de vaatfunctie van arterien

Question 1

verschil tussen instabiele en stabiele plaque

Answer 1

stabiele heeft een dikke fibrotische cap die zich over de lipide kern heeft gevormd

instabiele plaque: dunnere kap en groot risico op ruptuur. Meer ontstekingscellen.

Question 2

van wat hangt ernst van celschade af?

Answer 2

Mate van ‘stress’ waaraan cel wordt blootgesteld

stress= aard, duur of intensiteit

Question 3

stappen van normale cel tot lysis

Answer 3

normaal–> reversibele celschade–> irreversibele celschade–> cel lysis

hoe snel de celschade irreversibel is hangt af van celtype
bij hart en hersenen is het heel snel

Question 4

andere determinanten irreversibele celschade

Answer 4

duur ischemie
gevoeligheid O2 tekort
temperatuur–> bij koudere lichaamsT stel je weefselschade uit
alternatieve bloedtoevoer(collateraal flow)
volledige vs partiele vaatobstructie
acuut vs geleidelijke opstructie
acute vs geleidelijke reperfusie–> bij geleidelijke reperfusie minder schade

Question 5

circulatie hersenen

Answer 5

hersenen hebben collateraal flow, dus als 1 deel een stenose zit, kan het bloed via andere vaten stromen

partiële obstructie in halsslagader=gevaarlijker, want er laten sneller bloedpropjes los
volledige obstructie kan opgelost worden, want 2 halsslagaders

Question 6

circulatie lever

Answer 6

a. hepatica levert direct O2 rijk bloed aan lever

Maar v.porta heeft ook nog O2 rijk bloed over (60%)

Question 7

ischemische preconditionering

Answer 7

als hart vaker kortere periodes zonder O2 heeft gezete of bij geleidelijk groeiende afsluiting, dan is schade van uiteindelijke infarct kleiner.

ook als er in een ander deel van lichaam ischemie is, dan beschermt dit het hart, doordat bepaalde stoffen vrijkomen