ZO 12.2 Casuistiek hoesten, koorts en dyspnoe Flashcards

1
Q

Wat dient er bij empyeem aangetoond te worden?

A

Pus dan wel bacteriën in het pleuravocht.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Wanneer dient wel een thoraxdrain gesplaatst te worden?

A

Empyeem, pH van het pleuravocht van 7.2 of lager, zien van lokettering op echo of CT.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Welk antibioticum zou je nu willen geven in plaats van amoxicilline als je verdenking hebt op resistentie bij een pneumokokkeninfectie?

A

Ceftriaxon / levofloxacin

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Wat moet je doen als de thoraxdrain geen effect heeft op het empyeem?

A

Bij geen effect van de thoraxdrain zal het empyeem chirurgisch uitgeruimd dienen te worden, daarom heb je assistentie nodig van een thoraxchirurg.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly