HC 11.4 Een jonge man met koorts en malaise Flashcards

1
Q

Hoe noem je dit beeld?

A

Splinterbloedingen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Waarvan is linksverschuiving een teken?

A

Van een ernstige infectie

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Hoelang behandelen we een endocarditis met een vergroenende streptokok?

A

Voor 4 weken met cefalosporine.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Wat zijn de vormen van endocarditis?

A
  • Acute endocarditis: in de acute vorm zijn pathogenere bacteriën actief. Deze vorm kan binnen enkele dagen levensbedreigend zijn.
  • Subacute endocarditis (lenta): bij subacute endocarditis heft iemand maandenlang onduidelijke klachten. Geleidelijk nemen de klachten toe.
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Wat zijn de kenmerken van acute en subacute endocarditis?

A

Acuut
- Fulminant beloop
- Hoge koorts
- Systemische toxiciteit
- Snel levensbedreigend
Subacuut
- Traag, indolent verloop
- Subfebriele temperatuur
- Nachtzweten
- Gewichtsverlies
- Vage systemische klachten

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Wat is de pathogenese van een endocarditis?

A

Je moet bij een endocarditis altijd denken van hoe komt een patiënt aan zo’n bacterie. Want als je de oorzaak niet wegneemt kan er weer een nieuwe endocarditis ontstaan.
1. Turbulentie bloedstroom of ander trauma –> schade aan endotheel van het endocard
2. depositie trombo’s en fibrine (niet-bacteriële trombotische endocarditis)
3. (transiente) bacteriëmie (vorming biofilm)
4. adherentie aan en kolonisatie van NBT-lesie
5. snelle bacteriële groei en toename depositie trombo’s en fibrine.
6. Infectiehaard: vegetatie of abces
a. Afhankelijk van inoculum van micro-organismen
b. Bij constante strooiing (bacteriëmie)
c. Geen (goede) fagocytaire afweer in vegetatie

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Wat zijn de risicofactoren voor een endocarditis?

A
  • afwijkende (aangeboren) hartklep
  • aanwezigheid van pacemaker
  • aanwezigheid van kunstklep
  • eerder endocarditis hebben doorgemaakt
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Wat zijn de klinische manifestaties van een endocarditis?

A

Klinische manifestaties: koorts, temperatuur, hartgeruis, embolie, huidafwijkingen, splenomegalie.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

Wat zijn de bijzondere klinische manifestaties van een endocarditis?

A
  • Osler knobbeltjes: vasculitis in capillair vaatbed als gevolg van immuuncomplexen (pijnlijk)
  • Janeway lesies: septische embolieën in huid
  • Roth‘s spots: bloedinkjes met lymfocytenophoping en oedeem in het vaatbed van de retina
  • splinterbloedingen: lineaire bruine strepen in nagelbed
  • trommelstokvingers: vermeerdering bindweefsel laatste falanx (alleen bij langer bestaande klachten).
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

Wat voor aanvullend onderzoek doen we bij verdenking op een endocarditis?

A
  • Laboratorium
    o Positieve bloedkweken
    o Verhoogd BSE
    o Anemie
    o Proteïnurie
  • Beeldvormend onderzoek: vegetatie/afwijkingen bij echo cor (of PET-CT)
  • In welk percentage van patiënten afwijkingen gevonden worden, wisselt
  • Afhankelijk van duur van klachten, of er echt sprake blijkt van endocarditis, of er al antibiotica gegeven is voor bloedkweek afname, welke echo (TTE vs. TEE), etc. (als het op de transthoracale echo zichtbaar is dan is de prognose slechter).
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

Wat is de Duke classification?

A

Hoofdcriteria
1. positieve bloedkweken met
o karakteristieke micro-organismen (2x), óf
o andere micro-organismen (>3x, óf 2x met 12 uur interval)
2. positief echocardiogram (vegetatie, abces, loslaten kunstklep),
o óf een nieuw klepgeruis
Nevencriteria
1. predispositie (hartafwijking of iv-druggebruik)
2. temperatuur >38 C
3. vasculaire afwijkingen (embolie [Janeway lesie], bloedingen [Roth’s spot])
4. immunologische afwijkingen (Osler knobbels, reumafactor, glomerulonefritis)
5. overige microbiologisch/serologische aanwijzing
6. niet-karakteristieke echografische hartafwijkingen
Diagnose IE zeker: 2 hoofd of 1 hoofd + 3 neven of 5 neven criteria aanwezig

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

Wat zijn de meest voorkomende verwekkers van endocarditis?

A
  • Overige verwekkers: Bartonella spp. Candida spp., Coxiella burnetti, Tropheryma whipplei, haemolytische streptococcen.
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

Wat zijn de meest voorkomende verwekkers van een endocarditis en de kenmerken daarvan?

A
  • Vergroenende streptokokken komen heel vaak voor, deze zitten in het mondkeelgebied. Hierbij vragen we ook altijd de kaakchirurg in consult, om risico’s weg te nemen.
  • Streptococcus gallolyticus zit met name in de darm, hierbij is een colonoscopie aangewezen. Ook indicatief voor en darmmaligniteit –> verwijderen met colonoscopie.
  • S. Aureus: huid nagaan of er een focus aanwezig is.
  • Enterokokken zien we met name bij oudere patiënten.
  • CNS zien we met name bij kunstklep endocarditis en niet bij de normale klep
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

Wat is de porte d’entree bij een endocarditis?

A
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

Wat is de antibiotische behandeling van een endocarditis?

A
  • M.b.t. de empirische therapie
  • Verschilt tussen acuut en een subacuut beloop, en tussen een natieve hartklep en een kunstklep gezien andere verwekker. Bij de acute geef je flucloxacilline en bij de subacute geef je: amoxicilline + ceftriaxon.
  • Over algemeen:
    o langdurige therapie (gem 6 weken)
    o in hoge doses
    o intraveneus toegediend
    o bij voorkeur bactericide middelen (bv β-lactam antibiotica)
  • Reden: micro-organismen in een vegetatie, vaak in hoge dichtheid aanwezig in een metabool inactieve groeifase omgeven zijn door trombocyten, fibrine en in biofilm
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

Wat zijn de klinische gevolgen van een endocarditis?

A
  • Continue bacteriemie: strooihaarden elders, soms ernstige sepsis
  • Immuunrespons: immuuncomplexziekte, vasculitis
  • Embolieën: herseninfarct, mycotisch aneurysma
  • Lokale complicatie: acuut hartfalen
17
Q

Wanneer is een endocarditis een indicatie voor chirurgie?

A
  1. Hartfalen: door ernstige klepinsufficiëntie
  2. Ongecontroleerde infectie: persisterend positieve bloedkweken ondanks adequate therapie dan wel ontstaan van cerebrale embolieën, aneurysmata
  3. Preventie van embolisatie: bij grote of persisterende vegetatie na een of meer embolische episoden
18
Q

Wat is de preventie voor een endocarditis? En wanneer krijgen mensen een preventie?

A
  • Antibiotische profylaxe moet met name worden overwogen bij bepaalde tandheelkundige ingrepen. Daarnaast ook bij andere interventies: ingrepen in geïnfecteerd weefsel, ingrepen in KNO-gebied, in de tractus urogenitalis of tractus digestivus.
  • Bij patiënten met het hoogste risico voor IE:
    1. met kunstklep
    2. met infectieuze endocarditis in de voorgeschiedenis;
    3. met een aangeboren hartafwijking
  • Profylaxe bestaat uit amoxicilline 2 g (i.v./p.o.),
  • Bij niet acute, ernstige allergie: clindamycine 600mg (i.v./p.o.), <60 min voor de ingreep