HC 15.6 Cardiomyopathie en cardiale ontstekingen Flashcards
Wat is cardiomyopathie?
Ziekte van de hartspier in afwezigheid van de oorzakelijke ziekte (coronaire hartziekte, hypertensie, klepziekte of aangeboren hartziekte).
Wat is pericarditis?
ontsteking van het pericard
Wat is myocarditis?
ontsteking van het myocard
Wat is endocarditis?
ontsteking van het endocard (bekleding van de hartklep)
Wat is het verschil tussen het genotype en het fenotype?
- Genotype = erfelijke informatie (bijv. pathogene DNA variant).
- Je kunt een genafwijking hebben maar bij de een leidt het tot een cardiomyopathie en bij de ander niet. Dus in het genotype is het wel aanwezig maar niet in het fenotype.
- Fenotype = waarneembare eigenschap (bijv. afwijking hartspier), wordt beïnvloedt door omgevingsfactoren.
Wat zijn de voordelen en nadelen van genetische testen bij cardiomyopathieën?
Voordelen:
- Definitieve diagnose
- Identificatie familieleden at risk
Nadelen:
- Afwezigheid pathogene DNA variant sluit genetische oorzaak niet uit: we weten bij een heleboel ziektes niet welke genen er bij betrokken zijn.
- Genotype-fenotype relaties teleurstellend
Wat zijn de verschillende soorten cardiomyopathieën?
- hypertrofische cardiomyopathie
- gedilateerde cardiomyopathie
- arytmogene cardiomyopathie
- restrictieve cardiomyopathie
- non compaction cardiomyopahtie
Wat is hypertrofische cardiomyopathie?
Verdikking van de hartspier: die niet te verklaren is op basis van een andere aandoening, zoals bijv. hoge bloeddruk of aortaklepstenose. De knijpfunctie is gewoon goed, maar hij ontspant zeer slecht, want een dikke spier is stijf.
- Wanddikte is meer dan 15 mm, normale hartwanden: 6-9 mm
Wat is de prevalentie van cardiomyopathie?
- Prevalentie 1/500!
- Belangrijke oorzaak voor plots overlijden onder de 35 jaar
Wat zijn de vormen van hypertrofische cardiomyopathieën?
- Asymmetrische cardiomyopathie: septum erg verdikt, achterwand is vrij normaal. De uitstroombaan is heel smal, omdat er een hoge snelheid is krijg je een lage druk. De mitralisklep wordt in de uitstroombaan gezogen waardoor je ook een uitstroombaanobstructie krijgt.
- Apicale vorm: apex-verdikking, zeldzaam, komt eigenlijk alleen in Japan voor.
- Sigmoïdale vorm: basaal is het septum verdikt, die is vaak niet gerelateerd aan genafwijkingen, maar meer aan ouderdom of een hoge bloeddruk.
Wat is het klinische beeld bij HCM?
- Veel patiënten asymptomatisch
- Ontdekt bij vaststellen souffle, abnormaal ECG of bij familie onderzoek
- Dyspnoe d’éffort, pijn op de borst, palpitaties, syncope
- Soms plotse dood de eerste uiting: spier wordt heel dik, die kan gaan fibroseren, er kunnen allerlei tachycardieën uit de kamer ontstaan en die tachycardieën zijn gevaarlijk.
Hoe wordt het risico op plotse dood berekend bij HCM patiënten?
HCM risk-SCD calculator wordt gebruikt om het risico te berekenen voor plotse dood in de aankomende 5 jaar. Er wordt gekeken naar leeftijd, dikte van LV, grootte van het LA, grootte van het LVOT (obstructie), de familie, naar of iemand ventrikeltachycardieën heeft gehad en of iemand ooit is flauwgevallen zonder oorzaak.
- Als die kans meer dan 1% is dan adviseren we deze mensen om een ICD te krijgen.
Wat zijn de klachten die gelden voor alle cardiomyopathieën?
Ze geven allemaal hartfalen.
Alleen HCM kan ook plotse dood geven. Arytmogene cardiomyopathie kan ook plotse dood geven maar dat is heel zeldzaam.
Wat is gedilateerde cardiomyopathie?
Dilatatie & verminderde systolische linker ventrikel functie.
- Prevalentie 1/2500
- Etiologie: genetisch (tenminste 25%), viraal (na myocarditis), toxisch (medicatie, alcohol), vitamine deficiëntie (B1 en 6), peripartum (na het bevallen), idiopathisch.
Wat is een arytmogene cardiomyopathie?
Progressieve vervangen van rechter (en/of linker) ventriculair myocard door vet- en fibreus weefsel. Slechte knijpfunctie van de rechterventrikel.
- Geschatte prevalentie 1/5000
- Belangrijke oorzaak van plots overlijden van jonge personen. Dat plotse overlijden is zeldzamer dan bij HCM.
- Levensbedreigende hartritmestoornissen en systolisch hartfalen: vaak eerst ritmestoornis en daarna hartfalen.