Geschiedenis - 1 Politieke ontwikkelingen in Europa Flashcards

1
Q

Plaats het eerste hoofdstuk over de politieke ontwikkelingen in Europa in het referentiekader

A

Wanneer: 19e eeuw
Waar: Europa
Wat: politiek: politieke ontwikkelingen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Wat is de formule van de verlichting?

A

Vrijheid + verstand

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Wat ging er aan de Slag bij Waterloo aan vooraf?

A

de verbanning van Napoleon naar het Italiaanse eiland ELBA

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

referentiekader Slag bij Waterloo

A

Wanneer: 18 juni 1815
Waar: België, Waterloo
Wat: politiek - veldslag

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Waar en wanneer vond de Slag bij Waterloo plaats?

A

op 18 juni 1815 in België, Waterloo

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Wie streed er tegen wie bij de Slag bij Waterloo?

A

Frankrijk (olv Napoleon Bonaparte)
tegen
coalitie bestaande uit: Engeland (VK), Pruisen (Dui), Nederlanden en Oostenrijk (olv Wellington)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Wie zijn de hedendaagse Pruisen?

A

de Duitsers

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Wat is een coalitie?

A

Een samenwerking van naties

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

Wat was het resultaat van de Slag bij Waterloo en wat is de betekenis daarvan?

A

Het resultaat was de genadeslag van Napoleon. Dat wil zeggen dat hij verloren was.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

Wat is een genadeslag in context van de Slag bij Waterloo?

A

het verwijst naar de beslissende actie of gebeurtenis die leidde tot de definitieve nederlaag van Napoleon Bonaparte.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

Was Napoleon pro of anti verlichting?

A

Beide

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

Hoe zie je dat Napoleon ook pro verlichting was?

A

Hij stelde de Code Civil op dat er voor zorgde dat er meer rechten kwamen voor de Fransen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

referentiekader Code Civil

A
  • begin 19e eeuw
  • Frankrijk
  • politiek - belangrijke codificatie van het burgerlijk recht onder Napoleon voor de Fransen (gaf meer rechten)
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

Waar werd Napoleon gekroond tot keizer?

A

In de Nôtre-Dame

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

Waarom was de keizerkroning van Napoleon anders dan gewoon?

A

Hij was arrogant en zette zelf de kroon op zijn hoofd in plaat van de paus.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

Is de Code Civil een voorbeeld van verlichting?

A

Ja -> veranderd de rechten van de Fransen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
17
Q

Waar vond het einde van Napoleon plaats?

A

Op St-Helena, want hij kon niet meer ontsnappen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
18
Q

Hoe is Napoleon gestorven?

A

door een maagziekte

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
19
Q

Wanneer is Napoleon gestorven?

A

mei 1821

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
20
Q

Waar is Napoleon begraven?

A

Parijs

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
21
Q

Wat zijn de eigenschappen van stabiliteit en machtsevenwicht?

A

rust en orde

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
22
Q

Wat zijn de eigenschappen van liberale en nationale ambities?

A

strijd

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
23
Q

Hoe stond de adel tegenover de dood van Napoleon en waarom?

A

Ze waren blij.

Doordat Napoleon weg was zouden ze misschien terug meer macht krijgen.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
24
Q

Hoe reageerde Europa op de genadeslag van Napoleon?

A

stelde het Congres van Wenen op met als basisidee om terug te gaan naar hoe het vroeger was

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
25
Q

betekenis Restauratie-Principe

A

terug naar hoe het vroeger was gaan
-> het Ancien Regime restaureren

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
26
Q

referentiekader Congres van Wenen

A
  • sept 1814 - juni 1815
  • Wenen, Oostenrijk
  • politiek -> wouden zo de politieke en territoriale orde in Europa herstellen na de nederlaag van Napoleon
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
27
Q

Wat is het basisidee van het Congres van Wenen? + vb

A
  • Basisidee = Restauratie-Principe
    vb1 anti-volksoevereiniteit (ied gelijke rechten)
    vb2 herstel Bourbons (vorsten en terugkomst familie van Lodewijk 17)
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
28
Q

Wat waren de resultaten van het Congres van Wenen? 3

A
  • concervatieve bondgenootschappen (Heilige Alliantie + Grote Alliantie) met interventie recht (samenwerken als ergens een revolutie start).
  • Metternich systeem = eigen belang grootmachten (nadenken om eigen belang op te leggen)
  • hertekening van de kaart van Europa door Metternich (wie welk deel krijgt)
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
29
Q

referentiekader Metternich systeem

A
  • begin 19e eeuw
  • Europa
  • politiek - systeem gericht op het handhaven van de monarchieën en de politieke status quo in Europa na de Napoleontische oorlogen
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
30
Q

Heeft Oostenrijk na het Congres van Wenen winst gemaakt en zo ja waar?

A

-> nu wel kleiner:
ja, Z (bv Venetië) +W
nee, verlies Oostenrijkse Nederlanden

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
31
Q

Heeft Rusland na het Congres van Wenen winst gemaakt en zo ja waar?

A

Ja, NW bv Finland + Z bv de Krim

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
32
Q

Heeft Pruisen na het Congres van Wenen winst gemaakt en zo ja waar?

A

ja, O+W maar geen aaneengelsoten geheel

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
33
Q

Heeft GB na het Congres van Wenen winst gemaakt en zo ja waar?

A

nee want is een eiland, maar wel winnaar want hebben extra havens en steunplaatsen zoals bv Malta

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
34
Q

Heeft Frankrijk na het Congres van Wenen winst gemaakt en zo ja waar?

A

bleef neutraal, want Lodewijk was terug en door de bufferstaten

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
35
Q

Wat zijn bufferstaten?

A

nieuw opgerichte staten aan de grens van Frankrijk om een nieuwe expansie van Frankrijk tegen te gaan.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
36
Q

Geef 2 voorbeelden van bufferstaten

A
  • Verenigd Koninkrijk der Nederlanden (huidige Be en NL)
  • Piëmont-Sardinië (huidige Italië)
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
37
Q

Wanneer vond de Juli revolutie plaats?

A

1830

38
Q

Voorbeeld liberalisme uit het recente verleden?

A

onthoofding van Franse leerkracht na tonen van cartoon over profeet Mohammed

39
Q

Wanneer was de islamitische aanslag op het hoofdkantoor van Charlie Hebdo?

A

7 jan 2015

40
Q

Wat gebeurde er in Denemarken in 2005?

A

publicatie van cartoons over de profeet Mohammed waar veel kritiek op kwam

41
Q

Wat gebeurde er in Frankrijk in 2015?

A

islamitische terroristische aanslag op het hoofdkantoor van Charlie Hebdo in Parijs

42
Q

Wat gebeurde er in Frankrijk in 2020?

A

onthoofding van een Franse leerkracht die cartoons van de profeet Mohammed liet zien in zijn les over vrije meningsuiting

43
Q

Wat is liberalisme?

A

vrijheid op alle vlakken
bv vrijheid van mening

44
Q

Wat is nationalisme?

A

opkomen voor het politieke bewustzijn van het volk

De nadruk ligt op de zelfbeschikking voor eigen volk

45
Q

Wat wordt er bedoeld met nationalisme is als een kameoleon?

A

Dat er natiegevoelens zijn die verschillend van tijd zijn waar mensen zeggen of ze zich bv meer Belgisch voelen of meer Europees

46
Q

Wat is het verschil tussen een volk en een natie?

A
  • volk = groep met aantal gemeenschappelijke kenmerken zoals godsdienst, taal, geschiedenis, gebied, …
  • natie = volk met politiek bewustzijn
47
Q

Is supporteren voor je nationale ploeg een voorbeeld van liberalisme of nationalisme?

A

nationalisme

48
Q

Wat is een voorbeeld van nationalisme uit het recente verleden?

A
  • genocide in Rwanda in 1994
  • tussen Hutus en Tutsis
  • werd gedaan door gewone mensen met landbouwinstrumen als wapen
49
Q

Wat is een genocide?

A

Een poging tot een massamoord doelbewust op 1 bepaald volk

50
Q

Wanneer vond de genocide in Rwanda plaats?

A

1994 of dus eind 20e eeuw

51
Q

Wat betekent oppositie?

A

tegenstanders

52
Q

Wat was de oppositie tegenover het Congres van Wenen?

A
  • liberalen
  • nationalisten
53
Q

In wat kan je de liberalen opdelen?

A
  • gematigde liberalen = monarchie met cijnkiesrecht (stemmen voor rijke mannen)
  • radicale democraten = republiek met algemeen stemrecht (ied behalve vrouwen)
54
Q

Wie zijn de liberalen nu?

A

Open VLD

55
Q

Wie zijn de socialisten nu?

A

Vooruit

56
Q

Wie zijn de nationalisten nu?

A

NVA en Vlaams Belang

57
Q

Wat zijn zowat de 4 functies van Bart De Wever?

A
  • burgemeester Antwerpen
  • formateur
  • parlementslid
  • voorzitter NVA
58
Q

Wie is de broer van Bart De Wever en wat is zijn link met de politiek?

A
  • Bruno De Wever
  • niet bezig met politiek -> is een academicus: kijkt vanaf een afstand naar politici hoe zij bv nationalisme gebruiken
59
Q

Hoe kan je duidelijk zien dat Bart De Wever een nationalist is?

A

Vindt het belangrijk om de Vlaamse afhankelijk te bereieken

60
Q

Wat is de Canon van Vlaanderen?

A

project van de overheid om de geschiedenis van Vlaanderen samen te vatten in 1 boek

61
Q

Wat is de voornamelijkste reden dat de Canon van Vlaanderen werd opgesteld?

A

eigen geschiedenis = eigen identiteit

62
Q

Welke kritiek kwam er op de Canon van Vlaanderen en was deze terecht?

A
  • ‘te mooie’ geschiedenis
  • onterecht want was eigenlijk goed afgebeeld
63
Q

Wanneer en wat was de eerste revolutiegolf?

A

1820 in Zuid-Amerika

64
Q

Waarom werden de bewoners van Latijns-Amerika als indianen genoemd?

A

Toen Columbus daar aankwam dacht hij dat hij India had bereikt

65
Q

Wie overheerste Latijns-Amerika tijdens de eerste revolutiegolf in 1820?

A

De Spanjaarden en de Portugezen

66
Q

Wanneer vonden de 3 revolutiegolven plaats?

A
  • 1820
  • 1830
  • 1848-1849
67
Q

Door wat kwam de eerste revolutiegolf?

A

Door de eeuwenlange kolonisatie en onderdrukking van LA.

68
Q

Wie stond er aan de leiding bij de 1e revolutiegolf? Waarom zij?

A

creolen olv S Bolivar

-> hadden de middelen om in opstand te komen

69
Q

Wat waren de 2 grote dromen van S Bolivar?

A
  • complete afhankelijkheid (dus Spanje en Portugal weg)
  • een 1gemaakt Latijns-Amerika (zoals VS)
70
Q

Waarom vond de eerste revolutiegolf pas in 1820 plaats en niet daarvoor?

A
  • door de verlichting
  • doordat Spanje op dat moment niet zo sterk meer was om dat het verovert werd door Frankrijk
71
Q

Hoe ziet de piramide van standen in Latijns-Amerika eruit?

A

bovenaan:

  • Peninsulares = Sp + Po
  • creolen = geboren in kolonie
  • mestiezen = blanken + indianen
  • de rest: Ind, Zw, Mulat (bl+z), Zambo (ind+z)

onderaan

-> hoe hoger, hoe blanker, hoe meer privileges

72
Q

Was Bolivar tevreden met het resultaat van de eerste revolutiegolf?

A

ja: afhankelijkheid bereikt
nee: niet 1 geheel -> 15 onafankelijke staten met onderlinge conflicten

73
Q

Waarom was er weinig verzet van de Grote Alliantie op de 1e revolutiegolf?

A

Omdat het niet in Europa plaats vond

74
Q

Wat is er zo opmerkelijk aan dat GB zei: tegen de (eerste) revolutie(golf)?

A

Dat ze eigenlijk de dekolonisatie gesteund hadden omdat zij de handel wouden overnemen

75
Q

Wie was de toenmalige president van de VS tijdens de eerste revolutiegolf?

A

James Monroe

76
Q

Wat is de Monroedoctrine? (eerste revolutiegolf)

A

“America for the Americans” (Europeanen moeten weg)
-> VS wou eig Eu weg om zelf de macht over te nemen (wel geen kolonisatie meer)

77
Q

Wat waren de problemen van het resultaat van de eerste revolutiegolf? 3

A

politieke instabiliteit:
- grensoorlogen
- militaire dictatuur (iemand uit leger alle macht)

economische afhankelijkheid:
- cash crops: afhankelijk van buitenland
- geen eigen industrie: afhankelijk van Westen

Sociale ongelijkheid

78
Q

Wat is een voorbeeld van militaire dictatuur?

A

Pinochet uit Chili in eind 20e eeuw (steun voor macht VS + laat mensen verdrinken in de zee om ervan af te geraken)
of
Cidade de Deus uit Br in eind 20e eeuw

79
Q

Wat hebben we geleerd over de film Cidade de Deus?

A
  • bekend door filmstijl (gevoel dat je in de actie zit)
  • locatie Brazilië in de echte sloppenwijken van Rio de Janeiro
80
Q

Heef de eerste revolutiegolf iets veranderd (duimpje omhoog voor ja, omlaag voor nee (goed/slecht?)) voor Latijns-Amerika?

A

ja en nee:
- ja -> de dekol is gelukt
- nee -> veel problemen in de samenleving

81
Q

Heef de eerste revolutiegolf iets veranderd (duimpje omhoog voor ja, omlaag voor nee (goed/slecht?)) voor Spanje en Italië?

A

nee:
- Congres van Wenen ging niet door

82
Q

Heef de eerste revolutiegolf iets veranderd (duimpje omhoog voor ja, omlaag voor nee (goed/slecht?)) voor de Grieks opstand tegen de Osmanen?

A

ja:
- Osmaanse rijk (Turks, islamitisch) wouden liever onafhankelijk Griekenland dan Ottomaanse rijk

83
Q

Waar vond de 2e revolutiegolf plaats?

A

Frankrijk maar vooral opstanden en gevechten in Parijs

84
Q

Wanneer vond de 2e revolutiegolf plaats?

A

1830

85
Q

Heef de tweede revolutiegolf iets veranderd (duimpje omhoog voor ja, omlaag voor nee (goed/slecht?)) voor Frankrijk?

A

ja en nee:
- ja einde Bourbons
- maar nee, wel nog een constitutionele monarchie (= grondwet: koning niet alles wat hij wil + toen burgerkoning (niet gekroond))

86
Q

Wat is een constitutionele monarchie?

A

Monarchie onder een grondwet waardoor de koning niet alles kan doen wat hij wilt + een burgerkoning die niet gekroond werd.

87
Q

Heef de tweede revolutiegolf iets veranderd (duimpje omhoog voor ja, omlaag voor nee (goed/slecht?)) voor België?

A

ja:
- Congres van Wenen was bezig met de Poolse revolutie waardoor ze geen tijd meer hadden voor België

88
Q

Waarom was de 3e revolutiegolf zo hevig?

A

Door de economische crisis en de sociale ellende
+ 1848 was een crisisjaar

89
Q

Heeft de 3e revolutiegolf iets veranderd?

A

ja en nee:
- ja -> tijdelijk radicale resultaten vb Frankrijk -> Algemeen enkel stemrecht (elke man 1 stem)
- nee -> burgerij herstelt de macht
- oa in Duitse Bond, Polen en Italië

90
Q

Was 1815 als een breukmoment op militair vlak in Europa?

A

Nee, want Napoleon was eerder al eens verslagen
Maar een beetje wel want hij verdwijnt van het politieke toneel

91
Q

Tussen wie was er al een verstoring van machtsevenwicht na 1805?

A

Frankrijk en Groot- Brittanië

92
Q

Wat is de slag bij Trafalgar?

A

Belangrijke zeeslag + navragen