stazione Flashcards
la valigia
de koffer
lo sportello
de loket
la biglietteria automatica
de kaartjesautomaat
il biglietto
de kaart
il biglietto andata e ritorno
het retourtje
il biglietto solo andata
het enkeltje
la riduzione
de korting
la riduzione per studenti
de studentkorting
il prezzo
de prijs
il binario (5)
het spoor (5)
la ferrovia
de spoorweg
la banchina
het perron
la destinazione
de bestemming
il compartimento
de coupe
la locomotiva
de locomotief
il giretto
het uitstepje
la fermata
de halte
il capolinea
de eindehalte
spicciati!
schiet op!
torno subito!
ik ben zo terug!
sono pronto!
ik ben klaar!
ti porto a casa!
ik breng je naar huis!
dove posso comprare i beglieti per la metro?
waar kan ik kaartje kopen voor de metro?
il passeggero
de passagier
il controllore
de conducteur
il controllore (f)
de conductrice
l’abbonamento mensile
het maandabbonnement
l’orario
de dienstregeling
il ritardo
de vertraging
salire scendere cambiare
insteppen uitsteppen oversteppen
perdere il treno
de trein missen
orario di partenza arrivo
de tijd van vertrek aankomst
la diversione
de omleiding
i lavori di mantenimento della ferrovia
de spoor.werkzaamheden
portare
dragen
prendere
halen R
tra …e…
tussen …en…
affrettarsi
zich haasten R
andare a prendere
afhalen R
prenotare
reserveren R
arrivare
aankomen
aspettare
wachten R
vidimare
afstempelen R
La gita
Het uitje
Orario provvisorio
Voorlopige dienstregeling
Il treno locale
De stoptrein
Cedere il posto a qq
Voor iemand opstaan
Il tempo d’attesa
De wacht.tijd
Deragliare
Ontsporen
Perdere il treno
De trein missen
Ritornare
Rientrare da
Terugkomen
Terugkeren uit
Caricare lax tessera
Entrare
Uscire
De chipkart / papier kaartje
Inchecken
Uitchecken
Sui binari
Op de spoor
Riuscire a prendere (raggiungere)il treno
De trein halen
De finish halen
200 km per uur halen
