Allergische aandoeningen: diagnostiek, behandeling en preventie Flashcards

1
Q

Wanneer bloeien bomen?

A

Hazelaar en els jan-maart, berk en eik meer april/juni

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Waneer bloeien grassen?

A

Mei-september

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Wanneer bloeien kruiden?

A

Mei-oktober

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

ARIA classificatie

  • waar staat het voor
  • welke 4 domeinen
A
  • Allergic Rhintis and Its Impact on Asthma

- Intermittent, persistent, mild en moderate-sever

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Aria intermittent

A

< 4 dagen per week OF < 4 weeks

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

ARIA persistent

A

4 of mere dagen per wek EN meer dan 4 weken

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

ARIA Mild

A

normal sleep & no impairment of daily activities, sport leisure & normal work and school & no troublesome symptomes

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

ARIA moderate-severe

A

een of meer:

  • abnormale slaap
  • impairment of daily activities, sport, leisure
  • abnormal work and shcool
  • troublesome symptoms
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

Hoe vaak komt rhinitis bij asthma voor en hoe vaak komst astma bij rhinitis voor?

A

Patienten met asthma > 80% rhinitis

patiënten met rhinitis > 40% asthma

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

Definitie atopie

A

Atopie is de aanleg van een persoon om immunoglobuline (antistoffen) van het type IgE te maken specifiek gericht tegen onschuldige stoffen die in de omgeving voorkomen, zoals huisstofmijt of pollen van gras of bomen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

Verhouding asthma eczeem en rhinitis

A

bij 1 jarige vooral eczeem, minder asthma en rinitis

Op 12 jaar vooral rhinitis en minder eczeem. Asthma blijft over jaren gelijk

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

Testen inhalatie allergeen

A

skin prick test

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

Testen voedsel allergie

A

skin prick test, prick to prick test

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

testen insecten allergie

A

skin prick test, nog beter is intracutane test

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

testen geneesmiddelen allergie

A

skin prick test, intracutane test (oplosbare gnm), epicutane test voor vertraagde reacties

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

testen contact allergie

A

epicutane test

17
Q

Aantonen allergeen specifiek IgE

A

immunocap of microarrays

18
Q

Kruisreactiviteit van huisstofmijt

A

kakkerlak, garnaal, ascaris

19
Q

Therapie 3 hoofd domeinen

A

allergeen vermijden, farmacotherapie, immunotherapie

20
Q

Allergeen vermijden

A

basale interventie, niet altijd mogelijk, niet altijd werkzaam

21
Q

Farmacotherpaie

A

direct effect, kortdurend effect

22
Q

Immunotherapie

A

lange termijn effect, heeft als doel het natuurlijke beloop van de ziekte te veranderen

23
Q

Voorwaarden voor immunotherapie

A
  • vastgestelde sensibilisatie voor allergeen.
  • positieve huidtesten en of aanwezigheid van specifiek IgE
  • er zijn klachten van het betreffende allergeen
24
Q

Veiligheid subcutane en sublinugale immunotherapie

A

Veilig. Subcutaan geeft 1 per miljoen ernstige systemische reacties. adrenaline nodig in 0.13%
Voor sublinguacl zijn enkele cases met anafylaxie beschreven

25
Q

Risico factoren voor anafylaxie tijdens immunotherapie

A

ongecontroleerd astma ( gelijk voor (bijna) fatale reacties), eerdere systemische reacties op immune, dosering tijdens piek pollen blootstelling, dosering fouten, gebruik van beta blokkers (verlagen hartslag/bloeddruk en beïnvloeden daardoor werking van adrenaline), aantal allergenen, sterke sensibilisatie

26
Q

Absolute contra indicaties voor immunotherapie

A

astma ongecontroleerd, maligniteit, zwangerschap instelbare, kinderen < 2, AIDS

27
Q

Relatieve contra-indicaties immunotherpie

A

Gecontroleerde astma, beta blokkers, cardiovasculaire aandoeningen, kinderen 2-5, HIV, psychisch, chronische infecties, immunodeficient, gebruik immunosuppresiva

28
Q

Farmacotherapie bij anafylactische reacties

A

Adrenaline, clementine, corticosteroïden of beta2 sympathicomimetica

29
Q

Preventie van inhalatie allergenen

A

Geen specifieke maatregelen betreffende inhalatie allergenen, algemeen geld een rookverbod en wel geven van borstvoeding, Vermijden van alelrgenen op jonge leeftijd lijkt een averechts effect te hebben