H11.8: Chirurgische behandeling van endocriene aandoeningen Flashcards

1
Q

schildklier anatomie

A

in docu

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

schildklier benigne operatie-indicaties

A
  • symptomatische benigne nodus
  • nodus van onduidelijke aard
  • multinodulaire struma met mechanische klachten
  • m. graves
  • thyreotoxicose
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

schildklier maligne operatie-indicaties

A
  • goed gedifferentieerde tumor (papillair en folliculair)
  • medullair schildkliercarcinoom
  • slecht gedifferentieerde tumor
  • anaplastisch (heel soms)
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

bijschildklier operatie-indicaties

A
  • primaire hyperparathyreoidie
  • secundair en tertiair als reactie op nierfalen en stoornissen in de calcium- en fosfaat huishouding
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

platysma

A

hele grote brede platte spier die van de kin over de hals naar de clavicula gaat

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

schilklier bloedvoorziening

A
  • 3 venen: superior, media, inferior
  • 2 arteriën: superior (a. carotis externa)
    inferior (truncus thyreocervicalis)
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

n. laryngeus recurrens beloop

A

rechterkant: onder de a. subclavia
linkerkant: onder de aortaboog

uit n. vagus

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

tijdens operatie aan bijschildklier je succes meten?

A

=> PTH meten (hele korte halfwaardetijd)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

om vtv al in te schatten waar de bijschildklieren zitten

A

localisatiediagnostiek:
- MIBI-scintigrafie of 18F-choline-PET-CT
- echo hals

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

bijschildklieroperatie

A
  • incisie in hals 2cm boven jugulum
  • door de subcutis en platysma
  • wond openhouden
  • bovenpool vaten worden doorgenomen
  • bescherm n. laryngeus recurrens
  • til schildklier op
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

risico’s en complicaties schildklieroperatie

A
  • laesie n. laryngeus recurrens => heesheid
  • hypoparathyreoidie alleen bij bilaterale resectie
    => hypocalciemie? tintelingen en spierspasmen
    kleine risico’s:
  • bloeding en nabloeding gevaar voor stikken
  • beschadiging trachea of slokdarm
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

chvostek

A

The Chvostek sign (/ˈkvɒstɪk/) is a clinical sign that someone may have a low blood calcium level (a decreased serum calcium, called hypocalcemia). The Chvostek sign is the abnormal twitching of muscles that are activated (innervated) by the facial nerve (also known as Cranial Nerve Seven, or CNVII).[1] When the facial nerve is tapped in front of the ear, the facial muscles on the same side of the face will contract sporadically (called ipsilateral facial spasm). The muscles that control the nose, lips and eyebrows are often the ones that will spasm.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

trousseau

A

Trousseau-teken van latente tetanie is een medisch teken dat wordt waargenomen bij patiënten met een laag calciumgehalte.
tintelingen en spierkrampen en zouden resulteren in hartritmestoornissen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

bijnieroperatie indicaties

A
  • hypercortisolisme
  • feochromocytoom
  • ziekte van conn (primaire hyperaldosteronisme)
  • klachten van benigne bijnierleasie
  • vergrote bijnier met verdachte kenmerken/verdenking bijnierschors adenoom
  • solitaire bijniermetastasie
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

ziekte van conn

A
  • adenoom of hyperplasie van de bijnierschors
  • leidt tot arteriele hypertensie en vaak hypokaliemie
  • vaak eerst medicamenteus behandeld
  • meestal zeer kleine benigne tumoren
  • diagnose met bijniervenesampling
  • post-operatief:
    = vaak snelle correctie kalium
    = trage correctie BD
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

hypercortisolisme

A
  • syndroom vs ziekte van cushing
  • adenoom van bijnierschors of hyperplasie
  • bijnieren weghalen
  • perioperatief glucocorticosteroiden suppleren om addisonse crisis te voorkomen door gewenning
17
Q

feochromocytoom

A
  • tumor bijniermerg die adrenaline, noradrenaline of dopamine maakt
  • benigne of maligne kenmerken
  • geen invasieve diagnostiek of behandeling voordta dit is uitgesloten
  • preoperatief alfablokkade (+ beta blokkade) om hypertensieve crisis
18
Q

anatomie bijnieren

A

rechtes: 1 korte vene (v. cava inferior) en 3 arterietakjes
links: 1 lange vene (v. renalis) en 3 arterietakjes

19
Q

twee manieren van bijnieroperatie

A
  • open bij grote maligniteit
  • laparoscopisch bij klein adenoom
20
Q

bij meerdere afwijkende bijschildklieren en inconclusieve beeldvorming

A

moet er nog conventionele halsexploratie en identificatie van elle bijschildklieren plaatsvinden

21
Q

waardoor worden de bijschildklieren geinnerveerd?

A

n. vagus en n/ laryngeus recurrens

22
Q

hoe wordt de lokalisatiediagnostiek gedaan?

A

MIBI scintigrafie en echo van de ha;s

23
Q

MIBI scintigrafie

A

radioactieve vloeistof wordt ingespoten en een opname gemaakt

24
Q

belangrijkste bijwerkingen van bijschildklieroperatie

A

hypocalciemie => chvostek (masseter) en trousseau (verkramping hand)

25
Q

indicaties bijnierchirurgie

A
  • hypercortisolisme
  • feochromocytoom
  • ziekte van conn
  • vergrote bijnier
  • bijnierschorscarcinoom
  • metastase
26
Q
A