H11.4: Behandeling van uitgebreide en gemetastaseerde ziekte (ontwikkelingen in chirurgische behandeling) Flashcards

1
Q

voorkeurslokalisaties uitzaaiingen

A
  • lever
  • long
  • peritoneum
  • klieren op afstand
  • bot
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

waarom is een heel groot deel van colorectale levermeta niet ressectabel?

A
  • diffuus verspreid in lever
  • ingroei in vaten
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

inductietherapie om

A

niet-resectabele ziekte wel resectabel te maken

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

klassieke criteria resectie lever meta

A
  • <4 meta
  • beperkt tot 1 helft vd lever
  • geen synchrone meta (dus al meta bij presentatie)
  • geen extrahepatische meta
  • <70 jaar (pt moet gwn operabel zijn)
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

huidige criteria resectie levermeta

A
  • radicale resectie mogelijk van alle meta
  • voldoende resterend functionerend leverweefsel (20-30%)
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

colorectale levermeta behandelmethoden

A
  • resectie
  • lokaal ablatieve technieken
    =radiofrequente ablatie (RFA)
    =microwave (MWA)
    =irreversibele electroporatie (IRE) (nanoknife)
  • stereotactiache radiotherapie
  • systemische chemo
    =inductie
    =palliatief
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

gouden standaard colorectale levermeta

A

resectie

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

hoe worden leversegmenten bepaald?

A

tov levervenen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

andere naam segment 1 vd lever

A

lobus caudatus; ligt op v. cava

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

wat moet je corrigeren als je toch te veel lever hebt weggehaald

A

stollingsfactoren en ammoniak , anders HEPATISCHE ENCEPHALOPATHIE
(en billirubine?)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

wigresectie kan ook als maar een heel klein stukje van 1 segment aangedaan is

A

dan haal je alleen dat taartpuntje weg

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

hoe behandel je colorectale longmeta?

A

chemo en daarna stereotactische RT en als ze heel groot zijn een stukje van de long weghalen maar gebeurt bijna nooit

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

colorectale levermeta overleving na leverresectie

A

geen verschil:
= colon of rectum primaire tumor
= synchroon of metachroon
wel verschil:
= unilateraal of bilateraal
= grootte
= aantal meta

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

criteria resectie levermeta

A
  • radicale resectie mogelijk van alle meta
  • voldoende resterend fucntionerend leverweefsel (20-30%)
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

colorectale levermeta als niet voldaan wordt aan de criteria voor levermeta resectie opties

A
  • radicale resectie niet mogelijk tgv tumorload
    => reduceren tumorload: (inductie)chemo
  • te weinig resterend functionerend leverweefsel (<20-30%)
    => vergroten restvolume lever: v. porta embolisatie
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

hoe werkt v. porta embolisatie?

A

de tak van v porta die de tumor van bloed voorziet wordt dichtgebonden zodat al het gezonde bloed naar het gezonde deel van de lever gaat waardoor je daar hypertrofie krijgt

17
Q

hoeveel procent van de lever wordt door de v. porta van bloed voorzien?

A

70%

18
Q

radiofrequente ablatie

A
  • thermische schade aan kanker
  • kan zowel percutaan als tijdens laparoscopy of chirurgie
  • tumor mag maximaal 4-5 cm groot zijn
19
Q

waarom mag een tumor maximaal 4-5 cm groot zijn?

A
  • als hij groter is: komt die hitte niet overal dus geen nut
  • als hij kleiner is: grotere kans dat je bv een arterie of een GALWEG wegbrandt waardoor gallekaage in buik
20
Q

contraindicatie RFA

A
  • groot bloedvat
  • groot galweg
21
Q

indicaties stereotactische RT

A
  • resectie en/of lokale ablatie niet mogelijk
    =locatie meta
    =comorbiditeit
  • max 8 cm
  • max 3 laesies
22
Q

resectie wordt evt voorafgegaan door

A
  • inductie chemo
  • porta embolisatie
  • icm RFA
23
Q

indien niet operabel, overweeg

A

RFA/MWA/IRE, RTx

24
Q

long

A
  • geen regeneratievermogen
  • wel ‘overcapaciteit’
  • zelfde lokale mogelijkheden
    = resectie (anatomisch, extra-anatomisch)
    = ablatie (cave pneumothorax)
    = sterotactische RT
25
Q

colorectale meta in de long

A

als het kan, stereotactische RT, evt stabiel houden met chemo, en dan kan je ook een operatie doen

26
Q

peritoneaalmetastasen

A

=> HIPEC

27
Q

HIPEC

A

als je peritoneale ziekten heb, haal je eerst alle zichtbare laesies weg (sito reactieve chirurgie) en dan spoel je daarna de buik met verhitte chemo en dan sluit je alles

28
Q

meest voorkomende complicaties HIPEC

A
  • langdurige gastroparese
  • naadlekkage
  • respiratoire insufficientie
  • enterocutane fisteling
  • wondproblematiek
  • opnameduur 15-20 dagen
29
Q

relatieve contra indicaties HIPEC

A
  • grote ingreep
  • hartziekte
  • hartfalen
  • cerebraal vaatlijden
  • IDDM
  • chronisch nierfalen
  • leeftijd > 75
  • karnofsky <80
  • FEV1 < 1 L
30
Q

per buikregio wordt er een score gegeven van 0-3 tot waar je denkt dat een operatie nog zin heeft

A

PCI score (hoeveelheid tumor)

31
Q

diagnostiek HIPEC

A

CT thorax-abdomen en PET-CT, maar die kunnen het buikvlies eig niet goed in kaart brengen, dus:

diagnostische laparoscopie

32
Q
A