VO.1 - Normale en abnormale psychomotore ontwikkeling in het eerste levensjaar Flashcards

1
Q

Q

A

A

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Wat zijn de vier kwartalen van de motorische ontwikkeling in het eerste levensjaar?

A

0-3 maanden, 4-6 maanden, 7-9 maanden, 10-12 maanden.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Welke vaardigheid wordt verwacht in het eerste kwartaal (0-3 maanden)?

A

Hoofd optillen in buikligging.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Welke vaardigheid wordt verwacht in het tweede kwartaal (4-6 maanden)?

A

Omrollen van buik naar rug.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Welke vaardigheid wordt verwacht in het derde kwartaal (7-9 maanden)?

A

Zelfstandig zitten zonder ondersteuning.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Welke vaardigheid wordt verwacht in het vierde kwartaal (10-12 maanden)?

A

Zelfstandig staan en mogelijk eerste stapjes zetten.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Wat is een belangrijk aandachtspunt bij het neurologisch onderzoek van de zuigeling?

A

Kindvriendelijkheid van het onderzoek.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Waar moet je op letten bij het beoordelen van motorische vaardigheden?

A

De kwaliteit van de motoriek en symmetrie in de bewegingen.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

Wat is de Moro-reflex en wanneer verdwijnt deze?

A

De schrikreflex waarbij de baby de armen spreidt en dan sluit; verdwijnt rond 4-6 maanden.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

Wat is de grijpreflex en wanneer verdwijnt deze?

A

Reflex waarbij de baby een vinger of object in de hand grijpt; verdwijnt rond 3-4 maanden.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

Wat is de asymmetrische tonische nekreflex (ATNR) en wanneer verdwijnt deze?

A

Reflex waarbij het hoofd naar één kant draaien de arm en het been aan die kant strekt; verdwijnt rond 6 maanden.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

Wat is de Babinski-reflex en wanneer verdwijnt deze?

A

Reflex waarbij de tenen spreiden bij het strijken over de voetzool; verdwijnt rond 12 maanden.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

Wat is de zoekreflex en wanneer verdwijnt deze?

A

Reflex waarbij de baby het hoofd draait naar een prikkel bij de wang; verdwijnt rond 4 maanden.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

Wat is de zuigreflex en wanneer verdwijnt deze?

A

Reflex waarbij de baby begint te zuigen bij aanraking van het gehemelte; verdwijnt rond 4 maanden.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

Wat moet je beoordelen bij de symmetrie van bewegingen?

A

Of beide zijden van het lichaam even actief en krachtig bewegen.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

Wat is een mijlpaal in de fijne motoriek rond 6 maanden?

A

Objecten van de ene naar de andere hand overbrengen.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
17
Q

Wat is een mijlpaal in de grove motoriek rond 9 maanden?

A

Kruipen en zichzelf optrekken tot staan.

18
Q

Welke reflex verwacht je niet meer te zien bij een baby van 5 maanden?

A

De Moro-reflex.

(idk of dit klopt? want andere fc zegt 4-6 mnd… hmmm)

19
Q

Op welke leeftijd verdwijnt de grijpreflex?

A

Rond 3-4 maanden.

20
Q

Welke vaardigheid ontwikkelt zich rond 12 maanden?

A

Zelfstandig lopen.

21
Q

Welke primitievere reflexen blijven bestaan als er een neurologisch probleem is?

A

Moro-reflex, ATNR, en grijpreflex.

23
Q

Wat zijn de drie secties van het Van Wiechen ontwikkelingsonderzoek?

A

I: Fijne motoriek, adaptatie, persoonlijkheid en sociaal gedrag; II: Communicatie; III: Grove motoriek.

24
Q

Welke mijlpaal hoort bij 2-6 weken?

25
Q

Welke reflexen zijn normaal bij een zuigeling van 0-3 maanden?

A

Zoek-zuigreflex, ATNR, Moro, grijpreflexen, opstap-loopreflex, Galant.

26
Q

Wat is de tractierespons en wanneer treedt deze op?

A

Het optrekken tot zit waarbij het hoofd meebeweegt; rond 3 weken.

27
Q

Wat is een normale motorische ontwikkeling in buikligging 0-3 maanden?

A

Fysiologische flexie, oprichten, verplaatsing lichaamszwaartepunt, onderarmsteun.

28
Q

Wat is de normale ontwikkeling van de handfunctie bij 0-3 maanden?

A

Grijpreflex positief bij pasgeborene, toenemend openen van de handen.

29
Q

Welke mijlpaal hoort bij 3-6 maanden?

A

Grijpen (3 maanden), overpakken (6 maanden), omrollen (5-6 maanden).

30
Q

Wat is pivoteren en wanneer ontwikkelt dit zich?

A

Draaien in buikligging, ontwikkelt zich rond 6-7 maanden.

31
Q

Welke mijlpaal hoort bij 9-12 maanden?

A

Kruipen (10 maanden), optrekken tot staan (10-12 maanden), loslopen (12-18 maanden), pincetgreep (12 maanden).

32
Q

Wat is een alarmsignaal bij neurologische ontwikkeling vóór de 2e verjaardag?

A

Uitgesproken links- of rechtshandigheid, vuisthouding één- of dubbelzijdig.

33
Q

Wat is cerebrale parese en welke symptomen horen hierbij?

A

Een motorische stoornis gekenmerkt door spasticiteit, geen hoofdbalans, ‘slipping through’, scharen van de benen, handen in vuist.

34
Q

Wat zijn alarmsignalen voor visuele ontwikkeling bij een zuigeling?

A

Geen oogcontact met 2 maanden of later, nystagmus, strabismus.

35
Q

Wat is een persisterende ATNR en wanneer is het pathologisch?

A

De asymmetrische tonische nekreflex die na 5 maanden aanhoudt is pathologisch.

36
Q

Wat betekent ‘slipping through’ bij een neurologisch onderzoek?

A

Een symptoom waarbij de baby slap door de handen van de onderzoeker glijdt bij het optillen.

37
Q

Wat is de betekenis van een omgekeerde U bij horizontale suspensie?

A

Een afwijkend neurologisch teken dat kan wijzen op spierzwakte of hypotone spieren.

38
Q

Wat is het belang van het meten van de schedelomtrek bij zuigelingen?

A

Om afwijkingen zoals microcefalie of macrocefalie vroegtijdig te detecteren.

39
Q

Wat is de parachutereactie en wanneer ontwikkelt deze zich?

A

Beschermende reflex waarbij de armen naar voren gestrekt worden bij een val; ontwikkelt zich rond 6-9 maanden.

40
Q

Wat zijn tekenen van een ‘floppy infant’?

A

Slappe, hypotonie spieren zonder focale neurologische stoornissen.

41
Q

Wat is de inferieure pincetgreep en wanneer ontwikkelt deze zich?

A

Grijpen van kleine objecten tussen duim en zijkant van de wijsvinger; rond 9-12 maanden.

42
Q

Wat is de rol van het Van Wiechen-schema in de beoordeling van zuigelingen?

A

Het helpt bij het systematisch beoordelen van motorische, communicatieve en sociale ontwikkeling.