HC.3.2 - SOA’s Flashcards

1
Q

wat zijn de risicogroepen voor HIV?

A

MSM (mannen seks mannen), drugsgebruikers, seks werkers, transgenders en personen in gesloten instellingen zoals de gevangenis

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

noem de top 4 van SOA’s

A
  1. chlamydia trachomatis
  2. genitale wratten (condylomata acuminata)
  3. genitale herpes
  4. Gonorroe
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

wat zijn de feiten over een SOA

A
  • infectieziekten, bij seksueel contact overgedragen
  • via sperma, bloed, vaginaal vocht en bij contact van slijmvliezen
  • vaginaal, oraal, anaal contact, seksattributen
  • i.v. drugsgebruik, zwangerschap, tatoeages
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

wat is belangrijk bij de anamnese van een SOA-consult?

A

reden van komst, klachten, seksuele contacten, vorm van contact, seksuele geaardheid, eerdere SOA’s en/of behandeling, risicogedrag, zwangerschap, allergieën en algemene anamnese
- incubatietijd is belangrijk je kan niet te vroeg testen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

wat betekenen de volgende termen:
- rimmen
- fisten
- tribbing
- sounding

A

rimmen = kontlikken
fisten = vuistneuken
tribbing = scharen
sounding = inbrengen van voorwerp of vloeistof in de urethra

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

wat weet je over de verwekker van chlamydia?

A
  • bacterieel
  • chlamydia trachomatis
  • seksueel contact, orogenitaal, moeder-kind
  • incubatie tijd 1-3 weken
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

wat zijn de bekende klachten van chlamydia?

A

cervicitis (van cervix) en conjunctivitis

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

wat zijn de verschillende verwekkers van chlamydia?

A
  • urogenitale infecties en conjunctivitis: serotypes D, E, F, G, H,I, J en K
  • trachoom (ontsteking van het oogbindvlies): serotypes A, B en C
  • lymphogranuloma venereum (LGV) -> anaal: serotypes L1, L2 en L3 (vaker bij MSM)
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

wat zijn de symptomen van chlamydia?

A
  • man: uretritis, proctitis (ontsteking slijmvlies van rectum)
  • vrouw: veranderde fluor, contactbloedingen, buikpijn, dyspareunie (pijn bij seks), cervicitis, uretritis, proctitis
  • een groot deel verloopt asymptomatisch
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

waarom hebben vrouwen meer auto-immuunziekten en minder last hebben van infectieziekten?

A

vrouwen kunnen beter opruimen maar hierdoor is het auto-immuun systeem ook sterker en krijg je dat eerder

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

wat zijn de complicaties van chlamydia?

A
  • vrouw: PID (pelvic inflammatory disease), infertiliteit/EUG en tubair ovarieel abces
  • man en vrouw: SARA (sexually acquired reactive arthritis)
  • man: epididymitis
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

wat is de diagnostiek van chlamydia?

A

NAAT/PCR

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

hoe werkt partnerwaarschuwing bij chlamydia en gonorroe?

A

symptomatisch: partners laatste 4-6 weken
asymptomatisch: partners laatste 6 maanden

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

wat is de behandeling van chlamydia?

A
  • chlamydia trachomatis-infectie: azitromycine of doxycycline
  • rectale: doxycycline
  • zwangere vrouwen: azitromycine of amoxicilline
  • LGV: doxycycline of erytromycine
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

wat is de nieuwe kennis van chlamydia?

A

chlam geeft nog steeds een verhoogd risico op infertiliteit bij de symptomatische ptn. maar de asymptomatische lijkt dit niet het geval waardoor we hier niet meer op testen. de infertiliteit die ontstaat is het gevolg van PID (pelvic inflammatory disease) bij het opruimen van de schade

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

wat is de verwekker van gonorroe?

A
  • bacterieel
  • neisseria gonorrhoeae
  • seksueel contact, orogenitaal, moeder-kind
  • incubatietijd 2 dagen tot 3 weken (gem 8 dgn)
17
Q

wat zijn de symptomen van gonorroe?

A
  • vrouw: 30-60% asymp maar fluro toegenomen, tussentijds bloedverlies, dysurie, proctitis, purulente faryngitis
  • man: 10% asymp maar uretritis, dysurie, pussige afscheiding, proctitis, purulente faryngitis
  • anorectale gonorroe
    ; vaak asymp, irritatie, jeuk en afscheiding
18
Q

wat is de diagnostiek van gonorroe?

A

NAAT/PCR

19
Q

wat is de behandeling van gonorrie?

A
  • ceftriaxon en als chlam nog niet is uitgesloten dan ook azitromycine
  • aleternatief van ceftriaxon is cefotaxim
20
Q

wat is de verwerker van condylomata acuminata (genitale wratten)?

A
  • viraal
  • humaan paapilloma virus (HPV) nr. 6 en 11
  • seksueel contact, vingers, handdoeken, moeder-kind
  • incubatietijd 1-8 maanden, gem 3 maanden
21
Q

wat is de verwekker van herpes genitalis?

A
  • viraal
  • herpes simplex virus type I (20%, type ii (80%)
  • seksueel contact, orogenitaal, moeder-kind
  • incubatietijd 2-12 dagen
22
Q

wat is het verschil in de ulcus can herpes genitales en syfilis?

A

syfilis is pijnloos en herpes is pijn en jeuk

23
Q

wat zijn de symptomen van herpes genitales?

A
  • soms asymp
  • erosies, blaasjes net helder vocht -> indrogen en korstvorming
  • prodromaat soms jeuk of branderigheid
  • regelmatige re-activatie
24
Q

wat is de behandeling van herpes genitalis?

A

valaciclovir

25
Q

wat is de verwekker van hepatitis B?

A
  • viraal
  • hepadnaviridae familie
  • seksueel contact, moeder-kind, bloed-bloed
  • incubatietijd 4 weken-6 maanden (gem 2-3 maanden)
26
Q

wat zijn de symptomen van hepatitis B?

A
  • via seks, bloed, transfusie, zwangerschap
  • vaak asymp
  • 90% spontane genezing
  • presentatie: acute hepatitis (90% genezing, immuun)
  • symptomen: moeheid, malaise, koorts en icterus
27
Q

wat is de verwekker van syfilis?

A
  • bacterieel
  • treponema pallidum
  • seksueel contact, moeder-kind
  • incubatietijd: gem 3 weken tot primaire laesie en 6 wkn - 12 maanden tot secundaire stadium
28
Q

wat zijn de symptomen van syfilis?

A
  • stadium I: pijnloos ulcus, lymfeklierzwelling
  • stadium II: roseolen, exantheem, haaruitval, wratachtige afwijkingen, algehele malaise
  • stadium III: gummata, neurosyfilis, vasculaire syfilis
29
Q

wat is de diagnostiek van syfilis?

A

bloedonderzoek

30
Q

wat is de behandeling van syfilis?

A

benzathinebezylpenicilline alternatief doxyxyxline

31
Q

wat is de partnerwaarschuwing van syfilis?

A

stadium I: alle partners laatste 3 maanden
stadium II: alle partners laatste 6 maanden

32
Q

wat is de verwekker van HIV?

A

human immunodeficiency virus. er is een windowfase van 3 maanden

33
Q

wat is PrEP en PEP?

A

pre expostie profylaxe en post expositie profylaxe. dus PrEP neem je dagelijks in als je nog geen HIV hebt maar er wel een hoog risico op hebt. PEP is een noodbehandeling die binnen 72 uur moet worden gedaan na blootstelling om HIV te voorkomen

34
Q

welke parasitaire soa’s zijn er?

A
  • schaamluis (pediculosis pubis) hierbij behandel je met permetrine en als dat niet werkt doe je ivermectine oraal
  • schurft (scabiës) die behandel je met permetrine of ivermectine. scabiës crustosa kan via de lucht door huidschilfers