HC.1 - Ontstaan van aangeboren afwijkingen Flashcards
Q: Wat zijn de belangrijkste embryonale processen bij normale ontwikkeling?A:
Proliferatie: vermeerdering van cellen.
Differentiatie: uitrijping van cellen.
Migratie: verplaatsing van cellen.
Apoptose: geprogrammeerde celdood.
Fusie: samenvoeging van structuren.
Inductie: chemische/fysische beïnvloeding.
Q: Hoe worden aangeboren afwijkingen ingedeeld?
- Syndromaal.
- Geïsoleerd.
- Major anomalie (ernstig).
- Minor anomalie (mild).
- Deformatie.
- Disruptie.
- Malformatie.
- Dysplasie
Q: Wat is Fetal Alcohol Syndrome (FAS)?
- Variabel fenotype met fysieke en mentale afwijkingen.
- Symptomen: groeiachterstand, faciale dysmorfie (korte oogspleten, lang philtrum), cognitieve en gedragsproblemen.
- Mogelijke afwijkingen: hart-, nier-, hersen- en skeletafwijkingen.
Q: Wat is teratologie?
Teratologie is de kennis over agentia die structurele schade kunnen veroorzaken bij een zich ontwikkelende foetus tijdens de zwangerschap.
Q: Wat zijn de principes van Wilson voor teratogene effecten?
- Structuur en werkingsmechanisme van de stof.
- Dosis en duur van blootstelling.
- Maternale modificatie van de dosis.
- Mogelijkheid om de foetus te bereiken.
- Specifieke embryonale periode.
- Capaciteit van organen om de stof te metaboliseren.
- Genetisch bepaalde gevoeligheid.
Q: Welke eindpunten heeft reproductie-toxicologie
- Onvruchtbaarheid.
- Miskramen of doodgeboorte.
- Postnataal overlijden.
- Aangeboren afwijkingen.
- Dysmorfe kenmerken.
- Mentale retardatie en gedragsstoornissen.
- Puberteitsstoornissen en derde generatie-effecten.
Q: Wat zijn oorzaken van aangeboren afwijkingen?A:
- Geneesmiddelen.
- Genotmiddelen.
- Beroepsblootstellingen.
- Infecties (bijv. toxoplasmose, rubella).
- Straling.
- Voeding (vitaminetekorten of -overschotten).
- Maternale ziekten en behandelingen.
Q: Wat is het TORCH-complex?
Het TORCH-complex is een groep infecties die congenitale afwijkingen kunnen veroorzaken:
T: Toxoplasma.
O: Others (HIV, Coxsackie, Varicella Zoster).
R: Rubella.
C: Cytomegalovirus.
H: Herpes simplex.
S: Syfilis.
Infecties veroorzaken neonatale morbiditeit en mortaliteit.
Q: Wat zijn kenmerken van congenitale rubella?A
- Glaucoom, microphthalmie, cataract.
- Hartafwijkingen, slechthorendheid.
- Mentale retardatie, skeletafwijkingen.
- Vermindering door vaccinatieprogramma’s sinds 1969.
Q: Wat is het belang van genetische predispositie?A:
- Niet iedereen reageert hetzelfde op teratogene stoffen.
- Genetische variatie bepaalt gevoeligheid voor afwijkingen (bijv. Valproaat, diabetes).
Q: Wat veroorzaakte thalidomide (Softenon)?
- Ernstige ledemaatsafwijkingen, maag-darm- en hartafwijkingen.
- Afwezigheid van oren.
- Teruggetrokken in 1961 na duizenden gevallen van afwijkingen.
Q: Wat is valproaat embryopathie
- Subtiele gelaatsafwijkingen (smal voorhoofd, brede neusbrug).
- Radiale straalafwijkingen, hartafwijkingen.
- Lumbosacrale neurale buisdefecten.
Q: Wat is retinoïnezuur (vitamine A) embryopathie?A:
- Teratogeen bij lage doses, vooral in week 3-5.
- Craniofaciale afwijkingen, palatum schisis, neuraalbuisdefecten.
- Cardiovasculaire en nierafwijkingen.
- Psychologische beperkingen.
Q: Wat is een syndroom?
A: Een herkenbaar patroon van aangeboren afwijkingen met unieke kenmerken die onderscheiden van andere patronen.
Q: Wat is een deformatie?A:
- Afwijkende vorm of positie door mechanische krachten op normale structuren.
- Kan spontaan verbeteren na opheffing van de krachten (bijv. in de baarmoeder).