Klinisch redeneren Lymfadenopathie Flashcards
1
Q
In hoeveel procent van de gevallen hebben patiënten bij de huisarts met een lymfadenopathie een maligniteit?
A
1%
2
Q
Wat is belangrijk uit de anamnese voor verdenking op maligniteit bij een lymfadenopathie?
A
- Leeftijd
- Duur van de zwelling (Verder onderzoek als het langer bestaat dan 3-6 weken)
- Snelheid van ontstaan (Langzame groei verdacht voor maligniteit, CAVE maligne lymfomen kunnen zeer snel zijn)
- Pijn (Past vaak bij ontsteking)
- Andere symptomen
- B-symptomen
- Blootstelling
- Medicatie
3
Q
Wat is belangrijk uit het lichamelijk onderzoek voor verdenking op maligniteit bij een lymfadenopathie?
A
- Aantal klieren (Pas bij >5 neemt de kans op ernstige DD toe)
- Grootte van de klier (Pas bij echte forse klieren, 3x3 cm, neemt de kans toe)
- Pijnlijk (Meestal ontsteking)
- Consistentie (Vast is vaker maligne)
- Lokalisatie (Supra- of infraclaviculair is verdacht, lies is minder verdacht)
- Fixatie (Normaal ligt los)
4
Q
Wat zijn andere afwijkingen waar er op gelet moet worden tijdens het lichamelijk onderzoek?
A
- Gericht onderzoek op basis van klachten
- Hepato-splenomegalie
- Onderzoek van mammae
- Rectaal toucher
- Bij klieren in de hals -> Mondholte en keel ook controleren
- Bij mannen -> Testis
5
Q
Wat is de DD bij een lymfadenopathie?
A
- Infectieus
- Maligniteit
- Lymphoproliferatief
- Immunologisch endocrien
- Miscellaneous
6
Q
Wat voor soort biopt kan er genomen worden bij een verdenking op een maligne lymfoom?
A
- Gehele klier
- Groot histologisch biopt
7
Q
Wat voor soort biopt wordt er gedaan bij een verdenking op een halsmetastase?
A
- Cytologische punctie
- Geen biopt of histologische punctie (Pas indien cytologische 2x inconclusief is) -> Risico op entmetastasen