Small Talk Flashcards
In ogni caso
In elk geval
Congratulazioni
Gefeliciteerd!
Nella mia opinione (secondo me)
In mijn ogen
Silenzio!
Sta calmo! Zitto!
A cuccia!
Stil!
Koest!
Wraak koesteren meditare la vendetta
Lasciami in pace!
Laat me alleen!
Al contrario!
Integendeel!
Perche no?
Waarom niet?
Neppure io
Ik ook niet!
Ti terro’ informato
Ik zal je op de hoogte houden
Ti ricordi?
Weet je dat nog?
Gioco a tennis dalm eta di 7 anni
Ik tennis al vanaf mijn zevende jaar
Io no!
Neanche io!
Ik niet!
Ik ook niet
Se ti va bene, …
Als dat je schikt,…
Aspetta un attimo!
Hou maar op!
Che progetti hai?
Wat ben je van plan?
Con tutti i mezzi
Met alle middelen
Preferire
Een voorkeur hebben aan
Scusi…(per richiamare attenzione)
Excuseer mij
A che ora ci vediamo?
Hoe laat spreken wij af?
Passo a prenderti
Ik pik je op.
Hai un accendino?
Heb je een vuurtje?
Cosa si puo fare di sera?
Wat is er ‘s avonds te doen?
Hai qualcun altro?
Heb je iemand anders?
Mi ricorda…
Het doet me denken aan…
Alla festa
Op het feest
Penso di si
Ik denk het wel
Difficile, fastdioso
Lo scocciatore
Infastidire
Lastig
Het lastpak
Lastigvallen
Capire sbagliato
Verkeerd verstaan
D accordo!
Afgesproken!
A quanto pare…
Naar het schijnt…
Che buffo, che strano!
Wat vreemd!
Oh no…!
Wel nee!
Che ne so! Boh??
Weet ik veel!!
Non e’ un bel vedere!
Het is geen gezicht!
Si, lo prometto. Sii buono, altrimenti domani non andremo!
Ja, ik beloof het. Wees maar zout, anders morgen gaan we niet!
…., come vedi.
…., zoals je ziet.
Quanto tempo che non ci vediamo!
Tijd niet gezien!
Togli i piedi dal tavolo!
Houd je voeten van de tafel!
Hai per caso delle sigarette?
Heb je OOK sigaretten?
Cosa ne pensate dj duestj ?
Wat vinden jullie darvan?
Non trovi?
Vind je ook niet?
Non lo trovo niente di particolare
Ik vind er niks aan.
Aiuto!!!
Help!!!
Om hulp vragen
Stare (andare) bene
Schikken
Asl het je schikt.
Venire a sapere
Avere a che fare
Te weten komen
Te maken hebben
Stai tranquillo
Wees maar gerust!
Del resto, a proposito
Trouwens
Che tipo?
Wat voor?
Non ti preoccupare
Geeft niets! Geen probleem!
Davvero??
Echt waar?
Quanto tempo che non ci si vede!
Tijd niet gezien!
Perdonami, per favore!
Vergeef het me, aub!
Ho tempo un mese da adesso alla fine di luglio
Ik heb een mand de tijd ingaande vanaf nu om eind juli
Lo prometto!
Ik beloof het!
Non osare…
Waag het niet om
Qualcosa del genere
Iets dergelijks!
Approvare
Preferenza
Disapprovare
Goedkeuren
Voorkeur hebben
Afkeuren
Davvero???
Echt waar???
Che ne so?!
Weet ik veel!!!
Puo’ ripetere per favore?
Zou U dat kunnen herhalen?
Divertiti!
Veel plezier!
Condiglianze!
Gecondoleerd!
La cosa piu’ importante
De meeste bekangrijke ding
Che cosa ne pensate?
Wat vinden jullie daarvan?
Che cosa vuoi veramente da me?
Wat wil je eigenlijk van me?
Perdonami , pf
Vergeef het me, aub
Aiuto!
Ho bisogno di aiuto
Help!
Ik heb hulp nodig.
Vieni da me!
Kom maar mee!
Vai via!
Ga weg!
Non mi importa.
Ik vind het niet erg.
Mi sembra familiare
Het (zijn gezicht) komt mij bekend voor.
Voorkomen
Sono contento della mia camera
Ik ben blij met mijn kamer
Che tipo di casa hai?
Wat voor soort huis heb je?
Disapprovare
Disapprovazione
Apprezzamento
Stima, apprezzamento
Afkeuren
Afkeuring
Waarderen
Waardering
Grazie infinite!
Heel erg bedankt!
Prego, i suoi biglietti
Alstublieft, uwe kaartjes.
Non capisco
Ik snap het niet
Salutare
Groeten
Lamentarsi
Klagen
Scusarsi
Verontschuldigen
Chiaccherare
Babbelen
Di recente
Onlangs
De laatste tijd
Ultimamente
Tegenwoordigen?
L argomento
Het onderwerp
Il commento
Het commentaar
Tieni la bocca chiusa!
Houd je mond!
Stammi bene!
Houd je goed!
Il cicaleccio : il chiacchericcio
Het gekwebbel
Hai carta e penna?
Heb je pen en papier?
Ecco, tenga…
Ee kaartje, Alstublift.
Ziezo (ecco)
Mi dispiace
Mi rammarico di…
Het spijt me.
Ik beteur HET.
La fortuna il culo
Avere culo
Avere un colpo di fortuna
De mazzel (inf!)
Mazzel hebben
Een mazzeltje hebben
Fatti forza! Coraggio!
Sterkte!!
Sfigato, jellato
Pechvogel
Guiderai piano?
Zul je voorzichtig rijden?
Saluti a casa!
Groetjes thuis!
Sei stato buono?
Ben je zoet (braaf) geweest?
Stai attento a
Stare molto attento
Kijk uit dat
Goed uitkijken
Sii prudente
Wees voorzichtig!
Continua cosi’!
Doe zo voort!
Coraggio!
Kop op!
Le mie scuse per…
Una scusa debole
Che scusa ha tirato fuori?
Mijn excuus voor…
Een slap excuus
Het excuus
Welk excuus gaf hij op?
A dopo!
Tot zo!
Ciao amore
Ciao tesoro
Dag liever
Dag schat
Mi piace!
Dat bevalt me
Voglio ringraziarti
Ik wil je bedanken.
Molte grazie !
Hartelijk dank!
Accidenti! Cavolo!
Verdorie!
Felice anno nuovo!
Gelukkig nieuw jaar!
Carissimo giovanni, ti scrivo
Lieve giovanni, ik schrijf je…
Che tesoro!
Wat lief!
Figurati!
Stel je voor!
Vernice fresca!
Pas geverfd!
Colpito dal loro interessamento.
Getroffen door zijn belang.stelling
Mi dispiace molto per te
Ik vind het rot voor je!
Stronzata, cazzata
Het Gelul
Lui guadagna bene, vero?
Sicuramente si!
Hij verdint heel goed, nietwaar?
Nou en of!!
Come va?
Credo bene
Hoe gaat het.
Het gaat wel.
Io no , ma tu si.
Non e’ vero- si, lo e’!
Ik niet, maar jij wel.
Het is niet waar. Het is wel waar!!!
Tutti vanno in vacanza, vero?
Iedereen gaat toch op vacantie.
Iedereen gaat op vacantie, toch?
E’ stata una bella festa, vero?
Het was een leuk feest, he’?
Essere completamente fuso
Helemaal gaar zijn
Gaar : cotto
Te gaar : troppo cotto
Avrei dovuto saperlo!
Ik had het beter moeten weten!
Non ci sono per nessuno.
Ik ben voor niemand te spreken!
Lasciare in pace
Iemand met rust laten
Magari!
Was dat mogelijk/waar/zo
Il nocciolo della quest
De kern van de zaak
Al telefono:
Con chi parlo?
Met wie spreek ik?
Ne sono sicuro.
Di questo non sono sicuro.
Ik weet het zeker.
Ik weet het niet zeker.
Figurati!
Kun je nagaan!
Per quel che riguarda
Wat betreft
Rompere le balle
Klieren
Zitten te kloten
al ladro!
Houd de dief!!
In mancanza di meglio (o d’ altre)
Bij gebrek aan beter
Het Gebrek aan
Het Tekort aan
Het ontbreekt HEM niet … Aan initiatief
Mi dispiace immensamente
Het spijt me ontzettend!
Passare ogni limite
Te ver gaan
Racchia
Tut
In generale
In het algemeen
Meno male!!
Gelukkig maar!!
Salute!!!
Gezondheid!!!
Me lo posso immaginare!!
Daar kan ik inkomen
Tutto ok?
Alles in orde?
Dopo di lei!
Gaat U voor
Voorgaan: pregedere
Non ce la faccio
Dat haal ik niet!
A proposito:
A proposito di…
Trouwens:
Wat….betreft
Non e’ possibile!
Dat kan niet zijn!
A quanto pare
Naar het schijnt
Si tratta di (quel che importa e’)
Het gaat om
De spel, niet om de knikkers
E poi? E allora?
En toen?
Dozzine di
Tientallen
Un mucchio (ammasso) Un bel pezzo di
De hoop De Homp (brood,kaas)
Perche’? Cosi…senza un motivo
Waarom?
Zomaar…
Scocciare, rompere le scatole a qq
Iom op zijn hoofd zeuren
Zeuren
Angelina jolie hekelt zeurmoeders
Fai pure!
Doe maar!
Dopo di te!
Ga je gang!
Na jou!
Scusi se la disturbo…
Posso entrare? Disturbo?
Mag ik even storen?
Mag ik binnenkomen? Stoor ik?
Fregarsene di…
Hij lapt…de regelmenten
Aan zijn laars
Come e’ andata (finita) con
Hoe is het afgelopen met??
Fila tutto liscio
Het loopt allemaal gesmeerd
Essere importante
Non e’ importante
Uitmaken
Dat maakt niet uit
Deel uitmaken van…
Fare parte di…
Stare al sicuro
Hoog en droog zitten
Figurati!!
Stel je voor!!
Che hai da ridere?!
Wat lach je toch?!
Fico (persone)
Fare il fico, tirarsela
Stoer
Stoer doen
Un pezzo di merda
Een stuk stront
Forza olanda!
Hup Holland! Hup!
Scazzarsi con qq
Stront hebben met iemand
Uno Scocciatore
Een
Lastig.vallen : infastidire
Abbasso il dittatore!
Weg met
de dictator!
Ma via!
E’ incredibile!
Ga weg!
Het is ongelofelijk!
Sputtanare qualcuno
Iemand
Te kakken zetten
Provarci
Provaci!
Waag het eens!!
Waag het eens
Me aan te raken.
Non mene
Frega
Un cazzo / un tubo!
Het kan me
Geen hol, reet /// barst, bal
Schelen!
Tieniti forte!
Hou je vast!
E’ obbligatorio nel KD andare vestiti in arancione?
Is het verplicht om
Op koningsdag
In het oranje gekleed
Te gaan?
Non vedere l ora
Zzz
A questo riguardo
Riguardo a
In dit verband
In verband met
Buone cose!
Het allerbeste!
In vista
De nieuwe messi is
In aantocht
Idiota
Sukkel
Sukkelen
In slaap sukkelen
E’ l unica
Het enige is het slot te forceren
Er zit niets anders op
Smettila !! Piantala!!
Questo e’ brutto, cattivo!
Hou op!!
Dat is toch wel naar!!
Lascia perdere!
Hou maar op!
Ecco fatto!
Ziezo! Het is af.
Niente affatto , neanche per idea
Heus niet!
Ma certo!
Naturlijk wel!
Nou en af!
Non ti abbattere!
Kop op!
Non me ne frega nulla
Het kan me niet schelen
Schelen
Il dado e’ tratto
De kogel is
Eindelijk
Door de kerk
Tutto considerato
Alles wel beschouwd
Ho gia’ detto di no
Ik heb al
Nee
Gezegd
Non ci vedo un tubo
Ik zie
Geen steek
Neanche per idea!!!
Heus niet!!!
Heus = davvero, veramente
Posso parlare con janneke?
Mag ik janneke spreken?
Non importa!
Dat geeft niet!!
Digitare (il numero)
Ho fatto il numero sbagliato
Draaien
Ik heb verkeerd gedraaid
Non importa (non impedisce)
Dat hindert niet
Smettila!!!
Smettrela
Schei uit!!!!
Uit.scheiDen
Scusi se la disturbo…
Posso entrare? Disturbo?
Mag ik even storen?
Mag ik binnenkomen? Stoor ik?
Prendere per il culo
Prenderlo in culo
Andare a fan culo
Iemand be.lazeren
Belazerd worden
Op.lazeren
Peggio di cosi’ non si puo’
Het kan niet erger
Arrangiati!!!
Zoek het Zelf Maar Uit! Uitzoeken
Non me ne frega nulla
Dat kan me niet schelen!
Andare fuori di testa
Uit de bol gaan
Prendere o lasciare,
O cosi’ o nulla
Het is Kiezen of delen
E sia!
Nou vooruit dan
Questo e’ certo!
Dat staat vast!!
E’ cosi’ che si deve fare,
si fa cosi’
Dat hoort zo
Bravo!
Goed gedaan!
Goed zo!
Ci puoi giurare!!!
Zeker weten!
Non si puo’ guardare!
E’ orribile!!
Het is geen gezicht!!
Non mi va, questo non l accetto
Dat neem ik niet.
Buon rientro o Ritorno!
Sano e salvo
Behouden thuiskomst!
C e’ qq che nn va
Hier klopt iets niet
In un certo senso
In zekere zin
Mi raccomando!
Acqua in bocca!!
Denk eraan!
Mondje dicht!!
Stronzo!
Klootzak = rotzak
Eikel (glande, testa di cazzo)
Bastardo!
Hufter, schoft!
Io sono quello che resta sobrio per guidare.
Ik ben de Bob.
Bob jij
Of Bob ik?
Molla!!
Los!!
E ‘ parte del passato
Dat behoort nu
Tot het verleden
Rottura, seccatura
Gedoe
Dormi bene!
Slaap lekker!
Come e ‘ andata a finire con?
Hoe is het afgelopen met…?
Come ti chiami, a proposito?
Hoe heet je, trouwens?
Ammettilo!
Ragionevolmente Ammesso che…
Geef het maar toe!
Redelijkerwijs Aangenomen dat…
Aangenomen : adottivo
Ma figurati! Piacere mio!!!
Geen dank!
Non mi da fastidio =
Non ho fastidio da cio’
Ik heb er
Geen hinder
Van!
Cosa ne pensi?
Hoe denk je erover?
Grazie x tutto quello che hai fatto x me
Dank je voor
Alles wat
Je voor mij hebt gedaan
Fermo o sparo
Sta of ik schiet
Qualcuno siede gia’ qui?
Zit hier al iemand??
Riflettiamo un attimo!
Non e’ necessario
rifletterci!!
Even nadenken!
Hoeft dat niet
Lang
na te denken!!?
Buon anno nuovo!
Buona fine d’ anno!
I migliori auguri!
Gelukkig nieuw jaar!
Fijn uiteinde!
Beste wensen!
Imprecazioni
Puttana, troia
Sporco cane
Grasso, strabico
Scheld.woorden (schelden)
Hoer , tyfushoer
Vuilehond
Dikke / schele
Grazie x la comprensione!
Bedankt voor uw begrip!
Solo Dio lo Sa!
Joost mag het weten!
E tutto quanto il resto.
En het hele gedoe.
C’ e’ riuscito
Abbastanza bene
Het is hem
Aardig geluk
Andare male
Tutto e’ andato male
Tegenzitten
Alles
Zit
Tegen
Gradazioni di si
Nau en of! Jawel! Heel erg! Ja, harstikke...! Ontzettend...! Vreselijk....! Verschrikkelijk...! Ja hoor! Si, stai tranquillo...
Gradazioni di no
Helemaal niet!
Absoluut niet!
Totaal niet!
Heus niet!
Beh, quando vieni?
Beh, andiamo?
Nau, wanneer kom je?
Nau, zullen we gaan?
Ma guarda un po!
Nau moe!
Buongiorno signorina
Jongedame
Jongehere
Bastardo, carogna
Schoft
Schoof : covone
Cosa fai per vivere? Di mestiere?
Wat doe je voor de kost?
Wat doe je voor je boterham?
Wat is uw beroep?
Per conto mio (in my opinion)
Naar mijn mening
Divertirsi (facendo qq)
Het
leuk hebben
Mama vraagt of
Je het leuk hebt.
Non mi toccare!
Raak mij niet aan!
Domande impertinenti
Mag ik je vragen als…
Sorry dat ik je vraag maar…
Risposta a domanda impertinente
Dat vind ik nogal persoonlijk.
Dat houd ik voor mezelf.
Dat zeg ik liever niet.
Risposta scocciata a domanda impertinente
Dat zijn jouw zaken niet.
Dat gaat je niet aan.
Hier geef ik geen antword op.
In merito a …/ per quel che riguarda…
Riguardare qq
Wat betreft…
Iemand Aangaan
Dat gaat je niet aan!
Come sei stato? Come ti e’ andata?
Hoe is het
Je
Vergaan
Fuck off
Rot op
Da una parte… E dall altra
Aan de ene kant… Aan de andere kant
Da parte mia
Van mijn kant
Mettiti pure comodo!
Ga lekker zitten!
Caffe? Si, grazie!
Koffie? Ja, lekker
Scocciarsi per qualcosa
Mi scoccia!
Balen van problemen
Ik baal ervan!
E’ fuori dal mio “controllo”, potere.
Het is buiten mijn macht.
De macht
E’ cosi’ che si fa.
Dat hoort zo!
Non prendertela!
Trek het
Je
Niet
………….aan!
Non e’ necessario che mi dai del lei,
Usa je e jou
Je hoeft geen U te zeggen,
Gebruik maar je en jou
Se hai busogno di aiuto, fammi sapere
Als je help nodig hebt, laat je het maar weten
Ti telefono di nuovo tra poco
Ik bel je Straks Weer Op. Opbellen
Uno dopo l altro
Een voor een
gaan alle kabouters weg
Per la miseria!
(Wel) verdraaid!!
E’ un tipo in gamba.
Het is zo’n kerel
Korrel : chicco
Ha riversato sugli agenti tutte le imprecazioni possibili.
Frocio.
Ammazzare.
Flikker.
Neerhalen.
Pesce d aprile
Lui le fa un pda
Ci e’ cascata.
Lui esclama: “pda!”
Aprilgrap
Hij haalt een aprilgrap met haar uit.
Ze trapt erin.
Hij roept: “een april”
Per fortuna
Purtroppo
Gelukkig maar
Helaas
Se necessario,
All occorrenza
Zo nodig
Di per se
Op zich
Het werk is op zich positief
A scelta
Naar keuze
Far scegliere qualcuno
Iemand
De keus
Laten
Nella maggio parte dei casi
In de meeste gevallen
Suonato, matto
Belazerd!
Sei pronto?
Ci sei?
Ben je zover?
A proposito,…
Trouwens
A. Quanto pare
Naar het schijnt
Questa si che e’ una buona notizia.
Dat is
Pas goed nieuws.
Attento!
Kijk uit!
Pas op!
Voorzichtig!
Non ci posso credere, stai scherzando?
Ik kan het niet geloven,
Meen je dat?
Niente paura!
Recuperi facilmente domani!
Geen nood!
Gewoon morgen inhalen!
Se e’ necessario
Als het noodzakelijk is,
Dormito bene?
Lekker geslapen?
Fai come se fossi a casa
Doe alsof je thuis bent!
, suppongo o presumo
, Neem ik aan
