H2.2: DNA-schade en reparatie: deel 2 Flashcards

1
Q

hoe worden DNA-beschadigingen herstel?

A

a.d.h.v. templates => nauwkeurig herstel

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

wat voor templates?

A

complementaire DNA-streng:
- zuster chromatide (alleen in S- of G-fase van de cyclus)
- homologe chromosoom (tijdens meiose)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

wanneer gebruik je complementaire DNA-streng als template?

A
  • mismatched baseparen
  • intrastreng DNA crosslinks
  • enkelstrengs DNA breuken

;geschikt voor het herstel van DNA schade waarbij alleen 1 van beide strengen is beschadigd

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

wanneer gebruik je zusterchromatide/homologe chromosoom?

A
  • intrastrengs DNA crosslinks
  • dubbelstrengs DNA breuken

;wanneer beide strengen zijn beschadigd

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

voorbeelden van DNA schade reparatie mechanismen

A
  • base excisie reparatie (herstel van kleine adducten)
  • nucleotide excisie reparatie voor herstel van grote adducten (UV licht geinduceerde DNA schade)
  • niet-homologe DNA-eind verbinding en homologe recombinatie (herstel van dubbelstrengs DNA-breuken)
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

twee mechanismen om dubbelstrengs DNA breuken te repareren

A
  • niet homologe DNA-eindverbinding; direct aan elkaar ligeren van de 2 uiteinden van de breuk: gebruikt geen template: onnauwkeurig
  • homologe recombinatie: uitwisseling van DNA strengen tussen DNA moleculen: gebruikt vnl het zusterchromatide: nauwkeurig
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

mechanisme niet-homologe DNA eindverbinding

A

KU70/80 dimeer herkent breuk.
m.b.v. DNA-PKcs en ligase brengt de twee uiteinden weer aan elkaar. dit leidt dus tot een kleine deletie. (ten koste van nauwkeurigheid van DNA code)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

een defect in niet-homologe DNA eindverbinding van resulteren in

A

radiosensitiviteit;

bv SCID patienten; die kunnen die breuken niet herstellen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

niet-homologe DNA eindverbinding is vooral ook belangrijk voor

A

recombinatie van DNA die nodig is voor het genereren van antilichamen. het verbindt verschillende fragmenten van antilichamen.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

antilichamen verbinding blah blah werking

A

een B-cel specifiek eiwit, RAG1/RAG2 introduceert DNA dubbelstrengs breuken in het immunoglobuline locus.

niet-homologe DNA eindverbinding koppelt D en J segment bv. de hele tijd worden allerlei breuken aan elkaar gemaakt waardoor je een formatie van een rna krijgt voor een antilichaam. en hierdoor krijg je dus zo veel verschillende soorten antilichamen.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

voordeel onnauwkeurigheid

A

de onnauwkeurigheid van niet-homologe DNA eindverbinding vergroot de diversiteit aan antilichamen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

homologe chromosomen

A
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

twee vergelijkbare maar niet identieke kopieën van elk chromosoom: homologe chromosomen

A

1 van vader, 1 van moeder.

na replicatie per chromosoom 2 identieke zusterchromatide. dus pas na S-fase. dat is dus het verschil tussen zusterchromatiden en homologe chromosomen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

werking van herstel dubbelstrengse DNA-breuk door homologe recombinatie

A

bv x-ray, daardoor ontstaat dubbelstrengs DNA-breuk.
zusterchromatide wordt gebruikt als template.
eerst wordt een klein stukje bij elke streng weggehaald.
dit maakt het mogelijk dat de enkelstrengs stukjes van het DNA dat nu afwezeig is kunnen homologie zoeken in de zusterchromatide en dat zo gebruiken als template.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

belangrijkste eiwitbij dubbelstrengs DNA breukherstel door homologe recombinatie

A

RAD51:
- dat bindt na de breuk aan enkelstrengs DNA om dit te stabiliseren.
- dit helpt ook bij het zoeken naar homologie bij zusterchromatide.

BRCA1 en BRCA2; zijn bv betrokken bij borstkanker. zijn belangrij voor het verder herstel van de breuk

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

als RAD51 aan de breuk bindt..

A

dat kan worden gezien in de kern als kleine stipjes

17
Q

borsttumor =

A

BRCA2-deficient. hierdoor sterven ze af bij bestraling.

18
Q

BRCA2 is belangrijk voor

A

genomische stabiliteit

19
Q

fouten bij dubbelstrengs DNA-breuk herstel kunnen leiden tot

A

genomische instabiliteit;
bij homoloog chromosomen, als dat gebeuert voor de DNA-replicatie, dan krijg je die exchange ook wel, maar omdat ze niet gelijk zijn, leiden tot mogelijk verleis van heterozygositeit (LOH).

het wordt ook een probleem wanneer je bijvoorbeeld als template een mutatie gebruikt, want dan zijn beide allelen gemuteerd en kunnen ook recessieve tot uiting komen

20
Q

fouten bij niet-homologe

A

je kan de verkeerde strengen verbinden met elkaar, waardoor translocatie. bijvoorbeeld: chronische myeloide leukemie

21
Q
A