H7.3: Keuzen in de zorg in historisch perspectief Flashcards

1
Q

probleem

A

schaarste

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

historische verklaringen voor rupsje nooitgenoeg

A
  • (keerzijden van) vooruitgang
  • (keerzijden van) medicalisering
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

vooruitgang

A
  • demografisch
  • politiek-sociaal-economisch (toegenomen toegankelijkheid zorg)
  • medisch
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

keerzijden vooruitgang

A
  • vergrijzing
  • politiek en belastingbetalers vinden overal wat van
  • baumol effect
  • duurder en schaarste
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

baumol effect

A

groeiende economie, tegelijkertijd loonkosten in gezondheidszorg stijgen in absolute en relatieve zin, maar niet altijd hogere productiviteit

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

waarom groeien loonkosten gezondheidszorg in relatieve zin?

A

arbeidsintensief vak

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Ondanks de langzame productiviteitsgroei in sectoren zoals de gezondheidszorg of onderwijs, zullen de lonen in die sectoren moeten stijgen om concurrerend te blijven met de lonen in sectoren met hoge productiviteitsgroei. Werknemers in bijvoorbeeld het onderwijs accepteren niet dat hun loon stagneert, terwijl werknemers in de technologische sector snel hogere lonen verdienen.

A

baumol effect

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

medicalisering

A
  • gezondheidszorg als recht
  • gezondheidscultuur: belangrijk in samenleving
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

keerzijden medicalisering

A
  • uitbreiding indicatiegebieden
  • preventie is grenzeloos
  • aanzien medische professie
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

McKeown-these

A

toegenomen gezondheid en levensverwachting is niet dankzij geneeskunde maar dankzij welvaart

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

6 oplossingen om de gezondheidszorg te beheersen

A
  1. markwerking: wie betaalt, bepaalt
  2. selectie o.b.v. sociale waarde
  3. (!) rantsoenering
    (!)intermezzo: grenzendebat
  4. (!)prioritisering
  5. sturing overheid
  6. druk op eigen verantwoordelijkheid
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

selectie o.b.v. sociale waarde

A

diegene die het meest betekent voor de gemeenschao mag eerst

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

god committee

A

mensen gingen besluiten wie nier dialyse mocht en wie niet

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

rantsoenering (‘70 en ‘80)

A
  • eerlijk verdelen en budgettering
  • probleem: selectie van pt: wachtlijsten
  • hoe orden je de wachtlijst?
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

intermezzo grenzendebat jaren 80

A

grenzen van gezondheidszorg proberen te definieren en stellen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

intermezzo punten

A
  1. wat is nog gezondheidszorg
  2. wat is ethisch toelaatbaar
  3. wat is effectief/doelmatig
  4. wat is financierbaar
  5. grondwettelijke plicht van overheid
17
Q

na dat debat:

A

sterke behoefte aan kiezen en prioriteren ipv rantsoeneren

18
Q

daarna kwam prioritisering

A
  • selectie van behandelingen/voorzieningen
  • keuzen op macro-niveau adhv trechter van dunning en daarna op micro-niveau (adhb evidence based medicine)
  • het moest uiteindelijk een politiek/maatschappelijk debat worden ipv keuze van arts
19
Q

mechanische objectiviteit

A

niet subjectief

20
Q

overheid/regering wil keuzen uit de weg gaan