regulatie hartslag Flashcards

1
Q

Wat is onze gezonde bloeddruk?

A

120 over 80

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Wat zijn de gevolgen van een stenose of insufficiëntie van een klep?

A

De druk in de aorta gaat omlaag, de druk in het atrium en het ventrikel gaan omhoog.
Als je een lage diastole aortadruk hebt, dan gaat de bovendruk omhoog.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Hoe werkt de parasympaticus en de sympaticus op de verhoging van de hartslag?

A

De parasympathicus is sneller dan de sympathicus en is dominant. Als je gaat sporten gaat de beïnvloeding van de parasympathicus weg wat de hartslag zal doen laten stijgen. Later zal dan ook de sympathicus dit proces ondersteunen.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Door welke drie factoren wordt de slagvolume geregeld?

A

Preload (positief), contractiliteit (positief), afterload (negatief)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Wanneer spreken we van isotone contractie

A

Als de spanning hetzelfde blijft, maar de spier wel verkort.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Wanneer spreken we van een isometrische contractie?

A

Als de spier dezelfde lengte behoudt en er meer spanning ontstaat.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Wat is lengte-afhankelijke krachtsontwikkeling?

A

Bij een grotere voorbelasting kan er meer kracht worden ontwikkeld dan bij een kleine voorbelasting, omdat de spier meer moet verkorten en meer kracht moet ontwikkelen voor een groter gewicht.
Hart meer opgerekt –> slagvolume zal stijgen.
Het gaat hierbij om Ca2+ gevoeligheid. Een spier met een grote affiniteit voor calcium geeft een grotere krachtontwikkeling.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Wat is lengte-onafhankelijke krachtontwikkeling?

A

Dit wordt bewerkstelligd door een toename in contractiliteit. Contractiliteit omhoog –> slagvolume omhoog. Adrenaline beta-1-stimulatie –> grote calciuminstroom en een vergrote contractiekracht in de ventrikels. Het gaat hierbij om calciuminstroom!

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

Hoe werkt een papillairspier?

A

Kracht wordt ontwikkeld zonder lengteverandering –> belasting veranderd niet meer –> lengteverkoring. Dit werkt ook omgekeerd.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

Wet van Laplace?

A

De spanning in de want is gelijk aan:
T = P x r / 2 T= spanning
o = P x r / 2h o = Stress= spanning per oppervlakte. h = wanddikte.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

Wat gebeurd er bij een hypertroof hart?

A

De wanddikte neemt toe, waardoor de stress van de hartspiercellen kleiner wordt. Er kan dan bij hoge bloeddruk hypertrofie ontstaan.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

Wat is hypertrofie?

A

de belasting op de hartspiercellen is te groot door een hogere afterload, waardoor de kracht over meer hartspiercellen moet worden verdeeld.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly