Perspectives 07 Flashcards
1
Q
te midden van, tussen
A
parmi
2
Q
het middel (2)
A
le moyen, l’outil m
3
Q
zich ontplooien
A
s’épanouir
4
Q
het kwaad
A
le mal
5
Q
de macht
A
le pouvoir
6
Q
de studie
A
les études v
7
Q
het salaris
A
le salaire
8
Q
(iemand) zoeken
A
rechercher
9
Q
voltijds
A
à plein temps
10
Q
deeltijds
A
à temps partiel
11
Q
de stage (2)
A
l’apprentissage m, le stage
12
Q
sollicitant mv
A
candidat(e) mv
13
Q
minderjarig
A
mineur
14
Q
de sollicitatie
A
la candidature
15
Q
onmisbaar, noodzakelijk
A
indispensable
16
Q
(toe)sturen (2)
A
adresser, envoyer
17
Q
de sollicitatiebrief
A
la lettre de motivation
18
Q
de referentie
A
la référence
19
Q
attrayant(e)
A
aantrekkelijk
20
Q
de toelage, bonus
A
la prime
21
Q
de werktijd
A
la horaire
22
Q
flexibel
A
souple
23
Q
de uitdaging
A
le défi
24
Q
werknemer mv
A
salarié(e) mv
25
ambtenaar mv
fontionnaire mv
26
een baan, werk (2)
une embauche, un emploi
27
raad geven
conseiller
28
op dit moment
en ce moment
29
de uni
la fac
30
de universiteit
la faculté
31
vanaf
à partir de
32
soit soit
of of
33
onderscheiden
distinguer
34
leiden tot
mener à
35
(iemand) aannemen
recruter
36
de bestelling
la commande
37
het eens worden
se mettre d'accord
38
selecteren
selectionner
39
het verloop
le déroulement
40
het loon
la paye
41
bedrijfsleider
gérant(e) mv
42
de verkoop
la vente
43
een voedingsmiddel
un aliment
44
beheren, managen
gérer
45
de post
le courier
46
opvoeden
élever
47
toevallig
par hasard
48
het domein
la domeine
49
beloven
promettre
50
verbeteren
améliorer
51
het huiswerk
le devoir
52
de tekortkoming
le défaut
53
daar, omdat
puisque
54
iets te binnen schieten
venir à l'esprit de
55
vrijgevigheid
la générosité
56
de tederheid
la tendresse
57
de schoonheid
la beauté
58
teder
tendre
59
gierig
avare
60
dom
bête
61
de domheid
la bêtise
62
lelijk
laid
63
functioneren
fonctionner
64
karakteriseren
caractériser
65
ongewoon
insolite
66
meedogenloos
implacable
67
grappig (3)
cocasse, drôle, marrant
68
het koffieapparaat
la machine à café
69
de zorg
le souci
70
onuitputtelijk
intarissable
71
tegelijkertijd
à la fois
72
de getuige
le témoin
73
het handjevol
la borchette
74
de goedheid
la bonté
