Farmacotherapie myocardischemie Flashcards

1
Q

Waardoor ontstaat angina pectoris?

A
  • door een atherosclerotische vernauwing van de coronair vaten en/of voldoende doorstroming van de collateraten.
  • Door (reversibele trombusvorming)
  • Door coronair spasmen
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Wanneer wordt er gesproken over stabiele angina pectoris

A

Als het bekend is wanneer het optreedt. Het is constant.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Wanneer wordt er gesproken over instabiele angina pectoris

A

Als het op ieder moment kan ontstaan. Het is niet constant. Komt ook voor in rust

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Wat is Prinzmetal

A

Een variant van angina pectoris, een spasme van een coronair arterie. In een angiogram is er geen obstructie te zien.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Hoe kan het lichaam de wanverhouding van zuurstofbehoefte en zuurstofvoorziening verbeteren.

A
  • Verbeter myocardiale perfusie (zuurstofverziening omhoog)

- Verlaag de myocardiale zuurstofbehoefte, door verlaging bloeddruk, hartfrequentie en/of slagvolume.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Welke behandelingen zijn er voor angina pectoris?

A
  • Stoppen met roken
  • Meer lichaamsbeweging
  • Eventuele hypertensie en hypercholesterolemie behandelen (dieet/ antihypertensive/ lipidenverlagers)
  • Framacotherapie angina pectoris
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Benoem enkele geneesmiddelen voor angina pectoris

A

 Nitraten (nitroglycerine, isosorbidemono- of dinitraat)
 Bèta-receptor antagonisten (propranolol, atenolol)
 Calciumantagonisten: calcium is een second messenger, zorgt voor contractie van de spieren en vasoconstrictie in de vaten. Als dit geblokkeerd zou worden vindt er dus minder contractiliteit van het cardiovasculaire systeem plaats (dilttiazem, verapamil, nifedipine)
 Antistollingsmiddelen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Faemacotherapie angina pectoris

A
  • Couperen aanval: als er direct iets moet gebeuren
  • Liefst profylactisch ingrijpen (voorkomen)
  • Enkele geneesmiddelen
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

Wat is het werkmechanisme van nitraten

A
  • Verwijding veneuze bloedvaten (preload omlaag  diameter LV omlaag  wandspanning omlaag  zuurstofbehoefte omlaag)
  • Verwijding coronaire collateralen
  • Weinig of geen effect op arteriolen (alleen in hoge dosis)
  • Coronairflow blijft onveranderd
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

Beschrijf de voorbeelden van nitraten

A
Nitroglycerine
-	Oromucosaal tablet/spray, transdermaal
Isodorbidedinitraat
-	Oromucosaal of oraal
-	First-pass effect, gaat eerst langs de lever om in het actieve te worden omgezet
Isosorbidemononitraat
-	Actieve metaboliet van ISDN, oraal
-	Geen first-pass effect
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

wat zijn de bijwerkingen van nitraten?

A
  • Hoofdpijn (door vasodilatatie)

- Posturale hypotentie (licht in hoofd als je opstaat)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

Wat doen Bèta-receptor antagonisten?

A
  • Verlagen hartfrequentie (gevolg: zuurstofbehoefte omlaag)
  • Langere diastole: verbetering myocardiale perfusie
  • Bloeddrukverlagende effect speelt bijna geen rol
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

Wat doen calciumantagonisten?

A

remmen Ca2+ instroom in hart- en/of vaatwandspiercellen. vooral geschikt bij coronairspasmen wanneer dosering meerdere malen per dag, oraal.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

Noem voorbeelden van calciumantagonisten en waarop ze werken.

A
  • Verpamil vooral in hart: negatief inotroop en negatief chronotroop
  • Nifedepine vooral in weerstandsvaten (bloeddruk omlaag  reflex tachycardie)
  • Diltiazem in hart en bloedvaten: hartfrequentie bijna onveranderd of omlaag
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

Wat zijn de bijwerkingen van calciumantagonisten?

A

hoofdpijn, obstipatie

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly