HC 12.2 Een patiënt met hiv met hoesten en dyspnoe Flashcards

1
Q

Wat is de continuum of care van HIV in Nederland?

A

24d mensen met HIV in Nederland, daarvan zijn er 22d in zorg gekomen / gediagnostiseerd (94%), daarvan verliezen we er duizend (89%), deze raken uit zorg. Dan verlies je er nog een paar die niet willen worden behandeld en houd je nog 89% over die in therapie is.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Wat zijn de kenmerken van HIV?

A
  • Humaan immunodeficiëntievirus
  • Seksueel of bloed-bloed contact
  • Infectie van CD4+ T cellen
  • Goed behandelbaar met antiretrovirale therapie (ART) – remming van replicatie
  • Geen genezing
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Wat zijn redenen waarom mensen geen therapie slikken?

A
  • Bijwerkingen
  • Grote tabletten
  • Geen ziekte-inzicht
  • Stigma
  • Geen vertrouwen in gezondheidszorg
  • Geen toegang tot zorg (reisafstand, tijd)
  • Financiële barrières (zorgkosten, reiskosten)
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Waarom hebben mensen met HIV een hoger risico op kanker?

A

Mensen met HIV hebben ook een hoger risico op kanker, daarom kun je ook op vroege leeftijd kanker ontdekken. Dit omdat de CD4 T-cellen ook betrokken zijn bij immuniteit tegen maligne cellen.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Wat zijn de typische en atypische verwekkers van CAP?

A

Typische verwekkers
- Streptococcus pneumoniae
- Haemophilus pneumoniae
- Staphylococcus aureus: bacteriële superinfectie in het influenza seizoen
- Moraxella Catarrhalis: patiënten met aangedane longen zoals COPD: een minder acuut ziektebeeld
Atypische verwekkers
- Mycoplasma pneumoniae
- Chlamydophila pneumoniae
- Legionella pneumophila
- Influenza | RSV | Adenovirus | Corona virussen
- Pneumocystis jirovecii | Tuberculose

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Wat is de kliniek die past bij CAP

A

Typische verwekkers
- Acuut koortsend ziektebeeld (1-2 dagen ziek)
- Vaak productieve hoest en purulent sputum
- Lobair infiltraat op X-thorax
Atypische verwekkers
- Acuut / semi-acuut / chronisch koortsend ziektebeeld : “griep” (aanlopend ziektebeeld)
- Niet productieve hoest (zelden purulent sputum (geel/groen))
- Diffuse infiltratieve afwijkingen op X-thorax

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Waarom moeten mensen met HIV een pneumokokken vaccin halen?

A

Mensen met HIV die gerookt hebben daarbij zijn pneumokokken een veelvoorkomende oorzaak van een community acquired pneumonia, daarom raden we deze mensen aan om elke 5 jaar een vaccinatie te halen tegen pneumokokken.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Wat is het nadeel van de CURB-65 score?

A

De CURB-65 score laat bij jonge mensen of mensen met onderliggend lijden niet goed de ernst van het ziektebeeld zien.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

Wat voor aanvullend onderzoek doe je bij CAP?

A
  • Labonderzoek
  • X-thorax
  • CT thorax
  • Sputumkweek
  • Broncho-alveolaire lavage (BAL)
  • Keelwat voor viraal en andere atypische verwekkers (voor PCR)
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

Wat zie je op dit plaatje?

A
  • Symmetrische interstitiële afwijkingen vanuit hilus ‘vlindervormig’, past bij een atypische pneumonie, door PJP.
  • Je ziet diffuse afwijkingen
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

Wat voor diagnostiek nemen we af van het sputum?

A

Grampreparaat en kweek

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

Wat kun je zien in een BAL van een PJP?

A

Pijl wijst naar pneumocysten. Normaal vindt je de cysten niet in sputum en moet je diep materiaal insturen die je verkrijgt met een BAL.
- Vroeger ging je alleen af op gram-kleuring nu ook op PCR, wat de detectie heeft versimpelt.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

Wat zie je op dit plaatje?

A

Giststructuren in longweefsel

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

Wat zijn de kenmerken van de epidemiologie en pathogenese van PJP?

A
  • 75% P. jiroveci al doorgemaakt op 4 jaar (1)
  • Bij een adequaat immuunsysteem geen klachten
  • Door CD4+ T cellen gestuurde macrofagen ruimen P. jiroveci op
  • Initieel zonder afwijkingen op de x-thorax in ¼ van patienten
  • Het is langzaam progressief
  • P. jiroveci plakt aan de alveoluswand mbv 2 adhesieve glycoproteinen:
    o Fibronectine
    o Vitronectine
  • Hierna volgt inflammatoir proces met destructie van de alveoluswand en verstoring van de gaswisseling
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

Wat zijn de complicaties van PJP?

A

Cystenvorming in de longen, dit kan leiden tot een pneumothorax.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

Wat is de behandeling van PJP?

A

Belangrijkste middel is cotrimoxazol met een hoge dosering. In principe geef je het voor 2 weken, over het algemeen is het goed te behandelen. Als je heel erg hypoxisch bent, is er een kans dat je beademd moet worden, met als gevolg hoge drukken en weer een grotere kans op een pneumothorax.

17
Q

Wat geven we naast cotrimoxazol bij PJP?

A

We geven daarnaast ook prednison (steroïden) om de immuunrespons te remmen, bij patiënten die hypoxisch zijn (pO2 < 70 mmHg of 8-9 kPa). Bij het geven van cotrimoxazol gaan de cysten uiteen vallen en dit zorgt voor een verergering van de immuunrespons (je brengt iemand dan verder in de problemen), daarom geven we prednison.

18
Q

Welke opportunistische infecties zijn gerelateerd aan welk CD4 aantal?

A
19
Q

Wat is de profylaxe van opportunistische infecties?

A
20
Q

Welke vaccins krijgen mensen met HIV?

A
  • Jaarlijks influenza vaccinatie
  • Pneumococcen vaccinatie
  • Hepatitis A en B vaccinatie
  • Herpes Zoster vaccinatie
  • COVID-19 vaccinatie
21
Q

Bij welke patiënten zien we nog meer PJP?

A
  • HIV/AIDS
  • Transplantatie patiënten
    o Nier
    o Lever
    o Long
    o Hart etc.
  • Immunosuppressieve medicatie
    o T-cel immunosuppressiva
    o Steroïden (prednison, dexamethason)
22
Q

Bij welke mensen geef je nog meer PJP profylaxe?

A

Geef PJP profylaxe bij mensen met lang hoge dosering corticosteroïden.