H11.5: Diagnose en behandeling van hyperthyreoïdie Flashcards
thyreotoxicose
teveel aan schildklierhormoon in circulatie en weefsels
hyperthyreoidie
thyreotoxicose als gevolg van een overmatige schildklierhormoonproductie
thyreotoxicose oorzaken
- graves
- te veel aan jodium
- ontsteking; thyreoiditis
- hete nodus (toxisch adenoom)
- multinodulair struma
- exogeen gebruik
- TSHoma; tumor in hypofyse die TSH produceert
- struma ovarii
- hyperemesis gravidarum
thyreotoxicose diagnostiek
123-I scintigram;
- normaal en ZvG; warm
- thyreotoxicose: geen opname
- autonome toxische nodus: hete nodus
- multinodulair struma: gemixt
hete nodus behandeling
I-131 therapie; daar waar het probleem zit (bij hete nodus) wordt het radioactieve opgenomen en aangepakt door kapotstralen
ZvG behandeling
- thyreostatica; remmen schildklierhormoonaanmaak
- strumazol; schildklier stilleggen (of PTU)
- (betablokkers)
- radioactief jodium; I-131; vernietiging door beta-straling
- thyreoidectomie
thyrostatica bijwerkingen mild
- rash/pruritus
- misselijkheid/diarree
- veranderde smaak/reuk
- last van gewrichten
thyrostatica ernstige bijwerkingen
- agranulocytose; toxiciteit van deze middelen op witte bloedcellen en deze in aantal verminderen.
pt hebben last van koorts en keelpijn - leverfalen: bij PTU>strumasol
indicatries PTU: zwangerschap eerste trimester (teratogeen)
twee manieren van behandeling strumasol:
- titratie: start met lage dosering en kijkt of enkel met strumasol je de verhoogde schildklierfunctie normaliseert.
= iig bij zwangerschap (geen teratogene effecten wil je), borstvoeding, en ouderen - block-and-replace: hele schildklier stilleggen en het vervolgens vervangen door schilklierhormoon
= voordeel = meer controle bij wisselende waarden
= nadeel = meer bijwerkingen
radioactief jodium
- meestal pas wanneer er falen is
- indirecte behandeling duurt dus lang
- kans op stijging T3 en T4
- pijn in de hals, verslechtering graves orbitopathie, risico op primaire hypo (doordat cellen die antstoffen bevatten kapot gaan)
thyreoidectomie indicaties
- overgevoeligheid thyrostatica
- bezwaren tegen radioactief jodium
- zwangerschap
- groot struma
- persoonlijke voorkeur
thyreoidectomie bijwerkingen
- hypoparathyreoidie
- n. recurrens verlamming
- hypothyreoidie
m. graves orbitopathie
- exophtalmus
- diplopie (dubbelzien)
- ooglid retractie, zwelling, roodheid
- photofobie, brandend gevoel, tranen
- minder scherp
- retrobulbaire pijn
- pijn bij oogbewegingen
m. graves orbitopathie activiteit bepaling
adhv CAS
actief als CAS > 3
1. spontane retrobulbaire pijn
2. pijn bij oogbewegingen
3. roodheid van oogleden
4. roodheid van conjunctiva
5. zwelling van oogleden
6. zwelling van carunkel en/of plica
7. chemosis
thyreoiditis beloop
eerst thyreotoxische fase waarbij inhoud schildklier wordt afgegeven aan bloedbaan en vervolgens gaat schilklier zelf stoppen omdat er dus al zo veel in de bloedbaan zit en je zit dus in een hypothyreote fase
