSH en ochtend testosteron (’s ochtends is het testosteron het hoogst);
- Semenanalyse
- Echografie (testes, eventueel ook vesicula seminalis en prostaat);
o Als de verbinding tussen de testis en epididymis is uitgezet dan kan daar een obstructie zitten.
o Je kun ook verkalkingen zien
o Je kunt ook een hyperdens gebied zien, en als het er wild uitziet is het vaak een maligniteit en dan zie je ook meer doorbloeding.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

Waarom wil je de concentratie van het semen weten?

A

De kans op conceptie is veel groter, als de zaadconcentratie boven de 50 miljoen is. Alles daaronder geeft een veel kleinere kans op zwangerschap.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
17
Q

Is een ejaculatie hetzelfde als een orgasme?

A

Een ejaculatie is niet hetzelfde als een orgasme en een orgasme is niet hetzelfde als een ejaculatie. Het komt wel vaak samen voor.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
18
Q

Hoe werkt de ejaculatie?

A

De ejaculatie kan opgedeeld worden in twee fasen: emissie en expulsie. De emissie gaat als volgt: het zaad is gemaakt in de testis, wordt opgeslagen in de epididymis en komt vervolgens door samentrekking van de zaadleider bij de prostaat. Hier wordt de prostaatvloeistof en de vloeistof van de vesicula seminalis toegevoegd. Het eerste deel van het ejaculaat bevat de zaadcellen, omdat dit afkomstig is uit de bijbal. Het tweede deel bevat met name de overige vloeistoffen. Bij de emissie worden de blaashals en sphincter urethrae dichtgeknepen (o.i.v. sympathisch T10-L2) en vindt er depositie plaats van vloeistof in de urethra prostatica (UP). Vervolgens vindt de expulsie plaats. Hierbij worden de m. bulbocavernosus, m. ischiocavernosus en bekkenbodemspieren samengetrokken, opent de sphincter urethrae en wordt het ejaculaat naar buiten gewerkt. Deze zaadcellen moeten nu bij de baarmoedermond komen, waarna ze naar de eileider kunnen zwemmen.

19
Q

Wat zijn de kenmerken van de coïtus?

A

Depositie van het ejaculaat vindt plaats bij de cervix uteri. Hier is het milieu zuur en daarom zijn de zaadcellen helemaal in het ejaculaat verpakt. De spermatozoa overleven drie dagen, een oöcyt overleeft slechts 24 uur. Voor effectieve bevruchting moet dus geslachtslijke gemeenschap plaatsvinden vóór de ovulatie, omdat de spermatozoa nog een weg moeten afleggen. Vervolgens vinden de processen plaats van capacitaite (aanhaken), chemotaxie en de acrosoomreactie (versmelting kop van zaadcel met de eicel), waardoor de zaadcel de eicel in kan.

20
Q

Waaruit bestaat de fertiliteitsanalyse bij de man?

A
  • Anamnese;
  • Lichamelijk onderzoek;
  • Endocrinologisch onderzoek: serum LH, FSH, testosteron;
  • Echo scrotum;
  • Semen analyse (WHO-criteria);
  • Evt. genetisch onderzoek.
  • Evt. testis biopt (gecombineerd met TESE): gebeurt eigenlijk alleen in combinatie met een TESE, en een TESE gebeurd bij een azoöspermie.
21
Q

Hoeveel procent van de mensen hebben last van infertiliteit? En hoe neemt de kans op het krijgen van een kind af over de jaren?

A

Er kan onderzoek worden gedaan na het uitblijven van zwangerschap na één jaar onbeschermde coïtus, wat bij 15% van de paren voorkomt. In het tweede jaar is er nog 50% kans op natuurlijke zwangerschap, in het derde jaar nog 15%. Dit blijft constant, dus het heeft geen nut om het dan nog 5 jaar te gaan proberen. 50% van de vruchtbaarheidsproblemen liggen bij de man.

22
Q

Wat zijn de oorzaken van mannelijke infertiliteit?

A
  • Testiculaire insufficiëntie;
  • Endocriene afwijkingen; aansturing is niet goed
  • Obstructie tractus genitalis;
  • Sperma antistoffen;
  • Medicatie, milieu, ziekte, stress;
  • Varicocele; spatader in de balzak, dit kan een rol spelen in de temperatuursregulatie. Dit zorgt ervoor dat de temperatuur in de balzak niet 2-3 graden lager is dan de lichaamstemperatuur, dit is zoals het hoort.
  • Erectie-, ejaculatie- of orgasmestoornis;
  • Idiopathisch (ca. 30%).
23
Q

Wat zijn de oorzaken van testiculaire insufficiëntie?

A

Testiculaire insufficiëntie (de zaadcellen worden niet goed of niet in voldoende mate aangemaakt door de testis). Dit kan allerlei oorzaken hebben, zoals:
- Cryptorchisme;
- Varicocele;
- Orchitis (virale boforchitis); ontsteking van de speekselklieren die tegelijkertijd ook de testis aantasten
- Torsio testis; gedraagde bal –> geen zuurstof
- Kiemcel tumor van de testis (zaadbalkanker);
- Cytotoxische therapie (chemotherapie);
- Radiotherapie;
- Ernstige systemziekten (nieren, leverfalen, maligniteiten, ondervoeding, etc.);
- Endocriene afwijkingen
- Anabole steroïden; bal wordt onderdrukt omdat er al testosteron is
- Genetische afwijkingen (Klinefeltersyndroom, Y-microdeleties);
- Idiopathisch.

24
Q

Wat is cryptorchisme? Hoe vaak komt het voor? En wat zijn andere kenmerken van cryptorchisme?

A

De testis komt uit de nier-regio. Hij wordt naar het scrotum getrokken door regressie (onder invloed van INSL-3) van het gubernaculum (verbinding tussen testis en scrotum).
- 2-6% bij geboorte, 1% bij drie maanden;
- 60% unilateraal;
- 30-80% ook epididymale afwijking, 8% obstructief;
- Verstoorde spermatogenese:
o 3-8% van infertiele mannen
o 20% van de gevallen azoöspermie
o Bilateraal heeft 80% een oligospermie en unilateraal 50% oligospermie;
- Meestal nog drie andere comorbiditeiten:
o Testisatrofie (ook als je hem in scrotum brengt, blijft volume achter);
o Endocriene disfunctie (primair hypogonadisme); testosteronproductie gaat achteruit
o Verhoogd risico op een kiemceltumor van de testis (3%). In normale situaties is dit 7 op de 100.000

25
Q

Wat zijn de kenmerken van een torsio testis?

A

Torsio testis is iets wat met name bij jongere mannen voorkomt (<30). Het leidt tot veel pijn en een blauwe verkleuring van de testis en komt vaker voor wanneer de testis meer horizontaal hangt. Dan is de inhechting van de vaatsteel meer midden op de bal en niet boven op de bal, dan hebben ze wat meer neiging om te draaien. In de differentiaaldiagnose staan epididymitis (ontsteking van de bijbal) en een testistumor. Belangrijk is een goede herkenning, doordat de testis anders zijn functie kan verliezen, wanneer er niet snel genoeg wordt behandeld.

26
Q

Wat is de behandeling van een torsio testis?

A

Echografisch kan de vascularisatie van het testisparenchym worden beoordeeld. Torsio testis leidt tot een hoog risico op een definitieve ischemie van de testis, waardoor er het beste binnen zes uur operatieve detorsie moet plaatsvinden. Ook kan er contralaterale orchidopexie worden uitgevoerd, doordat er, wanneer er aan één kant torsio testis heeft plaatsgevonden, de kans verhoogd is dat dit ook bij de andere kant gebeurt..

27
Q

Wat zijn de kenmerken van een varicocele?

A

Een varicocele is een spatader in de testis. Dit leidt tot een wekere testis en tot een verminderde spermatogenese. Dit komt meestal voor bij de linker testis, veel minder vaak bij de rechter testis, dit omdat de v. testicularis loodrecht in de v. renalis loopt, en aan de rechterkant schuin in de v. cava waardoor je een minder hoge druk hebt. Door de varicocele heb je een verstoorde temperatuurregulatie. Daarnaast zie je ook een verhoogd aantal vrij radicalen en ook meer DNA schade in de spermatozoa. 7-11% van de mannen met normospermie heeft een varicocele, 25-40% van de subfertiele mannen heeft een varicocele. Een man kan dus een varicocele hebben die geen invloed heeft op de vruchtbaarheid. Na behandeling verbeterd de zaadkwaliteit bij 85% en bij 45% substantieel.

28
Q

Wat zijn de oorzaken van een hypogonadotroop hypogonadisme?

A

Hier zijn LH en FSH verlaagd. Er is sprake van een disfunctie van de hypofyse voorkwab of van de hypothalamus. Dit kan door verschillende oorzaken. Congenitale oorzaken zijn het Kallmann syndroom (deze mensen hebben vaak ook last van reukproblemen), idiopathisch hypopituïtarisme of door verlate puberteit. Verworven kan er sprake zijn van hypofysaire of hypothalame ziekte (prolactinoom, neurohemochromatose of ischemie) of een iatrogene oorzaak (hypofysectomie, GnRH-agonist, anti-androgenen of anabolen).

29
Q

Wat zijn de oorzaken van een hypergonadotroop hypogonadisme?

A

Hier zijn LH en FSH verhoogd. Er is sprake van disfunctie van de testes. Dit kan congenitaal door: Klinefeltersyndroom, anorchie, enzymdefecten androgen synthese of cryptorchisme. Verworven oorzaken kunnen orchitis, torsio testis, bilaterale orchidectomie of cytotoxische therapie zijn.

30
Q

Hoe vaak komt obstructieve azoöspermie voor? En wat zijn mogelijke oorzaken daarvan?

A

Obstructieve azoöspermie is in 2% van de gevallen de oorzaak van infertiliteit. Ongeveer 10% van de mannen met azoöspermie heeft een obstructie. Mogelijke oorzaken van een obstructieve azoöspermie zijn CBAVD, Müllerse prostataatcyste, epididymale obstructie (infectie of congenitaal) of iatrogeen (lies of scrotale chirurgie).

31
Q

Wat zijn de kenmerken van CBAVD?

A

Bij een congenitale bilaterale agenesie vas deferens (CBAVD) zijn de vesiculae seminales en distale deel van de epididymis, naast de vas deferens, niet aangelegd (laag ejaculaatvolume, lage pH). Er is sprake van een mutatie op het CFTR-gen (chromosoom 7). Het is een autosomaal recessieve aandoening, welke 2% van de obstructieve azoöspermie veroorzaakt. Als beide ouders de CFTR-mutatie bij zich dragen, is er 25-50% kans op een kind met cystic fibrosis (CF).

32
Q

Hoe vaak is seksuele dysfunctie de oorzaak van infertiliteit? En wat zijn daarvan de oorzaken?

A

In 5% van de infertiele paren is seksuele disfunctie de oorzaak van de infertiliteit. Dit kan worden veroorzaakt door:
- Erectiestoornis;
- Ejaculatiestoornis: anorgasmia, aspermie;
- Neurologisch: MS, DM, dwarslaesie;
- Prostatectomie: prostaatkanker, retroperitoneale chirurgie;
- Medicatie: antidepressiva, antipsychotica.

33
Q

Wanneer wordt genetisch onderzoek uitgevoerd en welke syndromen, genen zijn met name verantwoordelijk voor azoospermie?

A

Genetisch onderzoek wordt uitgevoerd bij extreme oligo-asteno-teratozoöspermie (OAT: minder dan 1 miljoen zaadcellen per ml) en bij azoöspermie:
- 10% van de azoöspermie wordt veroorzaakt door het Syndroom van Klinefelter (47XXY); testes kleiner dan 5 cc
- 15% van de azoöspermie door een deletie van het AZF-gen (azoöspermie factor) op het Y-chromosoom (Y-microdeletie);
- CBAVD man: paar onderzoeken op het CFTR-gen mutatie (cystic fibrosis).

34
Q

Wat is de pathologie van de tractus genitalis?

A
  • Oligospermie: weinig
    geproduceerde zaadcellen;
  • Azoöspermie: geen productie zaadcellen;
    o Obstructief: zaadcelaanmaak is er wel, maar komt niet in ejaculaat;
    oNon-obstructief: geen aanmaak door probleem in testis;
  • Aspermie: geen ejaculaat; kan bijv. wel een ejaculatie terug de blaas in zijn.
  • Hypogonadisme: verminderde testosteronaanmaak;
    o Primair: probleem testis;
    o Secundair:
     Geen aansturing door disfunctie hypofyse/hypothalamus;
     Anabolen: voortdurend negatieve terugkoppeling;
  • Testiculaire kiemceltumor: kan in bal voorkomen.
35
Q

Wat is de behandeling van infertiliteit bij de man?

A
  • Leefstijladviezen en voorlichting: gebruik van marihuana, anabole steroïden, verhoogde scrotale temperatuur, medicatie & overgewicht;
  • Hormonale therapie;
  • Varicocelectomie;
  • Blaaspersing of electroejaculatie;
  • Chirurgische sperma-extractie;
  • Geassisteerde voortplanting met zaadcellen (zelf-inseminatie, IUI, IVF, ICSI).
36
Q

Wat zijn de kenmerken van hypogonadisme?

A

Bij (geïsoleerd) hypogonadotroop hypogonadisme (IHH) ontbreken de hypofysehormonen FSH en LH, waardoor ook testosteron afwezig is en er geen spermatogenese wordt voltrokken. Er wordt onderscheid gemaakt tussen primaire hypogonadisme (probleem in de testis → hoog LH en FSH met laag testosteron) en secundair hypogonadisme (probleem in de hypothalamus of hypofyse → laag FSH, LH en testosteron). Primair wordt behandeld met testosteron replacement therapy (TRT) waarbij testosteron wordt gegeven via een huidgel of injectie (kunnen niet zwanger raken). Secundair wordt behandeld met TRT (alleen zonder kinderwens) of bij een kinderwens met LH (pregnyl) met eventueel FSH (puregon) of er wordt een GnRH-pomp aangesloten. Na één- tot anderhalf jaar is de spermatogenese meestal optimaal.

37
Q

Wat zijn de kenmerken van aspermie?

A

Er wordt gesproken van aspermie bij gebrek aan ejaculatie (droog orgasme). Dit kan veroorzaakt worden door:
- Anorgasmie → psychogeen, neurogeen;
- Anejaculatie → door een dwarslaesie, bekken- of retroperitoneale chirurgie, psychogeen, endocrien, iatrogeen, multiple sclerose, medicatie of diabetes neuropathie; Voorafgaand aan bekken- of retroperitoneale chirurgie moeten er mogelijk zaadcellen worden ingevroren.
- Retrograde ejaculatie → neurogeen of iatrogeen: Hierbij komt het zaad in de blaas, omdat de blaashals niet was gesloten voorafgaand aan de ejaculatie;

38
Q

Hoe kan aspermie worden behandeld?

A

Aspermie kan op verschillende manieren behandeld worden. Spermatozoa kunnen worden verkregen via microscopische technieken en blaaspersing in mildere retrograde ejaculatie, vibro- en elektro-ejaculatie of PESA/MESA/TESE (chirurgisch zaadcellen verwijderen uit het rectum). Vibro- en elektro-ejaculatie wordt bijvoorbeeld gebruikt bij een man met een dwarslaesie (trilding in het rectum). Wanneer sperma opwektejaculatie niet lukt en ejaculeren op het moment van conceptie niet mogelijk is, kunnen de spermatozoa chirurgisch worden opgehaald, zoals tijdens de behandeling met IVF.

39
Q

Wat is een azoöspermie en hoe kun je de oorzaken indelen?

A

Bij ongeveer 10% van de infertiele mannen is er sprake van azoöspermie. Hierbij komt er wel vocht uit de penis bij ejaculatie, maar bevat deze geen semen. Bij het gebrek aan zaad in het ejaculaat kan er zowel een probleem in de aanmaak (non-obstructief) als in de aanvoer van het zaad naar het ejaculaat zijn (obstructief). Een andere indeling van de azoöspermieën is op basis van locatie van het probleem: pre-testiculair, testiculair en post-testiculair.

40
Q

Wat is pre-testiculaire azoöspermie? En wat zijn daar voorbeelden van?

A

Als het probleem pre-testiculair zit, is er een probleem met de hormonale aansturing van de spermatogenese. Hierbij is er sprake van een hypogonadotroop hypogonadisme. Hierbij kan er een probleem zijn met de hypothalamus of hypofyse, of kan er sprake zijn van anabolen abuse (waardoor veel negatieve terugkoppeling richting de hersenen en een lage FSH/LH-aanmaak). De gebrekkige FSH- en LH-productie kan opgelost worden door middel van suppletie. Andere voorbeelden: Kallmannsyndroom, verhoogd oestrogeen, adipeus weefsel.

41
Q

Wat zijn oorzaken van testiculaire azoöspermie?

A

Bij non-obstructieve azoöspermie (NOA) zullen LH en FSH hoger zijn (hypergonadotroop hypogonadisme). Mogelijke oorzaken hiervan zijn testiculaire dysgenesie, Klinefeltersyndroom (testis < 5 cc) cryptorchidisme, bof orchitis, of radiotherapie en/of chemotherapie in de voorgeschiedenis.

42
Q

Wat is de behandeling van een testiculaire azoöspermie?

A

Je doet een TESE (TESE, microTESE, oncoTESE). Bij 50% van de mannen met non-obstructieve azoöspermie worden zaadcellen gevonden.

43
Q

Wat zijn oorzaken van post-testiculaire azoöspermie?

A

Een obstructieve azoöspermie (OA) kan ontstaan door een epididymitis (ontsteking van de bijbal), na een vasectomie, iatrogeen of bij congenitale bilaterale agenesie vas deferens (CBAVD) (geen aanleg van de zaadleider). Bij een CBAVD zijn de vesicula seminalis ook niet aangelegd, waardoor het ejaculaat een laag volume en lage pH heeft. LH en FSH zullen normaal zijn.

44
Q

Wat is de behandeling van een post-testiculaire azoöspermie?

A

Behandeling bestaat uit vasovasostomie/vaso-epididymostomie. Andere opties zijn PESA (percutane epididymale sperma-aspiratie) of MESA (microchirurgische epididymale sperma-aspiratie). Als de bijbal (bijna) volledig is afgesloten, wordt er een TESE (testis sperma-extractie) uitgevoerd. Deze TESE heeft dan een 100% kans van slagen op sperma-extractie, want de spermatogenese is intact.