Samenwerking pulmonaal ziektebeeld Flashcards

1
Q

Wat doet een radioloog?

A

CT maken en naar secundaire lobulus kijken; kan uit verschillende windows bekeken worden
- voor beoordeling hoge resolutie nodig omdat er subtiele afwijkingen in zitten

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Waar kunnen afwijkingen zitten?

A

apicaal, basaal, diffuus, perifeer en centraal

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Wat kan het patroon zijn?

A
  • nodulair (perilymfatisch, willekeurig, centrilobulair)
  • reticulair (streepjes, grof, fijn)
  • verhoogde densiteit (consolidatie, mat glas)
  • verlaagde densiteit (emfyseem, cysten)
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Wat wordt er gezien?

A

bronchiectasieen, matglas patroon en geringe reticulatie met fibrose
- gedilateerde oesophagus: systemische sclerose

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Wat ziet patholoog?

A

biopt: fibrose en normale alveolaire septa (UIP) met subpleurale fibrose, meestal zonder ontsteking
- verdikte septawanden en fibroblast foci in alveolaire septa
- veel lymfocyten > NISP
- georganiseerde pneumonie

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

sclerodermie

A

overmatige collageendepositie in huid, beschadigingen van capillairen, kan ook gevonden worden in nagelbed

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly