H4.4: Epigenetica en kanker Flashcards

1
Q

MDS: myodysplastisch syndroom

A
  • is niet hetzelfde als MDN
  • klonale ziekte van de hemopoietische stamcel
  • cytopenie in 1 of meer cellijnen eventueel met dysplastische kenmerken, max 20% blasten (>20% is AML)
  • beenmerg met dysplastische kenmerken in 1 of meer cellijnen, max 20% blsten
  • vaak ineffectieve hematopoiese
  • komt vooral voor bij ouderen; eerst bekend als ‘ouderdomsleukemie’
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

behandeling MDS

A
  • meestal palliatief
  • ARA-C; oud en werkt niet super
  • 5-azacytidine; het nieuwe, goed werkende middel
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

epigenetica

A

gaat over het mechanisme dat ervoor zorgt dat genen aan of uit staan

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

2 vormen van epigenetische regulatie

A
  1. DNA-methylering
  2. histon-modificatie
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

chromatine kan zich in twee vormen bevinden

A
  • open chromatine : euchromatine
  • gesloten chromatine : heterochromatine
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

waar kan transcriptie plaatsvinden?

A

alleen bij euchromatine

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

waar kan methylering plaatsvinden?

A

alleen bij cytosine. dus alleen C kan worden gemethyleerd

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

wat is het gevolg van methylering?

A

je krijgt opnieuw een bindingsplaats voor een eiwit; CpG binding proteins. deze zorgt ervoor dat het DNA heel compact wordt.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

wat kan er gebeuren met een histon?

A

kan worden geacetyleerd; dan raakt hij open

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

als een histon zijn acetylering verliest,

A

is hij gesloten

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

waar vindt methylering van cytosine plaats?

A

op plaats 5 van de ringstructuur

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

welk enzym verzorgt de DNA-methylering?

A

DNMT

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

bij kanker

A

hypermethylering

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

wanneer kan een C gemethyleerd worden?

A

alleen als hij naast een G is

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

komt C naast G vaak voor?

A

nee, relatief het minst

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

waar komen C’s naast G’s het meest / alleen maar voor?

A

in de promotor: liggen in specifieke CG-eilanden

17
Q

wat gebeurt er als de promotor gemethyleerd is?

A

dan vindt er geen transcriptie meer plaats. in plaats van transcriptiefactoren is de methylated CpG binding protein gebonden en deze zorgt ervoor dat het eiwit in elkaar krimpt

18
Q

oncogen

A

een gen wat door een fout achter elkaar de hele tijd maar afgeschreven wordt

19
Q

tumor suppressorgen

A

een gen dat aan hoort te staan maar uitgezet wordt

20
Q

1 manier waarop tumorsuppressor genen worden uitgeschakeld

A

door methylering

21
Q

twee vormen van methylering

A
  1. de novo methylering
  2. maintenance methylering
22
Q

de novo methylering

A

iets wordt gemethyleerd wat nog niet gemethyleerd is

23
Q

maintenance methylering

A

omdat de moedercel gemethyleerd was wordt dta doorgegeven. maar er worden geen gemethyleerde C’s ingebouwd bij replicatie, alleen normale. maar dan is er een enzym dat er een methylgroep aan zet. de informatie wordt van cel tot cel overgebracht bij replicatie : epigenetica

24
Q

maintenence methylering =

A

epigenetica

25
Q

de nieuwe streng die wordt ingebouwd is niet gemethyleerd, maar omdat de oude het nog wel is komt er een enzym dat de nieuwe ook methyleert zodat het symmetrisch is

A
26
Q

5-azacytidine

A

een cytidine homoloog dat niet kan worden gemethyleerd; er zit een extra stikstof op de 5de plek waardoor methylering niet mogelijk is

hiermee kan je genen uitzetten

27
Q

5-azacytidine kan in kweek worden gebracht en vervangt dan in bv promotor de gemethyleerde versie

A
28
Q
A