13/7-mens&zijnuniversum/gelijkheid Flashcards
Hoe komt het dat, hoewel al door de stoische denkers (3eS vC) en paus Gregorius dGr (6eS nC) over onvoorw gelijkheid van mensen werd gesproken, terwijl de strikte hierarchische middeleeuwse structuur (adel; geestelijkh; derde stand) voortduurt tot de Fr Rev?
Fundamentele gelijkheid gebaseerd op metafysische leer: mensel ziel is deel v alles omringende godd Logos => iedereen zelfde waardigheid.
Hierarch maatschappij nalatenschap v oudheid. Bv:
- Plato’s Staat: twee leidende klassen (fil, ambtenaren, militairen) en derde klasse (boeren, ambachtslieden), vgl met mensel ziel - ook 3 niveaus (rede, wil/weerbaarheid, begeerte). Elk bekleedt functie iom met capaciteiten. Voor leider is moed en deugd onontbeerlijk want zwaar om corruptie uit te bannen en echte morele waarden te realiseren.
Aristoteles: wat is grondslag van ongelijkheid? Gevolg v mensel aard zelf: niet iedereen heeft zelfde capaciteiten. Sommigen van nature slaaf want inferieure rationaliteit. Redenatie geldt ook voor ondergeschikte vrouw.
Vlgs A nodig om in jeugd moreel gedrag af te dwingen zodat door praktiseren deugd morele waarden ontdekt kunnen worden.
NB: stadstaat uitgangspunt. Stoische positie dus revolutionair en invoeren duurde lang. Maar dus onjuist te stellen dat waardigh vd mens pas in renaiss onder aandacht kwam.
p196
