embryologie hart en vaatstelsel Flashcards

1
Q

welke organen zorgen voor de aanmaak van rode bloedcellen?

A

dooierzak, placenta, AGM (een gebied rond de dorsale aorta), lever, milt en beenmerg.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

wat zijn bloedeilandjes?

A

groepjes gedifferentieerde mesodermcellen (hemandioblasten)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Benoem de twee processen waarop bloedvaten gevormd worden

A
  • Vasculogenese(spontaan): Het ontstaan van bloedvaatjes via de vorming van bloedeilandjes, waaruit endotheel blaasjes ontstaan die vervolgens fuseren tot vaatjes. Dit proces vindt vooral helemaal aan het begin plaats.
  • Angiogenese(signaalmoleculen): Als eenmaal een klein vatenstelsel is ontstaan, kunnen later in de ontwikkeling vanuit alle vaten nieuwe vaten ontstaan. Dit gebeurd door spreiding vanuit bestaande vaatjes.
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Wat zijn de belangrijkste vaten in het vroege embryo?

A
  • De primitieve navelstreng, de hechtsteel
  • Een arterieel systeem met de dorsale aorta, verbonden met het hart via de kieuwboogarteriën en de ventrale aorta
  • Een veneus systeem met de vena cardinalis anterior, communis en posterior
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

wanneer begint het hart met pompen?

A

rond week 4-5. dan moet het nog een vierkamersysteem worden.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Hoe ontstaat het vierkamerhart?

A

Vanuit een buis ontstaat een tweekamer hart en daarna een vier kamer hart. De buis gaat krommen en allerlei uithollingen vormen. Er ontstaat een linker en een rechter buis die naast elkaar komen te liggen, waarbij de ingang en uitgang dus samen craniaal komen te liggen.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

welke hartafwijkingen kunnen er ontstaan bij het proces van een serieel naar een parallel hart

A
  • Verstoring van septatie (opsplitsing): VSD, ASD, persisterende truncus arteriosus. De aorta en de truncus pulmonalis zijn niet gescheiden.
  • Verkeerde aansluiting: transpositie van de grote vaten. De aorta zit vast aan de rechterventrikel, in plaats van aan het linker.
  • Atriumseptum- en ventrikel defecten
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

waar ontstaat de hartbuis uit?

A

uit het viscerale mesoderm anterior van de oropharyngeale membraan

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

uit welke drie lagen bestaat de primaire hartbuis?

A
  • Endocard (binnenlaag)
  • Endocardgelei, cardiac jelly, hartgelei (tussenin
  • Myocard (buitenlaag)
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

na de kromming en specialisatie van de hartbuis zijn er vijf delen. welke zijn dat?

A
  • IFT = instroomkanaal (=sinus venosus = inflow tract)
  • ERA en ELA: rechter en linker embryonale atria
  • AVC: atrio-ventriculair kanaal
  • ELV en ERV: linker en rechter embryonale ventrikels
  • OFT: uitstroomkanaal (= conus arteriosus = outflow tract = conus truncus; sluit aan op de truncus arteriosus of aortic sac)
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

wat is de sinus transversus?

A

de ruimte tussen de instroom en de uitstroom

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

wat zijn endocard kussens en richels?

A

lokale verdrinkingen van het hartgelei. hier transformeren endocardcellen naar mesenchymcellen. door dit systeem ontstaat een splitsing van het in en uitstroomkanaal

hartskelet ontstaat hieruit en de Av en semilunaire kleppen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

waar ontwikkelen de semillunaire kleppen zich?

A

in het distal einde van het uitrookkanaal uit de endocard richels

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

wat zijn de longen van de foetus?

A

de placenta, vanaf week 9

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

veranderingen voor en na de geboorte (5)

A
  • ductus arteriosus (Botalli) –> sluit snel onder invloed van zuurstof
  • foramen ovale –> gaat dicht door lagere druk in RA en hogere druk inLA vanwege op gang komen van longcirculatie, wordt fossa ovale
  • ductus venosus –> sluit 3-7 dagen na geboorte, wordt ligamentum venosus
  • vena umbilicalis –> wordt ligamentum hepatic teres
  • arteria umbilicales –> wordt ligamentum umbilicalis medialis
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

vorming foramen ovale

A

2 septa worden na elkaar gevormd

eerst septum primum (kant linker atrium), met gat ostium primum

dan septum secundum met ostium secundum(kant rechter atrium)

in septum secundum= foramen ovale
bloed kan alleen van linker atrium naar rechter atrium stromen

17
Q

functie ductus venosus

A

tijdelijke verbinding vena umbilicalis en vena cava, zorgt ervoor dat voedsel en zuurstofrijl bloed van placenta niet door veneuze vaatbed van lever heen moet

verdwijnt na geboorte

18
Q

waardoor ontstaan meeste aangeboren hartafwijkingen

A

gevolg van verstoring van de transformatie van een serieel naar parallel systeem

dus van serieel naar 4 kamerhart met parallele bloedsomloop