Harttransplantatie Flashcards

1
Q

eurotransplant

A

samenwerking tussen transplantatiecentra, laboratoria en donorziekenhuizen uit 8 landen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

indicaties harttransplantatie

A

eindstadium hartziekte met alle conventionele behandelingen optimaal benut; patient kan zich houden aan leefregels, geen andere interventies mogelijk, aanzienlijke winst verwacht, goede nier- en longfunctie en geen andere pathologie

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

contra-indicatie

A

niet beinvloedbare pulminale hypertensie, infecties, nierinsuf of leverinsuf, ernstig vaatlijden buiten hart, diabetes icm orgaanschade, ziekte met beperkte prognose, problemen behandeling

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

eindstadium HF

A

NYHA III/IV ondanks optimale behandeling met medicatie, dieet en corrigeren oorzakelijke factoren

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

mechanische therapie

A

bij mensen met HF en CO zo laag dat de functie van organen wordt bedreigd

  • intra-aortale ballonpomp, ECMO, LVAD (lange termijn)
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

ECMO

A

vv (long) en va (hart-long); kan maar enkele weken vanwege complicaties

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

tandem hart

A

via lieskatheter wordt canule door atriumseptum gestoken > zuigt bloed vanuit LA weg
andere canule arterieel dus bloed gaat via daar naar lichaam

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

orthotope, bi-atriale techniek transplantatie

A

achterwand van atria blijft staan en het nieuwe hart wordt daaraan vast gehect

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

wat is belangrijk van donorhart

A

gezond, ischemietijd <4 uur, goed bewaard en dat ontvanger niet te hoge longvaatweerstand heeft

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

problemen korte termijn

A

bloeding, tamponade; tijdelijke pacemaker en immunosuppresiva

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

biopt met leukocyten

A

ontstekingsproces dus afstoting

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

hart dat afgestoten wordt

A

echogener (witter), stijver en contraheert slechter
- verdikt: inflammatie en afstoting
- pericardvocht
- koorts

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

problemen lange termijn

A

immunosupressiva voor afstoting, voor coronairlijden PCI

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

immunosuppresiva na transplantatie

A

corticosteroiden, anti-thymocytenglobuline en orale medicatie

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

immunosupressiva bij ontslag

A

tacrolimus, mycophenolaat mofetil en prednison

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

immunosupressiva bijwerkingen

A

nierinsuf, hypertensie, diabetes mellitus, tremoren, spierkramp, hirsutisme, osteoporose, gingiva en cerebrale afwijkingen