H5.7: Tumor evolutie: Klinische implicaties van intratumor heterogeniteit Flashcards
genomische afwijkingen onderverderling
- specifieke afwijkingen
- niet-specifieke afwijkingen
specifieke afwijkingen
heeft direct invloed op hoe een cel zich gedraagt; drivers
oorzakelijk betrokken bij transformatie en progressie
driver mutatie
mutatie die er dus echt voor zorgt direct dat een cel een tumorcel wordt en deze tumorcel dan vervolgens in stand houdt
niet-specifieke genomische afwijkingen
hebben geen dirtect effect op het ontstaan/progressie van tumor
- passengers/hitchhikers
- age-related genomic aberrations
proto-oncogen
- aanwezig bij iedereen in DNA
- als hierin een afwijking ontstaat, verandert het in een oncogen => tumor fenotype
hoeveel allelen in een proto-oncogen moeten afwijken/muteren om een oncogen te worden?
maar 1 vd 2
tumorsuppressorgenen
- eerst ontstaat er 1 afwijking (bv verlies van 1 allel)
- als er dan iets gebeurt met dan ene overblijvende allel, heb je pas een probleem
- dan wordt de tumor niet meer onderdrukt
hoeveel allelen moeten in een tumor suppressorgen muteren om tumor te worden?
2
clonaal
- uit dezelfde cel ontstaan
- hebben allemaal precies dezelfde afwijkingen
clonal dominance
1 clone groeit harder dan de rest
klinische tumor
heel veel cellen met wèl dezelfde driver, maar er is veel meer onderweg opgepikt aan passenger mutaties die verschillen per cel; heterogeen
TP53
- tumorsuppressorgen
- je verwacht dus 1 gemuteerd allel icm verlies van het wildtype allel
als je 100% tumorcellen onderzoekt, verwacht je … % mutant tumorsuppresorgen DNA
100%. want het andere allel is verwijderd
DNA isolatie 80% tumor en 20% normale cellen
per 100 cellen:
- 80 tumorcellen, dus 80x het mutant allel (het andere allel is weg)
- 20 normale cellen, dus 40x het normale allel
mutant allel frequentie bij dit voorbeeld
80/(80+40)=67%