Woordenlijst Jusqu au dernier 5 - Sheet1 Flashcards
1
Q
Vertaal:
tans pis
A
niets aan te doen
2
Q
Vertaal:
tant bien que mal
A
zo goed en zo kwaad
3
Q
Vertaal:
tant que
A
zoveel als
4
Q
Vertaal:
tapage m
A
kabaal
5
Q
Vertaal:
tapageur
A
luidruchtig
6
Q
Vertaal:
tapis m
A
tapijt
7
Q
Vertaal:
taquiner
A
plagen
8
Q
Vertaal:
tarder
A
uitblijven
9
Q
Vertaal:
tas m
A
hoop
10
Q
Vertaal:
tater
A
verkennen, rondtasten
11
Q
Vertaal:
tellement
A
zoveel, zodanig
12
Q
Vertaal:
tempête v
A
storm
13
Q
Vertaal:
tenace
A
volhardend
14
Q
Vertaal:
tentation v
A
verleiding
15
Q
Vertaal:
tentative v
A
poging
16
Q
Vertaal:
tenter
A
verleiden
17
Q
Vertaal:
terne
A
dof, mat
18
Q
Vertaal:
terre cuite
A
aardewerk
19
Q
Vertaal:
tiede
A
lauw
20
Q
Vertaal:
tintement m
A
geklingel
21
Q
Vertaal:
tirage m
A
afdruk (foto)
22
Q
Vertaal:
tituber
A
waggelen
23
Q
Vertaal:
tohu-bohu m
A
wanorde, herrie
24
Q
Vertaal:
toiser
A
uit de hoogte opnemen
25
# Vertaal:
toit m
dak
26
# Vertaal:
torchon m
theedoek
27
# Vertaal:
tôt
vroeg
28
# Vertaal:
tourbillon m
wervelwind
29
# Vertaal:
tournage m
filmopname
30
# Vertaal:
tournevis m
schroevendraaier
31
# Vertaal:
toussoter
kuchen
32
# Vertaal:
toux
hoest
33
# Vertaal:
trachée v
luchtpijp
34
# Vertaal:
trahison v
verraad
35
# Vertaal:
traînante
lijzig
36
# Vertaal:
traîner
neerhangen, rondslingeren
37
# Vertaal:
tranchant
scherp
38
# Vertaal:
trébucher
struikelen
39
# Vertaal:
trempé
doorweekt
40
# Vertaal:
tremper
weken
41
# Vertaal:
tressaillier
trillen
42
# Vertaal:
tressautement m
schok
43
# Vertaal:
trier
uitzoeken, sorteren
44
# Vertaal:
tripoter
rommelen, knoeien
45
# Vertaal:
trou m
gat
46
# Vertaal:
truc m
dinges, iets, ding
47
# Vertaal:
tuyauter
tippen
48
# Vertaal:
tuyauterie v
buizenstelsel
49
# Vertaal:
vacarme m
lawaai, herrie
50
# Vertaal:
vacillant
wankelend
51
# Vertaal:
vague m
het onzekere
52
# Vertaal:
vague v
golf, storm
53
# Vertaal:
vaiselle v
afwas
54
# Vertaal:
vanter
prijzen,
55
# Vertaal:
verrouiller
afsluiten
56
# Vertaal:
verser
gieten
57
# Vertaal:
vide-grenier m
rommelmarkt
58
# Vertaal:
virer
iemand de laan uitsturen, ronddraaien
59
# Vertaal:
vitre en verre depoli
matglas
60
# Vertaal:
vitreux
glasachtig
61
# Vertaal:
voisin m
buurman, buren
62
# Vertaal:
vol avec effraction
diefstal met braak
63
# Vertaal:
voler
stelen
64
# Vertaal:
volet m
luik
65
# Vertaal:
voleur m
dief
66
# Vertaal:
vomir
overgeven
67
# Vertaal:
voyant m
helderziende
