Rosetta Stone Unit 8 Lesson 2 Flashcards

1
Q

Het standbeeld

Dit is een standbeeld van een man.

A

Statue

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Het schilderij

Dit is een schilderij van de lucht.

A

Painting

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

De foto

Dit is een foto van parijs.

Dit is een foto van het huis van mijn oma.

A

Photo

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

De fontein

Zij lopen bij een fontein.

A

Fountain

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

De heuvel

Wij lunchen op een heuvel.

A

Hill

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

De trap

Steil( steep)

De steile trap

A

Stairs/ staircase

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Op de schilderij staat een fontein.

A

There is a fountain in the painting.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Een trommel

De mannen spelen trommel.

A

A drum

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

De gitaar

De man speelt gitaar.

A

Gitar

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

Het instrument (en)

Gitar is een instrument.

Standbeeld en schilderij is kunst.

A

Instrument

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

Verschillend

Deze mensen spelen een verschillend instrument.

Enkele van deze mensen spelen gitaar.

Deze mensen spelen hetzelfde instrument.

A

Different

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

De band

Drie mensen in deze band spelen gitaar.

De band speelt in het park.

A

band

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

Foto maken

Zij maakt een foto van het standbeeld.

Wilt u een foto van ons maken alstublieft?

In mei heb ik deze foto gemaakt in het bos.

A

Take a picture

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

De bioscoop بيوسكوب

Zij kijken naar een film in een bioscoop.

A

Cinema

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

De dierentuin

Dat dier woont in een dierentuin

A

Zoo

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

Oud / modern gebouw

A

Old / modern building

17
Q

Beroemd

Deze beroemde fontein is in Rome.

A

Famous

18
Q

Zoeken / zoek/ zoekt / hebben gezocht

Zij zoeken hun auto.

Zij hebben hun auto gevonden.

Zij zoekt haar sleutels.
Zij heeft haar sleutels gevonden.

Hij zoekt zijn bril. Hij heeft zijn bril gevonden.

Zoekt u iets?

Ja, ik zoek de bioscoop.

A

To look for/ search for