engels voc folder 3 p145-146 Flashcards
huiselijk geweld
domestic violence
een vuurwapen
a gun
een inbraak in huis
a home invasion
een moordwapen
a murder weapon
vergif
poison
een eigendom, een pand
a property
onthoofden
to decapitate
verdrinken
to drown
ophangen
to hang
vergiftigen
to poison
schieten
to shoot
neersteken
to stab
wurgen
to strangle
verstikken
to suffocate
weerzinwekkend
gruesome
vlekkeloos
immaculately
grondig
thorough
een aanrijding meemaken
to be hit in a car crash
zelfmoord plegen
to commit suicide
een slag (op het hoofd) krijgen
to receive a blow (on the head)
een hartaanval krijgen
to suffer a heart attack
een kruidenier
a grocer
smeken
to beg
grijpen
to catch
vertrekken
to depart
stamelen
to mutter
afwijzen
to reject
(over)blijven
to remain
naaien
to sew
breken
to smash
fluisteren
to whisper
verzorgd worden
to be looked after
iemand een dienst bewijzen
to do someone a favour
zorg dragen voor
to take care of