H4.3: Wnt/beta-catenine signaling en darmkanker Flashcards

1
Q

darmcellen aan de oppervlakte

A
  • enterocyten die vocht opnemen uit de darm
  • enteroendocriene cellen die hormonen produceren
  • goblet cellen die heel veel slijm produceren
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

onderin een crypte in de darm

A

een niche waarin stamcellen liggen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

niche

A

speciale omgeving waarin bepaalde factoren, zoals WNT, rondzweven waardoor de stamcellen goed in stand kunnen blijven

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

welke cellen liggen in de niche?

A
  • stamcellen
  • paneth cellen
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

wat produceert de paneth cel?

A

WNT signaal.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

WNT signaal

A

belangrijk voor stamcel om stamcel te blijven

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

functies paneth cellen

A
  • WNT signaal produceren
  • enzymen produceren zodat er geen bacterien kunnen groeien in de buizen
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

differentiatie darmcellen

A

memoraid

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

onderin de buis

A

actief WNT signalling en daardoor celproliferatie

boven in de buis is geen actieve WNT signaling en daardoor geen celproliferatie

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

inactieve WNT pathway

A

MEMORAID!
1. boven in de cel is een WNT receptor, geactiveerd door WNT
2. APC (oftewel destruction complex) is actief
3. APC bindt aan beta-catenine
4. APC breekt beta-catenine af
5. beta-catenine kan geen rol spelen in het cytoplasma

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

welke twee factoren zorgen voor de balans in de WNT pathway?

A
  • beta catenine
  • APC
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

wat zijn twee functies van beta-catenine?

A
  • WNT pathway transcriptie regulatie (cytoplasma, kern)
  • cel-cel adhesie (membraan)
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

waar is E-cadherine bij betrokken?

A

epitheliale cel-cel adhesie

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

beta-catenine heeft 3 locaties:

A
  • cytoplasma
  • kern
  • membraan
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

actieve WNT pathway

A

MEMORAID
1: WNT bindt aan de WNT-receptor
2: er zijn signalen
3: het APC destructie complex valt uit elkaar
4: beta-catenine wordt nu niet meer afgebroken
5: beta-catenine gaat ophopen in het cytoplasma
6: dan differentieert het naar de kern toe
7: in de kern is de transcriptiefactor TcF aan het wachten op beta-catenine. TcF werkt alleen maar als het gebonden is aan beta-catenine
8: transcriptie zorgt ervoor dat genen worden aangezet die tot proliferatie leiden

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

concentratie WNT, beta-catenine, APC

A
  • WNT vooral beneden bij de bron (paneth cellen)
  • beta-catenine vooral beneden en minder boven in de crypt
  • APC is vooral boven en juist minder beneden
17
Q

wat bevatten WNT eiwitten?

A

een lipidegroep. zodra WNT wordt gesecreteerd extracellulair, bindt het heel snel aan membranen van cellen. door die lipidegroep werkt WNT dus heel lokaal.

18
Q

WNT invloed op stamcel

A

1: WNT bindt aan stamcel
2: dat punt van de cel zorgt ervoor hoe/in welke richting de cel gaat delen (hoe de metafase plaat gaat liggen).
3: de cel deelt weg van het WNT signaal (asymmetrisch)
4: de cel die na de deling het dichtst bij het WNT signaal ligt, blijft stamcel

19
Q

wat gaat er mis bij FAP (familiaire adenomateuze polypsis)?

A

mutaties in het APC gen

20
Q

FAP

A
  • autosomaal DOMINANTE predispositie voor ontwikkeling van multipele adenomateuze poliepen in colon en rectum
  • pt hebben ook verhoogd risico op andere tumoren
  • ontstaat op relatief jonge leeftijd (20-30)
  • veroorzaakt door mutaties in het APC gen
  • klinische variabiliteit in leeftijd waarop de eerste symptomen optreden, aantal poliepen in de darm, soort en aantal andere tumoren (genotype-fenotype relatie)
  • tapijt van poliepen
21
Q

wat is het gen voor darmkanker?

A

APC

22
Q

APC is het gen voor darmkanker

A
  • kiembaan APC mutaties zijn verantwoordelijk voor FAP
  • somatische APC mutaties worden gevonden in het grootste deel van sporadische colorectaal tumoren ongerelateerd aan histologische stages
23
Q

WNT pathway bij APC mutatie

A

memoraid

24
Q

WNT pathway als er geen APC is

A

beta-catenine wordt niet afgebroken en de pathway staat dus constitutief aan => ongereguleerde proliferatie

25
Q

een klein percentage CRC gevallen heeft…

A

een oncogene beta-catenine mutatie. hierbij is beta-catenine biologisch nog functioneel maar het wordt door APC niet meer herkend en dus ook niet afgebroken, waardoor de WNT pathway continu aan staat

26
Q

85% vd darmtumoren

A
  • het APC tumorsuppressor gen wordt geinactiveerd
  • hierdoor werkt het destructiecomplex niet meer
  • de beta-catenine concentratie stijgt
  • door de hoge beta-catenine concentratie gaat beta-catenine ook naar de kern
  • daar vormt beta-catenine een complex met TCF
  • beta-catenine en TCF samen activeren transcriptie
27
Q

5% vd darmtumoren

A
  • er treedt een oncogene mutatie op in het beta-catenine gen
  • beta catenine kan niet meer worden afgebroken door het destructie complex
  • etc
28
Q

TCF 0f beta-catenine kunnen alleen IN COMPLEX transcriptie aanzetten, alleen NIET

A
29
Q

is APC een oncogen of een tumorsuppressorgen?

A

tumorsuppressor

30
Q

welke targets worden aangezet door de WNT pathway?

A
  • cycline D => stimuleert celcyclus
  • CDK4 => stimuleert celcyclus
  • MYC => stimuleert celcyclus
  • LGR5 => zorgt voor niche en zorgt ervoor dat de stamcel happy blijft
31
Q

cycline D en CDK4

A

activering celcyclus

32
Q

MYC

A

hoge expressie leidt tot korte duur van de G0 fase van de celcyclus
MYC activeert expressie van CDKs en inactiveert CDKI

33
Q

LGR5

A

belangrijk voor onderhoduen stamcel karakter

34
Q

volgorde van mutaties darmkanker

A
  1. APC
  2. KRAS
  3. p53, SMAD
35
Q

leeftijdsgroep bevolkingsonderzoek

A

55-75

36
Q

WNT pathway als therapie target

A

remming COX2: aspirine; reduceert zowel incidentie als mortaliteit

37
Q

COX2

A
  • productie door tumorcellen en inflammatie
  • induceert PGE2 productie
  • activeert WNT signaling
38
Q

tumorsuppressor gen vs oncogen

A

docu

39
Q
A