ZO.4 - Veranderingen na de geboorte: de neonaat Flashcards

1
Q

Welke fysiologische pulmonale veranderingen vinden direct na de geboorte plaats?

A

ongvocht wordt geabsorbeerd door pulmonale lymfevaten en capillairen, onder invloed van mechanische druk, hormonale factoren en veranderende druk. Eerste ademteugen vervangen vocht door lucht.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Welke factoren beïnvloeden de pulmonale veranderingen na de geboorte?

A
  1. Mechanische druk (compressie thorax)
  2. hormonale factoren (catecholamines),
  3. externe stimuli zoals kou en tactiele prikkels.
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Welke fysiologische circulatoire veranderingen vinden na de geboorte plaats?

A
  1. Longen ontplooien zich, pulmonale weerstand daalt, systemische weerstand stijgt door afklemmen navelstreng
  2. bloedstroom door ductus arteriosus vermindert
  3. foramen ovale sluit door verhoogde druk in linkeratrium.
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Q: Wat is de ductus arteriosus en wat is de functie ervan?

A

A: De ductus arteriosus is een bloedvat dat tijdens de zwangerschap de longslagader (arteria pulmonalis) verbindt met de aorta. Dit vat zorgt ervoor dat het meeste bloed van de foetus de longen omzeilt, omdat de longen in de baarmoeder nog niet gebruikt worden voor zuurstofopname. In plaats daarvan ontvangt de foetus zuurstof via de placenta van de moeder.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Q: Wat is een Persisterende Ductus Arteriosus (PDA)?

A

A: Wanneer de ductus arteriosus niet sluit na de geboorte, spreekt men van een Persisterende Ductus Arteriosus (PDA). Dit kan leiden tot een abnormale bloedstroom tussen de aorta en de longslagader, wat kan zorgen voor overbelasting van het hart en longproblemen.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Q: Hoe wordt een openblijvende ductus arteriosus behandeld?

A
  1. Medicatie zoals indomethacine of ibuprofen kan gegeven worden om de ductus te helpen sluiten.
  2. In sommige gevallen is een chirurgische ingreep nodig om het vat te sluiten.
  3. Bij sommige aangeboren hartafwijkingen moet de ductus juist open blijven. In die gevallen wordt prostaglandine (Prostin) gegeven om het vat open te houden totdat een chirurgische oplossing mogelijk is.
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Q: Wat gebeurt er met de ductus arteriosus na de geboorte?

A

A: Na de geboorte beginnen de longen met ademhalen en stijgt het zuurstofgehalte in het bloed. Dit zorgt ervoor dat de ductus arteriosus zich sluit, meestal binnen de eerste paar dagen. Hierdoor stroomt het bloed voortaan via de longen voor zuurstofopname.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Welke factoren beïnvloeden de circulatoire veranderingen na de geboorte?

A
  1. Verwijdering van de placenta
  2. stijging zuurstofspanning
  3. verandering in bloedstroom naar de longen.
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

Wat zijn de verschillende componenten van de Apgarscore en waarom wordt deze bepaald?

A

Hartfrequentie, ademhaling, kleur, spiertonus, reactie op prikkels. De score meet de respons van de neonaat op de geboorte en bepaalt de effectiviteit van resuscitatie.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

Wat is het verschil in adaptatie tussen kinderen geboren na een vaginale partus en na een keizersnede?

A

Bij keizersnede ontbreekt de mechanische compressie, wat kan leiden tot TTN (transient tachypnoea of the newborn) door vertraagde opname van longvocht.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

Wat zijn de mogelijke complicaties van TTN?

A
  1. Tachypneu
  2. zuurstofbehoefte
  3. Kreunen
  4. risico op pneumothorax.
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

Wat is TTN?

A

transient tachypnoea of the newborn, oftewel tijdelijke snelle ademhaling bij pasgeborenen. Het is een veelvoorkomend, meestal goedaardig ademhalingsprobleem bij pasgeboren baby’s, vooral bij baby’s die via een keizersnede zijn geboren.

Door restvocht in de longen.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

Wat is het basisprincipe van neonatale resuscitatie?

A

Longen ontplooien en pulmonale bloed oxygenatie verbeteren, volgens het ABC-principe: Airway, Breathing, Circulation.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

Beschrijf de verschillende stappen van neonatale resuscitatie, inclusief het tijdspad.

A
  1. Airway vrijmaken, 2. Beademing voor gasuitwisseling, 3. Circulatie evalueren. Elke fase duurt 30 seconden, interventies frequent evalueren.
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

Wat is Persistent Pulmonary Hypertension of the Newborn (PPHN) en wat zijn de oorzaken?

A

Onvoldoende daling van pulmonale vaatweerstand na geboorte, leidt tot rechts-links shunt en cyanose.

Oorzaken: perinatale asfyxie, infectie, longhypoplasie, meconiumaspiratie.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

Wat zijn de fysiologische invloeden op het sluiten van de ductus arteriosus?

A

Sluit na geboorte door stijging zuurstofspanning en afname prostaglandines. Bij prematuren blijft de ductus vaker open.

17
Q

In welke omstandigheden blijft de ductus arteriosus ongewild open?

A

Bij prematuren en bij persisterende ductus arteriosus (PDA). Behandeling: prostaglandinesyntheseremmers zoals indomethacine of ibuprofen.

18
Q

In welke omstandigheden sluit de ductus arteriosus ongewild?

A

Bij aangeboren hartafwijkingen waar de circulatie afhankelijk is van een open ductus. Behandeling: prostaglandine (Prostin) om de ductus open te houden.

19
Q

Welke aspecten van het lichamelijk onderzoek zijn belangrijk voor de beoordeling van een goede transitie?

A

Kleur, ademfrequentie, ademarbeid, kreunen, hartfrequentie, perifere circulatie en capillaire refill.