Nierfunctievervangende Therapie Flashcards

1
Q

Wanneer wordt er dialyse gegeven voor CKD?

A

Vanaf <15 indicatie, vaak pas gestart bij GFR <5-8 ml/min

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Wanneer wordt er RRT gegeven?

A
  • Grote problemen, meestal GFR <5-8
  • Onbehandelbare overvulling
  • Onbehandelbare hyperkaliemie
  • Onbehandelbare hyperfosfatemie
  • Onbehandelbare metabole acidose
  • Andere uremische complicaties (Pericarditis, gastritis, encefalitis, jicht, pseudojicht)
  • Bij goede nierfunctie, maar sommige intoxicaties
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Waarom wordt er RRT gegeven?

A
  • Klaren van (Afval)stoffen -> Ureum, kalium, fosfaat
  • Aanvullen stoffen -> Bicarbonaat
  • Verwijderen vocht
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Hoe wordt RRT gegeven?

A
  • Niertransplantatie (Beste therapie voor eindstadium nierfalen)
  • Dialyse -> Hemodialyse (HD) of peritoneale dialyse (Buikdialyse, PD)
  • Conservatief

Toenemende niertransplantatie patiënten en gelijkblijvende dialyse patiënten

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Wat is het verschil tussen hemodialyse vs. hemofiltratie?

A
  • Dialyse -> Diffusie (Spontaan): Solutes
  • Filtratie -> Convectie (Met druk): Water en solutes
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Wat zijn de principes van dialyse?

A

Klaring -> Hoeveelheid plasma die in een gegeven tijd volledig wordt ontdaan van een bepaalde stof (Ml/min)

Wordt beïnvloed door:
- Membraaneigenschappen (Vorm en grootte porie)
- Eigenschappen van de stof (Grootte, eiwitbinding)
- Verdelingsvolume van de stof
- Gradiënt tussen plasma en dialysevloeistof

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Wat zijn de verschillende vormen van hemodialyse?

A
  • Standaard -> 3x per week overdag in een centrum, thuis (Beste uitkomst) (Hemodialyse, nachtelijk, etc.)
  • Hemodiafiltratie (Dialyse + Hemofiltratie)
  • Continue technieken (IC)
    -> Continue venoveneuze demofiltratie (CVVH)
    -> Continue venoveneuze hemodialyse (CVVHD)
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Wat is de HD vaattoegang?

A
  • Shunt (AV-fistel, graft)
  • Centraal veneuze katheter (Snelle alternatief of als shunt faalt)
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

Wat zijn de voor- en nadelen van een AV-graft in plaats van een fistel?

A

Voordelen:
- Sneller te gebruiken
- Geschikt voor meer patiënten

Nadelen:
- Vaker stenoses
- Vaker trombose
- Vaker infectie

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

Wat zijn de voor- en nadelen van een shunt?

A

Voordelen:
- Geen kunstmateriaal (Afgezien van ePTFE)
- Efficiënte dialyse, hoge flow
- Betere overleving

Nadelen:
- Qb tot 0.5-2l/min is significant deel van cardiac output
- Kans op HAIDI (Steal)
- Rijping nodig wat niet altijd lukt

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

Wat zijn de voor- en nadelen van een katheter?

A

Voordelen:
- Direct te gebruiken (Spoedsituaties)
- Geen operatie nodig

Nadelen:
- Minder effectieve dialyse
- Infectie gevaar
- Ook kans op stolsel en LE vorming (Als het onopgemerkt is)
- Slechtere overleving

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

Wat zijn de aanpasbare componenten bij dialyse?

A
  • Badwatersamenstelling (Na 138, K 3, iCa 1.25, HCO3 34)
  • Temperatuur (Meestal 36 graden)
  • Bloedflow, dialysaatflow
  • Ultrafiltratievolume
  • Antistolling
  • Dialyse duur en frequentie
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

Wat zijn de voor- en nadelen van hemodialyse?

A

Voordelen:
- Voor bijna iedereen toegankelijk
- In het ziekenhuis hoeft er niets gedaan te worden
- Thuis is het mogelijk
- Ziekte kan buitenshuis gehouden worden

Nadelen:
- Tijdsbesteding
- Dialysekater
- Snel verlies restfunctie van de nier
- Cardiale belasting

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

Wat zijn de indicaties van PD?

A
  • Keuze van de patiënt
  • Medische voorkeur bij:
    -> Iedereen misschien (Misschien betere overleving)
    -> Hartfalen
    -> Vasculaire toegangsproblemen
    -> Bloedingscomplicaties (Geen antistolling nodig)
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

Wat zijn de relatieve contra-indicaties bij PD?

A
  • Intra-abdominale adhesies
  • Hernia in de buikwand
  • Inflammatoire darmziekten
  • Diabetes Mellitus
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

Wat zijn de principes van ultrafiltraties bij PD?

A

Door suiker toe te voegen. Water gaat richting suiker en suiker kan niet over het membraan

Patiënten krijgen een hogere suikerbehoefte

17
Q

Wat zijn de verschillen tussen CAPD vs. APD?

A

Continue Ambulante Peritoneale Dialyse (10%) vs. Automatic Peritoneale Dialyse:
- APD is 4 cycli tijdens de nacht -> Niks overdacht
- CAPD is 3 gedurende de dag en niks tijdens de nacht

18
Q

Wat zijn de voordelen van PD?

A
  • Continue techniek -> Geen bloeddrukveranderingen
  • Thuis
  • Langer behoud restnierfunctie
  • Geen antistolling
  • Kan bijna overal
  • Minder dieet en vochtbeperking
19
Q

Wat zijn de complicaties van PD?

A
  • Peritonitis (!)
  • Huidpoort of tunnelinfecties
  • Hernia
  • Lekkage (Buikhuid, hydrothorax)
  • Encapsulerende Peritoneale Sclerose (Zeer hoge mortaliteit, incidentie is wel enorm gedaald)
  • Gewichtstoename
20
Q

Wat zijn de kenmerken van peritonitis?

A
  • Klinisch anders dan een chirurgische buik. Vaak niet acuut ziek en geen koorts
  • Sign en symptoms -> Troebel dialysaat 98%, buikpijn, pijn bij uitlopen, koorts, misselijk en braken
  • Etiologie -> Meestal een huidbacterie (via de katheter) en soms darmletsel of translocatie
21
Q

Wat zijn de behandelingen van een PD geïnduceerde peritonitis?

A

Antibiotica intraperitoneaal:
- Bij refractie of relapsing peritonitis -> Verwijderen/verwisselen katheter
- Streven <1x/1.5 jaar/patiënt
- Langetermijn complicaties -> Meer kans op adhesies, techniekfalen

22
Q

Waar hangt de keuze van behandeling van af?

A

Beoordeling op tijd voor een transplantabele, levende donor -> Maar kan ook een pre-emptieve niertransplantatie zijn

Keuze dialysemodaliteit is afhankelijk van:
- Comorbiditeit
- Wensen patiënt
- Socio-economische factoren
-> Taal
-> Huisvesting
-> Intelligentie
-> Netwerk
-> Handvaardigheid

23
Q

Wat zijn de mogelijkheden wat betreft een niertransplantatie?

A
  • Bij voorkeur levende donor
  • Alternatief postmortale donor: Heart beating vs. Non-heart beating (Het liefst snelle dood)
  • Wachttijd is afhankelijk van leeftijd, AB0-BG, immunisatie
24
Q

Wat zijn de nadelen van niertransplantatie?

A
  • Levenslange immuunsuppressie
  • Verhoogd infectierisico
  • Maligniteit risico